Inhoudsopgave
Inleiding…………………………………………………………………………………..2
Onderzoeksvraag en PICO………………………………………………………………..3
Inclusiecriteria ……………………………………………………………………………3
Zoektermen………………………………………………………………………………..4
Tabel………………………………………………………………………………………5
Zoekregels…………………………………………………………………………………5
Literatuurlijst ……………………………………………………………………………...6
0
, Inleiding
Wanneer iemand zich een bevallende vrouw inbeeld, heeft diegene hoogstwaarschijnlijk een
vrouw in beeld die op haar rug bevalt. Deze standaard bevalhouding is toegenomen
naarmate bevallingen steeds meer medische ingrepen kregen. De op de rug bevalhouding
won aan populariteit omdat het gunstiger is voor degene die de zorg verleent, aangezien de
rug houding zorgt voor een perfecte werkhoogte. Hierdoor kunnen medische interventies
vlotter worden uitgevoerd. Het percentage vrouwen in 2021 dat in rug houding is bevallen, is
80 procent (Scheffer, 2022). Echter is het bevallen op de rug verre van een ideale houding,
blijkt uit onderzoek. Zo gaat het stuitje bijvoorbeeld lichtelijk naar binnen toe als je op je rug
ligt. Hierdoor kan het bekken tot twee centimeter verkleinen, waardoor de uitgang van de
baby beperkt wordt. Daarnaast moet de vrouw harder werken tijdens het persen op de rug,
omdat de zwaartekracht niet meewerkt. Hierdoor vergroot de kans op maternale uitputting
(Prins et al., 2019). Gelet op het hoge percentage vrouwen dat in deze houding bevalt en de
risico’s die met deze houding gepaard gaat, is er onderzoek nodig naar mogelijke
alternatieven voor de rugligging.
Bevallen in bad, of in ieder geval in water de bevalling doorbrengen, trekt van steeds meer
zwangere vrouwen de aandacht. Deze stijgende populariteit is te danken aan de verkleinde
kans op medische pijnstilling in het ziekenhuis bij een bad bevalling, wat op financieel gebied
gunstig is, maar uiteraard ook fijner voor moeder en haar baby. Daarnaast zijn bij deze
houding volgens het Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV, een
organisatie die streeft naar de beste zorg voor de zwangere en het kind) het bekken meer
open, helpt de zwaartekracht een handje mee en is er volgens onderzoek een kleinere kans
op interventies zoals vaginale kunstverlossingen en episiotomieën, beter bekend als een
knip (Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen, z.d.). Aan de andere kant
kunnen er risico’s aan verbonden zijn door de verminderde mobiliteit in het water van de
baby, inademing van water bij de baby, en eventuele maternale infecties (Cooper et al.,
2017).
Ook in de cijfers van recent onderzoek is te zien dat het aantal bad bevallingen stijgt. In 2021
waren het aantal bad bevallingen acht- tot negenduizend per jaar, daar waar dit aantal zes
jaar eerder (2015) tussen de vijfhonderd en de duizend lag. Oftewel: in 2021 waren er vijf tot
zes procent van de bevallingen een bad bevalling en in 2015 slechts 0,4 procent. (NU.nl,
2021).
1
Inleiding…………………………………………………………………………………..2
Onderzoeksvraag en PICO………………………………………………………………..3
Inclusiecriteria ……………………………………………………………………………3
Zoektermen………………………………………………………………………………..4
Tabel………………………………………………………………………………………5
Zoekregels…………………………………………………………………………………5
Literatuurlijst ……………………………………………………………………………...6
0
, Inleiding
Wanneer iemand zich een bevallende vrouw inbeeld, heeft diegene hoogstwaarschijnlijk een
vrouw in beeld die op haar rug bevalt. Deze standaard bevalhouding is toegenomen
naarmate bevallingen steeds meer medische ingrepen kregen. De op de rug bevalhouding
won aan populariteit omdat het gunstiger is voor degene die de zorg verleent, aangezien de
rug houding zorgt voor een perfecte werkhoogte. Hierdoor kunnen medische interventies
vlotter worden uitgevoerd. Het percentage vrouwen in 2021 dat in rug houding is bevallen, is
80 procent (Scheffer, 2022). Echter is het bevallen op de rug verre van een ideale houding,
blijkt uit onderzoek. Zo gaat het stuitje bijvoorbeeld lichtelijk naar binnen toe als je op je rug
ligt. Hierdoor kan het bekken tot twee centimeter verkleinen, waardoor de uitgang van de
baby beperkt wordt. Daarnaast moet de vrouw harder werken tijdens het persen op de rug,
omdat de zwaartekracht niet meewerkt. Hierdoor vergroot de kans op maternale uitputting
(Prins et al., 2019). Gelet op het hoge percentage vrouwen dat in deze houding bevalt en de
risico’s die met deze houding gepaard gaat, is er onderzoek nodig naar mogelijke
alternatieven voor de rugligging.
Bevallen in bad, of in ieder geval in water de bevalling doorbrengen, trekt van steeds meer
zwangere vrouwen de aandacht. Deze stijgende populariteit is te danken aan de verkleinde
kans op medische pijnstilling in het ziekenhuis bij een bad bevalling, wat op financieel gebied
gunstig is, maar uiteraard ook fijner voor moeder en haar baby. Daarnaast zijn bij deze
houding volgens het Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV, een
organisatie die streeft naar de beste zorg voor de zwangere en het kind) het bekken meer
open, helpt de zwaartekracht een handje mee en is er volgens onderzoek een kleinere kans
op interventies zoals vaginale kunstverlossingen en episiotomieën, beter bekend als een
knip (Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen, z.d.). Aan de andere kant
kunnen er risico’s aan verbonden zijn door de verminderde mobiliteit in het water van de
baby, inademing van water bij de baby, en eventuele maternale infecties (Cooper et al.,
2017).
Ook in de cijfers van recent onderzoek is te zien dat het aantal bad bevallingen stijgt. In 2021
waren het aantal bad bevallingen acht- tot negenduizend per jaar, daar waar dit aantal zes
jaar eerder (2015) tussen de vijfhonderd en de duizend lag. Oftewel: in 2021 waren er vijf tot
zes procent van de bevallingen een bad bevalling en in 2015 slechts 0,4 procent. (NU.nl,
2021).
1