Lijdend voorwerp Samenvattingen, Aantekeningen en Examens

Lijdend voorwerp (Hogeschool taaltoets Nederlands)

Een lessuggestie op het gebied van semantisch grammaticaonderwijs. De leerlingen gaan actief aan de slag met de rol van het lijdend voorwerp binnen het grammaticaonderwijs.

In dit document staat alles wat je moet weten van grammatica! Vrijwel alles wordt uitgelegd aan de hand van handige voorbeelden. In dit document vind je: persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde, naamwoordelijk gezegde, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, oorzakelijk voorwerp, voorzetselvoorwerp, bijwoordelijke bepaling, bijvoeglijke bepaling, bijstelling en bepaling van gesteldheid.

Redekundig ontleden, Onderwerp, Loos onderwerp, Plaats onderwerp, Werkwoordelijk Gezegde, Naamwoordelijk gezegde, Lijdend Voorwerp, Meewerkend Voorwerp, Voorzetselvoorwerp, Bijwoordelijke bepaling, Woordsoorten, Zelfstandig Naamwoord, Bijvoeglijk Naamwoord, Telwoord, Zelfstandig Werkwoord, Koppelwerkwoord, Hulpwerkwoord Voltooide Tijd, Hulpwerkwoord Toekomende Tijd, Hulpwerkwoord Lijdende Vorm, Lidwoord, Persoonlijk Voornaamwoord, Bezittelijk Voornaamwoord, Betrekkelijk Voornaamwoord, Aanwijze...

Samenvatting Nederlands formuleren 3 vwo met de onderdelen 1. Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig 2. Verwijswoord 3. Lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp 4. Hen en Hun 5. ‘... als mij’ of ‘... dan ik’? 6. Vergrotende trap Deze samenvatting is perfect om formuleren te oefenen op 3vwo, maar ook zeker geschikt voor de 2de en de 4 de klas

samenvatting van: persoonsvorm. zinsdelen naamwoordelijk gezegde (nwg) werkwoordelijk gezegde (wwg) onderwerp (ond) lijdend voorwerp (lv) voorzetselvoorwerp (vzv) meewerkend voorwerp (mv) bijwoordelijke bepaling(en) (bwb) bijvoeglijke bepaling(en) (bvb) bijstelling koppelwerkwoorden

Duidelijke omschrijving van alle hier bovenstaande begrippen die je nodig hebt om zinsontleding te kennen voor het vak Nederlands. Bij alle uitleg staan voorbeelden om de stof nog beter te kunnen oefenen.

Een samenvatting over alles dat je moet weten over woord- en zinsleer. Staat uitgelegd wat het is en met voordbeelden. Woordleer: lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, ... Zinsleer: werkwoordelijk gezegde, naamwoordelijk gezegde, lijdend voorwerp, ...

Dit document is een handig overzicht van de basis voor de Duitse naamvallen. Er wordt vooral ingegaan op de 3e en de 4e naamval, maar ook op persoonlijke voornaamwoorden en bijzondere werkwoorden. Daarnaast wordt er uitgelegd wanneer de 3e en wanneer de 4e naamval gebruikt moet worden.

hier staat van alles in over de zinsdelen ontleden zoals: persoonsvorm, meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling, onderwerp ect.