Aantekeningen lessen Psychopathologie
Aantekeningen H8 t/m H13.1, H25, H26 Leerboek Psychiatrie 3 e druk
Les 1: Stemmingsstoornissen
Voorbereiding:
Hengeveld MW, van Balkom SJLM. Leerboek psychiatrie. Utrecht: De Tijdstroom; 2016.
Hoofdstuk 10 Depressieve stemmingsstoornissen en suïcidaal gedrag.
Hoofdstuk 9 Bipolaire stemmingsstoornissen
Onderscheid normaal – abnormaal
Normaal:
1. Verdriet of somberheid als reactie op een ervaring met:
- Afwijzing
- Krenking
- Verlies
2. Spontane stemmingswisselingen zonder aanleiding
Pathologisch:
Aantal, ernst, duur en gevolgen van verschijnselen + deze staan niet in verhouding met aanleiding
A. Diagnostiek stemmingsstoornissen
Stoornissen in DSM-5:
Depressieve-stemmingsstoornissen:
- Depressieve stoornis
- Persisterende depressieve stoornis
- Premenstruele stemmingsstoornis
Bipolaire stemmingsstoornissen:
- Bipolaire I stoornis
- Bipolaire II stoornis
- Cyclothyme stoornis
- Stemmingsstoornis door een somatische aandoening
- Stemmingsstoornis door een middel
,Depressieve episode DSM-5 (+ DSM-IV)
A. > 5 symptomen, iedere dag > 2 weken
- Somberheid
- Vermindering van plezier (anhedonie)
- Gewichtsverlies of toename zonder dieet
- Slaapstoornissen: hypersomnia of hyposomnia/insomnia
- Verlies van energie en moeheid
- Psychomotore remming of agitatie
- Gevoelens van waardeloosheid en schuld
- Concentratiestoornissen
- Suïcidale gedachten
DSM: indeling op basis van psychische functies en symptomen
1. Affectief (inclusief somatisch) > gevoelens
2. Cognitief > gedachten
3. Conatief > motoriek
Diagnostiek in DSM-5 t.o.v. DSM-IV
Unipolaire stoornissen > depressieve stemmingsstoornissen
Subtypen:
- Depressieve episode > hetzelfde gebleven
- Persisterende depressieve stoornis > was dysthyme stoornis in DSM-IV
- Premenstruele stemmingsstoornis: nieuw, bestond niet in DSM-IV
- Stemmingsstoornis door een middel/medicatie > hetzelfde gebleven
- Stemmingsstoornis door een somatische aandoening > hetzelfde gebleven
Rouw geen uitsluitingscriterium meer bij depressie, maar ernstige risicofactor (psychosociaal) bij een
kwetsbaar persoon > rouw als depressie behandelen
Persisterende depressieve stoornis DSM-5:
- Minder symptomen dan depressieve episode
- Wel chronisch: minstens 2 jaar klachten (continu of wisselend in ernst)
Premenstruele stemmingsstoornis DSM-5:
A. Tijdens menstruatiecycli zijn minstens 5 symptomen aanwezig in de week voor aanvang van de
menstruatie, die binnen een paar dagen afnemen en minimaal of volledig afwezig zijn in de week
erna.
B. Een of meer van de volgende symptomen moet aanwezig zijn:
• Affectieve labiliteit (stemmingsschommelingen, plotseling verdrietig, verhoogde gevoeligheid voor
afwijzing)
• Duidelijke prikkelbaarheid of boosheid, toename interpersoonlijke conflicten
• Duidelijk sombere stemming, gevoelens van hopeloosheid, verminderde zelfwaardering
(zelfdepreciatie)
• Duidelijke angst, spanning en/of opvliegend gevoel
C. Een of meer van volgende symptomen moet daarnaast aanwezig zijn om totaal tot 5 symptomen
te komen, samen met symptomen criterium B:
,• Verminderde interesse in dagelijkse activiteiten o.a. werk, hobby, vrienden
• Subjectief ervaren moeite met concentreren
• Lethargie, snel vermoeid zijn, gebrek aan energie
• Duidelijke veranderingen in eetlust, overeten, hunkeren naar specifieke voedingsmiddelen
• Hypersomnia of insomnia
• Gevoel overspoeld te worden door emoties of zichzelf niet in de hand hebben
• Lichamelijke klachten b.v. gevoelige borsten, gewricht/spierijn, opgeblazen gevoel,
gewichtstoename
Subtypen depressieve stemmingsstoornissen:
- Met melancholische (vitale) kenmerken
- Met atypische kenmerken
- Met psychotische kenmerken
- Seizoensgebonden
In DSM-IV maar eruit in DSM-5:
- Post partum
Nieuw in DSM-5:
- Met angstige spanning: 2 of meer van volgende symptomen: gespannen gevoel, rusteloosheid,
moeite met concentreren door ongerustheid, angst dat er iets verschrikkelijks kan gebeuren, gevoel
de zelfbeheersing te verliezen
- Met gemengde kenmerken: minimaal 3 manische kenmerken: verhoogde stemming, opgeblazen
gevoel van eigenwaarde, verhoogde spreekdrang, gedachtevlucht, toegenomen energie/activiteiten,
toename riskante activiteiten
Andere indeling depressie:
- Licht
- Matig
- Ernstig
Wordt bepaald door:
- Aantal symptomen (indicatie: 4-5 licht, 6-7 matig, 8-9 ernstig)
- Intensiteit klachten
- Mate van beperkingen/gevolgen voor dagelijks leven
- Duur van de klachten (licht vaak < 3 maanden)
Waarom wil je dit weten?
> Keuze voor (wel/geen) behandeling hangt hier deels van af
Bipolaire-stemmingsstoornissen DSM-5 (+ DSM-IV)
Naast depressieve episodes ook manische of hypo manische episodes, met daartussen minstens een
paar symptoomvrije dagen
Manische episode
A. Een duidelijk herkenbare periode met een verhoogde (eufore) of prikkelbare stemming (>1 week)
B. Tijdens deze episode > 3 van de volgende symptomen:
- Grootheidsideeën/opgeblazen gevoel van eigenwaarde
- Verminderde behoefte aan slaap
, - Spraakzaamheid/spreekdrang
- Verhoogde afleidbaarheid
- Gedachtevlucht/gejaagde gedachten
- Toeneming van doelgerichte activiteit/psychomotorische agitatie
- Zich overmatig bezig houden met aangename activiteiten met risico op schade
C. duidelijke beperkingen in werk en relaties met anderen of noodzaak tot opname
Hypomanie
Verschil met manie:
- Duurt ten minste 4 dagen i.p.v. 1 week
- Geen duidelijk beperkingen in sociaal of beroepsmatig functioneren en geen opname nodig
- Dus minder ernstig
Subtypen bipolaire stemmingsstoornis DSM-5:
- Bipolaire I stoornis
- Bipolaire II stoornis
- Cyclothyme stoornis
- Bipolaire stemmingsstoornis door een middel/medicatie
- Bipolaire stemmingsstoornis door een somatische aandoening
Bipolaire I stoornis (1)
Bipolaire I stoornis (1): Rapid cycling