Met woorden in de weer
Bronvermelding
Titel : Met woorden in de weer
Druk : 2
Auteur : D. van den Nulft, M. Verhallen
Uitgever : Coutinho
ISBN (boek) : 9789046901571
Aantal hoofdstukken (boek) : 6
Aantal pagina’s (boek) : 224
De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen.
Je dient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel
nastreeft. Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden altijd aan
het bijbehorende studieboek erbij te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel worden diverse
verwijzingen gemaakt naar het studieboek op basis waarvan dit uittreksel is gemaakt.
Dit uittreksel is een uitgave van Students Only B.V. Copyright © 2010 StudentsOnly B.V. Alle rechten
voorbehouden. De uitgever van het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit
uittreksel. Voor vragen kan je je wenden per email aan .
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Woorden, woorden, woorden 3
Hoofdstuk 2 Willen 5
Hoofdstuk 3 Weten 7
Hoofdstuk 4 Kunnen 10
Hoofdstuk 5 Meer kunnen 13
Hoofdstuk 6 Doen 15
www.studentsonly.nl Voor de beste uittreksels ! 2
Bron : Met woorden in de weer – Dirkje van den Nulft & Marianne Verhallen
, Hoofdstuk 1 Woorden, woorden, woorden
1.1 De macht der gewoonte
Ieder mens heeft zijn eigen levensstijl met gewoonten. Men leeft volgens vaste patronen, en is
zich er niet van bewust dat het gedrag wordt bepaald door gewoontes. Bij het opstaan, ’s
morgens, ’s middags, ’s avonds, thuis, op het werk en op school gebruikt men ingeslepen
handelingen. Het vaste patroon zorgt voor structuur en houvast.
Als we naar het onderwijs kijken zien we bij de kleuters al structuur en houvast. Met plaatjes
wordt er weergegeven wat er die dag gedaan wordt op school. De leerlingen en leerkracht
weten wat hun te doen staat. Er vindt een vaste routine plaats die ervoor zorgt dat een hoop
automatisch verloopt. Het is niet altijd goed om op de automatische piloot te vertrouwen. In
het onderwijs moeten we niet blijven hangen in steeds maar weer hetzelfde.
1.2 De ideale klas
De ideale klas is niet voor iedereen hetzelfde. Elke (toekomstige) leerkracht heeft een eigen
beeld van de ideale klas. Er zijn wel een aantal kenmerken van de ideale klas die steeds
terugkomen. Leerlingen kunnen in de ideale klas zich optimaal ontplooien, spelenderwijs
leren, zich ten volle ontwikkelen, krijgen allemaal dezelfde kansen.
Niet alle kinderen kunnen op het gebied van taal niet goed meekomen. Je kunt dan al bijna
niet voldoen aan de eis dat iedereen dezelfde kansen krijgt. Het is belangrijk dat de kinderen
beschikken over een ruime woordenschat. Inzetten van woordenschatonderwijs is van groot
belang op basisscholen. Een leerkracht die aandacht besteedt aan woordenschatonderwijs
krijgt het volgende er voor terug:
- de leerlingen kunnen hun eigen ideeën en denkprocessen beter verwoorden, omdat ze over
meer woorden beschikken.
- alle leerlingen volgen de lessen woordelijk en struikelen niet over woorden die ze niet
begrijpen.
- de leerlingen kunnen zich de leerstof veel beter eigen maken.
Woordkennis is erg belangrijk en zorgt voor schoolsucces. Je zou denken dat het daarom veel
aandacht krijgt op de basisschool. Dit is echter niet het geval. Er zijn niet veel leerlijnen,
didactieken en lesideeën ontwikkeld voor het woordenschatonderwijs.
1.3 De oude Comenius
Comenius was een pedagoog van meer dan 400 jaar geleden. Hij publiceerde een ‘nieuwe’
woordleermethode.
Voor de inleiding van zijn boek, zie: hfst. 1; blz. 16; Met woorden in de weer; Dirkje van den
Nulft & Marianne Verhallen.
Comenius was van mening dat jongere kinderen wijzer moesten worden. Hij vond dat de
leerkracht de leerling mee moest nemen op verkenningstocht. In zijn boek staan stukken tekst.
Bij de tekst hoort een plaatje waarin de woorden die geleerd moeten worden genummerd zijn.
In zijn boek gaat Comenius er niet vanuit dat de kinderen de woorden al kennen, maar hij
richt zich op het aanleren van de woorden. Hij biedt de woorden in een zinvolle context aan.
Daarnaast wil hij de leerlingen niet alleen woorden leren, maar hij houdt ook rekening met
begripsuitbreiding. Tenslotte zorgt hij ervoor dat dit op een speelse en vermakelijke wijze
gebeurt.
www.studentsonly.nl Voor de beste uittreksels ! 3
Bron : Met woorden in de weer – Dirkje van den Nulft & Marianne Verhallen
Bronvermelding
Titel : Met woorden in de weer
Druk : 2
Auteur : D. van den Nulft, M. Verhallen
Uitgever : Coutinho
ISBN (boek) : 9789046901571
Aantal hoofdstukken (boek) : 6
Aantal pagina’s (boek) : 224
De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen.
Je dient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel
nastreeft. Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden altijd aan
het bijbehorende studieboek erbij te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel worden diverse
verwijzingen gemaakt naar het studieboek op basis waarvan dit uittreksel is gemaakt.
Dit uittreksel is een uitgave van Students Only B.V. Copyright © 2010 StudentsOnly B.V. Alle rechten
voorbehouden. De uitgever van het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit
uittreksel. Voor vragen kan je je wenden per email aan .
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Woorden, woorden, woorden 3
Hoofdstuk 2 Willen 5
Hoofdstuk 3 Weten 7
Hoofdstuk 4 Kunnen 10
Hoofdstuk 5 Meer kunnen 13
Hoofdstuk 6 Doen 15
www.studentsonly.nl Voor de beste uittreksels ! 2
Bron : Met woorden in de weer – Dirkje van den Nulft & Marianne Verhallen
, Hoofdstuk 1 Woorden, woorden, woorden
1.1 De macht der gewoonte
Ieder mens heeft zijn eigen levensstijl met gewoonten. Men leeft volgens vaste patronen, en is
zich er niet van bewust dat het gedrag wordt bepaald door gewoontes. Bij het opstaan, ’s
morgens, ’s middags, ’s avonds, thuis, op het werk en op school gebruikt men ingeslepen
handelingen. Het vaste patroon zorgt voor structuur en houvast.
Als we naar het onderwijs kijken zien we bij de kleuters al structuur en houvast. Met plaatjes
wordt er weergegeven wat er die dag gedaan wordt op school. De leerlingen en leerkracht
weten wat hun te doen staat. Er vindt een vaste routine plaats die ervoor zorgt dat een hoop
automatisch verloopt. Het is niet altijd goed om op de automatische piloot te vertrouwen. In
het onderwijs moeten we niet blijven hangen in steeds maar weer hetzelfde.
1.2 De ideale klas
De ideale klas is niet voor iedereen hetzelfde. Elke (toekomstige) leerkracht heeft een eigen
beeld van de ideale klas. Er zijn wel een aantal kenmerken van de ideale klas die steeds
terugkomen. Leerlingen kunnen in de ideale klas zich optimaal ontplooien, spelenderwijs
leren, zich ten volle ontwikkelen, krijgen allemaal dezelfde kansen.
Niet alle kinderen kunnen op het gebied van taal niet goed meekomen. Je kunt dan al bijna
niet voldoen aan de eis dat iedereen dezelfde kansen krijgt. Het is belangrijk dat de kinderen
beschikken over een ruime woordenschat. Inzetten van woordenschatonderwijs is van groot
belang op basisscholen. Een leerkracht die aandacht besteedt aan woordenschatonderwijs
krijgt het volgende er voor terug:
- de leerlingen kunnen hun eigen ideeën en denkprocessen beter verwoorden, omdat ze over
meer woorden beschikken.
- alle leerlingen volgen de lessen woordelijk en struikelen niet over woorden die ze niet
begrijpen.
- de leerlingen kunnen zich de leerstof veel beter eigen maken.
Woordkennis is erg belangrijk en zorgt voor schoolsucces. Je zou denken dat het daarom veel
aandacht krijgt op de basisschool. Dit is echter niet het geval. Er zijn niet veel leerlijnen,
didactieken en lesideeën ontwikkeld voor het woordenschatonderwijs.
1.3 De oude Comenius
Comenius was een pedagoog van meer dan 400 jaar geleden. Hij publiceerde een ‘nieuwe’
woordleermethode.
Voor de inleiding van zijn boek, zie: hfst. 1; blz. 16; Met woorden in de weer; Dirkje van den
Nulft & Marianne Verhallen.
Comenius was van mening dat jongere kinderen wijzer moesten worden. Hij vond dat de
leerkracht de leerling mee moest nemen op verkenningstocht. In zijn boek staan stukken tekst.
Bij de tekst hoort een plaatje waarin de woorden die geleerd moeten worden genummerd zijn.
In zijn boek gaat Comenius er niet vanuit dat de kinderen de woorden al kennen, maar hij
richt zich op het aanleren van de woorden. Hij biedt de woorden in een zinvolle context aan.
Daarnaast wil hij de leerlingen niet alleen woorden leren, maar hij houdt ook rekening met
begripsuitbreiding. Tenslotte zorgt hij ervoor dat dit op een speelse en vermakelijke wijze
gebeurt.
www.studentsonly.nl Voor de beste uittreksels ! 3
Bron : Met woorden in de weer – Dirkje van den Nulft & Marianne Verhallen
