Taallab 1
Kennistentamen eind semester 1 (januari)
40 meerkeuzevragen
- Hoofdstuk 1.1/1.4
- Hoofdstuk 2
- Hoofdstuk 3
- Hoofdstuk 4.4/4.6
- Hoofdstuk 12.1/12.3
, Visie op taalverwerving: Kenmerken:
Behaviorisme Taal leren door imitatie, bekrachtiging en
conditionering.
Nativisme Taalleervermogen, soortspecifiek, Chomsky.
Interactionele benadering Taalaanbod bepalend voor taalontwikkeling.
Nieuw onderzoek Taal leren door generaliseren van concrete
taalwaarnemingen.
Taal
- Heeft een functie: communiceren, kennisverwerving (conceptualiseren), expressief (jezelf
kunnen uitten).
- Heeft een betekenis: elke taalvorm heeft een betekenis.
- Heeft een systeem: wij hanteren taal regels, zorgt ervoor dat we de taal allemaal op dezelfde
manier gebruiken en snappen.
Taalaanbod is heel essentieel.
Baby’s beginnen met fonologie: klanken uitstoten, geen woorden nog maar klanken.
Pragmatiek: de gebruiksregels van taal.
Pre-verbale voorwaarden:
Voorwaarden die kinderen moeten ontwikkelen voordat ze gaan spreken.
- Een goed gehoor / Auditieve gerichtheid (persoon aankijken die praat).
- Een goed zicht / Visuele gerichtheid (volwassenen zien praten, hoe gebruik je je mond).
- Tactiele gerichtheid (willen voelen wat er gebeurt als je praat).
- Motorische beheersing (beheersing van tongspieren en kaken).
- Intellectuele en neurologische ontwikkeling (bedrading in de hersenen moeten op orde zijn).
Fases van de moedertaalverwerving
Prelinguaal/pre-verbaal: ± 0-1 jaar
Huilen vooral moeders (maar ook vaders) horen variatie eerste vorm van communiceren
Vocaliseren: losse klinker- en medeklinkergeluiden (eenvoudig)
Vocaal spel: meer variatie in geluiden experimenteren met mondstanden
Brabbelen: combinatie van klinker- en medeklinkergeluiden nog alle klanken worden gebruikt,
ook die niet in de moedertaal ‘zitten’ in deze fase ‘verdwijnen’ die vreemde klanken plotseling.
Vroeglinguaal: ± 1-2,5 jaar
Symboolbewustzijn:
een woord verwijst naar iets of iemand in de werkelijkheid
Imitatie
Éénwoordzinnen
eerst mkm, daarna mmkm, mkmm
Tweewoordzinnen
Differentiatiefase: ± 2,5- 5 jaar
Kennistentamen eind semester 1 (januari)
40 meerkeuzevragen
- Hoofdstuk 1.1/1.4
- Hoofdstuk 2
- Hoofdstuk 3
- Hoofdstuk 4.4/4.6
- Hoofdstuk 12.1/12.3
, Visie op taalverwerving: Kenmerken:
Behaviorisme Taal leren door imitatie, bekrachtiging en
conditionering.
Nativisme Taalleervermogen, soortspecifiek, Chomsky.
Interactionele benadering Taalaanbod bepalend voor taalontwikkeling.
Nieuw onderzoek Taal leren door generaliseren van concrete
taalwaarnemingen.
Taal
- Heeft een functie: communiceren, kennisverwerving (conceptualiseren), expressief (jezelf
kunnen uitten).
- Heeft een betekenis: elke taalvorm heeft een betekenis.
- Heeft een systeem: wij hanteren taal regels, zorgt ervoor dat we de taal allemaal op dezelfde
manier gebruiken en snappen.
Taalaanbod is heel essentieel.
Baby’s beginnen met fonologie: klanken uitstoten, geen woorden nog maar klanken.
Pragmatiek: de gebruiksregels van taal.
Pre-verbale voorwaarden:
Voorwaarden die kinderen moeten ontwikkelen voordat ze gaan spreken.
- Een goed gehoor / Auditieve gerichtheid (persoon aankijken die praat).
- Een goed zicht / Visuele gerichtheid (volwassenen zien praten, hoe gebruik je je mond).
- Tactiele gerichtheid (willen voelen wat er gebeurt als je praat).
- Motorische beheersing (beheersing van tongspieren en kaken).
- Intellectuele en neurologische ontwikkeling (bedrading in de hersenen moeten op orde zijn).
Fases van de moedertaalverwerving
Prelinguaal/pre-verbaal: ± 0-1 jaar
Huilen vooral moeders (maar ook vaders) horen variatie eerste vorm van communiceren
Vocaliseren: losse klinker- en medeklinkergeluiden (eenvoudig)
Vocaal spel: meer variatie in geluiden experimenteren met mondstanden
Brabbelen: combinatie van klinker- en medeklinkergeluiden nog alle klanken worden gebruikt,
ook die niet in de moedertaal ‘zitten’ in deze fase ‘verdwijnen’ die vreemde klanken plotseling.
Vroeglinguaal: ± 1-2,5 jaar
Symboolbewustzijn:
een woord verwijst naar iets of iemand in de werkelijkheid
Imitatie
Éénwoordzinnen
eerst mkm, daarna mmkm, mkmm
Tweewoordzinnen
Differentiatiefase: ± 2,5- 5 jaar