100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Hoorcolleges Ondernemingsrecht Radboud Universiteit €5,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Hoorcolleges Ondernemingsrecht Radboud Universiteit

 57 keer bekeken  4 aankopen

Hoorcollege-aantekeningen van Ondernemingsrecht voor de bachelors Rechtsgeleerdheid, Notarieel Recht en European Law School aan de Radboud Universiteit.

Voorbeeld 4 van de 82  pagina's

  • Onbekend
  • 9 juni 2020
  • 82
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (32)
avatar-seller
Jessedekker
Ondernemingsrecht
Hoorcolleges
HC 1
Begrip onderneming
 Je hebt onderneming, vennootschap en rechtspersoon
o Je hebt rechtspersonen. Belangrijkste rechtspersonen:
 Vereniging
 Stichting
 Coöperatie
 Onderlinge waarborgmaatschappij
 NV
 BV
o Personenvennootschap is bijzondere ovk:
 Vof
 Maatschap
 Commanditaire vennootschap
o Niet alle vennootschappen zijn rechtspersonen. Dit zijn dus de
vennootschappen die d.m.v. ovk tot stand komen, zie de 3 hierboven.
o Bv: is vorm waarin onderneming kan worden gegoten. Onderneming is nooit
een bv, maar een bv kan wel een onderneming hebben, drijven of in stand
houden.
 1 persoon kan ook onderneming hebben: eenmanszaak bijv.
o Onderneming is nooit een rechtspersoon en is nooit hetzelfde als een
vennootschap.
o Ondernemingsrecht ziet op ondernemingen en op dat wat ondernemingen in
stand houden.
 Onderneming: zaak die men drijft om winst te maken.
o 3 dingen: zaak, drijven, winst maken.
o Maar er zijn sociale ondernemingen die niet persé winst willen maken, maar
iets voor wereld doen. Naast winst kan je dus ander doel hebben.
o Definitie Van Schilfgaard (boek): Organisatorisch verband gericht op
duurzame deelneming aan het economisch verkeer.
 Denk bijv. aan KLM. Bestaat al 100 jaar. Is organisatorisch verband en
er is al 100 jaar duurzame deelneming aan het economisch verkeer
(luchtvaart).
o Definitie WOR: Art. 1 lid 1 sub c: 3 elementen
 Elementen:
 1. Organisatorisch verband (geen eenmanszaak dus,
samenwerking)
 2. Onderneming is een zelfstandige eenheid: de onderneming
presenteert zichzelf naar de buitenwereld zelfstandig. Het is
niet een subonderdeel van een groter geheel.
 3. Arbeid wordt verricht krachtens arbeidsovk of
publiekrechtelijke aanstelling.
 De wet is er voor medezeggenschap voor werknemers. Werknemers
hebben dus iets te zeggen, daar gaat de wet vanuit.

, o SER-Fusiegedragsregels: opgesteld door SER.
 Art. 1 lid 1 sub a: definitie onderneming: zelfde als bij WOR.
o SER is een van belangrijkste adviesorganen van de regering.
 Bedacht door Van der Grinten!!!
 Hij heeft ook samen met Mayer het Van der Heyden instituut
opgericht.
 ONTHOUDEN!
 Dit is het poldermodel in optima forma. Leden:
 Werkgeververtegenwoordigers: werkgeverorganisaties.
 Werknemersvertegenwoordigers: vakbonden.
 Wetenschappers: dit zijn kroonleden, want ze worden
benoemd door de Kroon.
o Onze docent is lid!!!
 Bij fusies en overnames moet je vakbonden betrekken als ontslagen
gaan vallen. Op ondernemingen zijn de gedragsregels hierboven van
toepassing. Ze moeten zich hieraan houden.
 Vb.: ABN AMRO wilde in top 5 van de wereld qua banken. Net
voor financiële crisis. Het lukte niet, doelstelling mislukt.
Bestuursvoorzitter van ABN AMRO dacht: oké we kunnen het
niet alleen dus we gaan samen met andere grote bank.
Fusie met Barclays (Britse Bank). Toen was ABN nog een nv,
dus beleggers hadden het eigendom. 1 bedrijfje: TCI (Childrens
Investment Fund) was sprinkhaan. TCI had percentage
aandelen en stuurde brief naar bestuursvoorzitter n.a.v.
voorgenomen fusie. TCI wilde geen fusie want dan zouden
aandelen kelderen en dat wilde TCI niet. Er waren ook andere
banken: Consortion: soort samenwerking: Fortis, Banko
Santander en een Schotse bank. Zij hadden bedacht: wij gaan
groter dan ABN en dus nemen we ABN over en splitsen we ABN
op in stukjes en die verdelen we. TCI dacht bij biedingen door
Barclays en het Consortion zou de prijs omhooggaan, dus TCI
wilde een prijsstrijd. Bestuursvoorzitter had ondertussen stukje
ABN verkocht aan Bank of America, maar Schotse bank wilde
dat stukje hebben. Als we nou gaan bieden, dan hebben we dat
stukje niet en dat wil je niet. Koop was nog niet helemaal rond
en het was een gunstige prijs en boetebeding opgenomen dat
als koop niet door zou gaan zou Bank of America gratis
miljoenen krijgen. Bank of America is dus eigenlijk winnaar.
Consortion heeft gewonnen uiteindelijk!
 SER-Fusiegedragsregels: In dit hele proces moet je de vakbond
betrekken. Wat gebeurde in het proces: 1 van de vakbonden
heeft de fusieregels overtreden. Hij heeft
geheimhoudingsplicht geschonden.
 Belangrijke wetten:
o Boek 2 BW
o WOR: Wet op Ondernemingsraden
o Die regelt de ondernemingsraad. OR zit in de onderneming.

, o Bij bedrijf van meer dan 50 mensen heb je verplicht OR.
 Is medezeggenschapsorgaan. Werknemers hebben invloed op reilen
en zeilen van het bedrijf. Bijv. besluiten al dan niet goedkeuren.
o HRGW: Handelsregisterwet 2007 + Handelsregisterbesluit 2008
 Handelsregister is de burgerlijke stand voor bedrijven.
 Geen definitie van ‘onderneming’ in deze wet.
 Elementen:
 1. Bedrijfsuitoefening
 2. Winstoogmerk
 3. Organisatie
 4. Continuïteit
 5. Arbeid
 6. Deelname aan economisch verkeer
 Er is snel voldaan aan ‘onderneming’ in de zin van HRGW.
o Wetboek van Koophandel: personenvennootschappen.
 Is verouderd, het wordt maar niet vernieuwd.
 NV (NL) = AG (Duits) = SA (Frans)

Beroep of bedrijf
 Verschil tussen bedrijf en beroep is onduidelijk en belangrijk.
 Beroep kan je zo inrichten dat het een bedrijfsmatig karakter is: bijv. schilder is
bedrijf en portretschilder is beroep.
 Zie hiervoor ‘Bedrijfsuitoefening’ bij hiervoor.

Winstoogmerk
 Voldoe je snel aan. Al als je winst maakt heb je al winstoogmerk.
 Hoe zit het bij stichting? Komt verder, maar voor nu: is rechtspersoon en kan goed
winst maken. Vraag is wat stichting met winst kan doen. Winst mag niet naar
aandeelhouders of leden. Je moet kijken wat je ermee mag doen.

Verhouding vennootschap-onderneming
 3 benaderingen
o Reële benadering, ‘hebben’
 De vennootschap heeft een onderneming. De onderneming behoort
toe aan de vennootschap. Dit is hoe Handelsregisterwet het ziet. De
Rechtspersoon kan doen met onderneming wat hij/zij wil. Het is bijna
soort vermogensobject. De onderneming is nooit een rechtspersoon
en draagt geen rechten en plichten. Dit heeft de rechtspersoon
(vennootschap) wel.
o Instrumentele benadering, ‘drijven’
 De onderneming staat hier duidelijk in dienst van de eigenaar (bv, nv
etc.) De onderneming is het instrument van de rechtspersoon.
 Doel: winst maken.
o Institutionele benadering, ‘in stand houden’
 Hier klinkt minder eigendom in. Je mag het in stand houden.
Onderneming wordt gezien als iets met allerlei belanghebbenden, o.a.
werknemers, en hier moet rechtspersoon rekening mee houden.

, Onderneming is redelijk zelfstandig, maar wordt geen rechtssubject.
Factor kapitaal en arbeid worden gelijk gewaardeerd: BV financiert en
trekt winst eruit. Werknemers hebben ook stem, zo zie je in WOR.
 Dit zie je terug in WOR
 Dit gaat over de BV die de onderneming heeft ofzo.

Kenmerken rechtspersoon
 3 kenmerken:
o 1. Rechtssubject
o 2. Vertegenwoordiging vereist
 Kleuterschool Babbel
o 3. Beperking van aansprakelijkheid

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jessedekker. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73314 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49  4x  verkocht
  • (0)
  Kopen