Argumentenlijst
Moot Court 2019-2020 — International Business Law
Naam: Prive
Studentnummer:
Werkgroep:
Casus: Zaak I: Mede beleidsbepaler
Partij: de curator, de eiser
Procespartijen: enerzijds de curator (eiser), anderzijds de heer K. Maling (gedaagde)
, Relevante rechtsvragen:
1) Kan de heer Maling op grond van art. 2:248 lid 1 BW j.o. art. 2:248 lid 7 BW
hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor het boedeltekort in het faillissement van
Jeans-4-You Holding B.V.?
2) Is de heer K. Maling wegens onbehoorlijk bestuur aansprakelijk uit hoofde van de
onrechtmatige daad op grond van art. 6:162 BW j.o. art. 2:9 BW?
Toepasselijke wetsartikelen: artikelen 2:248, 2:394
Relevante jurisprudentie:
- HR 1 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1079, NJ 2014/7 (Verify).
- HR 30 november 2007, ECLI:NL:HR:2007:BA6773, NJ 2008/91 (Blue Tomato).
- HR 8 juni 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB2053, NJ 2001, 454 (Panmo, Gulhuis/H.).
- Rb. Noord-Holland 25 maart 2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:2480, JOR 2015/136.
- Rb. Rotterdam 14 april 2010, ECLI:NL:RBROT:2010:BM1594, JOR 2010/181.
- Rb. Groningen 31 januari 2007, ECLI:NL:RBGRO:2007:BB2792, JRV 2007/666.
Geraadpleegde literatuur:
- T.V.J. Bil & J.F. Fliek, ‘De matigingsbevoegdheid van artikel 2:248 lid 4 BW’, TvL
2019/19, afl. 3, p. 147-145.
- P. van Schilfgaarde, bewerkt door J. Winter, J.B. Wezeman en J. Schoonbrood, Van
de BV en de NV, Deventer: Kluwer 2017.
Overige geraadpleegde bronnen:
- Kamerstukken II 1983/84, 16 631, 6, p. 24.
Argumenten pro:
1) Kees Maling kan op grond van art. 2:248 lid 7 BW met de bestuurder worden
gelijkgesteld. De bestuurders stemden regelmatig met zijn voorstellen in en
vertrouwden blindelings op hem. Deze beslissingen waren cruciaal van aard en
werden de facto door Kees Maling genomen. Hierdoor heeft hij gehandeld, als ware
1