Voorbeeld 8 van de 94 pagina's
Voorbeeld 8 van de 94 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Door: jippie1 • 3 jaar geleden
Prima samenvatting, erg overzichtelijk
Door: Evelynn • 5 jaar geleden
Door: rcmossel • 6 jaar geleden
Door: Liesjew88 • 6 jaar geleden
Door: Fluff99 • 5 jaar geleden
Door: annekevogelaar • 5 jaar geleden
Door: PeterPronk • 6 jaar geleden
Enkele voorbeelden uit deze set oefenvragen
1.
Motivatie
Antwoord: Wordt algemeen omschreven als een interne status/ drang die ervoor zorgt dat een persoon zich bezig houdt met bepaald gedrag. Het heeft te maken met de richting van het gedrag, de intensiteit en volharding (persistence) in de tijd. *motivatie komt voort uit de wil, behoeften en verlangens van een persoon.
2.
Wat zijn werkmotivatie theorieën?
Antwoord: Werkmotivatietheorieën zijn meer begaan met de redenen ipv vaardigheden waarom sommige mensen beter presteren dan anderen. Verschillende theorieën bekijken motivatie vanuit verschillende perspectieven, maar leiden niet noodzakelijkerwijs tot verschillende voorspellingen over het gedrag.
3.
Distale motivatie theorieën Proximale motivatie theorieën
Antwoord: - Distale motivatie theorieën gaan over processen die ver verwijderd zijn van het gedrag. - Proximale motivatie theorieën gaan over processen die juist dichtbij het gedrag liggen.
4.
Hiërarchie theorie (Maslow 1943) (noem ook de hierarchische volgorde)
Antwoord: Stelt dat het vervullen van de menselijke behoeften nodig is voor zowel de lichamelijke als de psychische gezondheid. Deze behoeften zijn gerangschikt in een hiërarchie (let op: \"lagere\" behoeftes zijn extern, zoals fysiologische behoeften en veiligheid, en moeten eerst vervuld worden voor je naar \"hogere, interne\" kunt: Fysiologische behoeften Veiligheid Liefde Gevoel van eigenwaarde Zelfactualisatie
5.
Wanneer werkt iets motiverend volgens de hierarchische theorie van Maslow? En wanneer zijn bijv. basisbehoeften niet meer motiverend?
Antwoord: Als er een behoefte onvervuld is. Sommige individuen vinden bepaalde hogere niveaus belangrijker dan een lager niveau. Veel mensen in de westerse samenleving hebben de eerste vier behoeften ingevuld en het zal hen nooit ontberen aan één of meer behoeften (bijv. honger). Daarom zijn de basisbehoeften niet meer motiverend.
6.
Herzberg (1968) twee-factoren-theorie stelt dat de motivatie voortkomt uit ....
Antwoord: de aard van het werk zelf, niet van externe beloningen of werkomstandigheden. De menselijke behoeften zijn verdeeld in twee categorieën: – die voortvloeien uit de dierlijke natuur van de mens, zoals de fysiologische behoeften, en - die met betrekking tot het hogere niveau, het unieke menselijk vermogen tot psychologische groei.
7.
Op basis van de 2 factoren theorie van Herzberg kan motivatie n.a.v. behoeften onderverdeeld worden in 2 factoren, de \"dierlijke natuur\" en die op hoger niveau, de unieke psychologische ontwikkeling vd mens. Noem hier voorbeelden van op de werkvloer
Antwoord: - Relevante aspecten dierlijke behoeften: hygiëne factoren (salaris, supervisie, collega’s en het organisatorische beleid). - Relevante aspecten voor de groei: motivator factoren (prestatie, erkenning, verantwoordelijkheid en de aard van het werk zelf).
8.
Volgens Herzberg is de manier om medewerkers te motiveren en ze tevreden te houden met hun werk, het bieden van....
Antwoord: geschikte niveaus van motivator factoren. Oftewel: hygiëne factoren, hoe gunstig ze ook zijn, kunnen niet leiden tot motivatie of werktevredenheid.
9.
Wat houdt de Hackman & Oldham\'s job characteristics theory in en welke theorie is hier de basis van?
Antwoord: model van vijf \"kern\" functiekenmerken (dwz vaardighedenvariatie, taakidentiteit, taakbelang, autonomie en feedback) die invloed hebben op vijf werkgerelateerde uitkomsten (motivatie, tevredenheid, prestaties, verzuim en omzet) door middel van drie psychologische toestanden (dat wil zeggen ervaren zinvolheid, ervaren verantwoordelijkheid en kennis van resultaten. *Herzberg (1968) twee-factoren-theorie, ondanks dat deze theorie officieel door veel onderzoekers als ongeldig is verklaard, is hij erg invloedrijk geweest.
10.
De bekrachtigingstheorie (reïnforcement theory) beschrijft....
Antwoord: Hoe beloningen of bekrachtigingen het gedrag kunnen beïnvloeden. De theorie heeft geen betrekking op interne toestanden zoals motivatie, dus in zekere zin is het een non-motivationele theorie. Het verklaart gedrag als gevolg van eerdere ervaringen met beloning of versterking.
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Pupske. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,99. Je zit daarna nergens aan vast.
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 95453 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen
