Bibliografische gegevens:
- Naam auteur: Augusta de Wit
- Titel: Orpheus in de Dessa
- Plaats van uitgave: Antwerpen
- Oorspronkelijke jaar van uitgave: 1903
- Jaar van gelezen uitgave: 1983
- Gelezen druk: 29e druk
- Motto: -
- Opdracht: -
Vertelinstantie:
Het verhaal heeft een auctoriale-verteller (die niet alles vertelt om de spanning te
bewaren), en het verhaal is geschreven vanuit het perspectief van Willem Bake.
- ‘Hij tuurde of hij niet ergens een donkere gedaante ontwaarde.’ (pagina 10)
Hier lees je dat Bake op zoek gaat naar het fluitspel van Benkok, waardoor hij zich
betoverd voelt. Je ziet dat het wordt verteld door een buitenstaander van het verhaal,
die doet alsof hij nog niks weet om het verhaal spannend te houden.
- ‘Waarvoor is hij eigenlijk bang? Dacht hij getroffen door de schuwe blik van den
knaap.’ (pagina 40)
Hier lees je dat de verteller vertelt over de eerste kennismaking tussen Benkok en
Bake, bij Bake thuis. Benkok was gedwongen door de Indo, wat Bake niet tof vond. Je
leest wat Bake denkt over de situatie en de kennismaking met Benkok, die duidelijk
zeer moeizaam ging.
- ‘Bake zag hen een ogenblik verdoffen als zij in de schaduw der hellingen
kwamen, een seconde lang blinkend op de top staan verdwijnen.’ (pagina 101)
Je leest hier dat de verteller vertelt dat Bake jonge inlanders weg ziet rennen om naar
de fluitspeler te gaan (Si-Benkok). Iets later lees je dat Bake, Benkok herkent en
herinnert dat hij een vreselijke vriend is geweest.
- ‘Bake herinnerde zich het toneeltje aan de landweg.’ (pagina 115)
In dit fragment lees je een herinnering die Bake krijgt aan de hand van een gesprek met
de Indo. Je kan dus zien dat de verteller buitenaf staat en in het hoofd van Bake kan
kijken.
, Personages:
Als twee belangrijkste personages heb ik Bake en Si-Benkok gekozen.
Willem Bake:
Willem Bake is een jonge Nederlandse man. Hij is heel zakelijk en werk met veel
passie.
Hij is technisch ingenieur bij een suikerfabriek op Java en miljonair in spe.
Willem is redelijk naïef, hij verwacht dat Si-Benkok zonder dwingen op komt dagen om
voor hem fluit te spelen.
Ook is hij geldgericht/ kleptomaan. Ze krijgen een nieuwe machine in de fabriek, die
werkt niet zoals het hoort waardoor de winst de verkeerde kant op gaat. Willem raakt
hier gefrustreerd door en gaat opzoek naar de oorzaak. Als hij erachter komt dat een
inlander de machine saboteert, slaat hij hem een kopje kleiner.
Toch heeft Willem een groot gevoel voor gelijkheid, hij wilt Si-Benkok niet dwingen
langs te komen, hij respecteert zijn beslissing niet te komen.
Willem is een round-character, in de loop van het verhaal verandert zijn karakter, dit
beïnvloed het verhaal sterk. Eerst geeft hij heel veel om de vriendschap tussen hem en
Si-Benkok, later gaat het hem alleen maar om de fabriek en het geld. Zo verwaarloost
hij de vriendschap die hij net heeft opgebouwd.
Si-Benkok:
Si-Benkok is een arme Javaanse jongen.
Hij heeft een glanzige kijk in zijn ogen, een zacht gezicht en is tenger, maar toch
gespierd gebouwd. Hij heeft vaak een sierlijk geplooide hoofddoek en een halfnaakt
lichaam.
Hij staat bekend als een hele goede fluitspeler. Hij heeft veel verstand van Allah en
Goden, en kan er veel over vertellen.
In het begin is hij heel schuw en wilt hij niet met Bake afspreken om voor hem fluit te
spelen. Hij wilt niet gedwongen worden door een buitenlander, daar houden inlanders
niet van.
Ook is hij wantrouwig, hij heeft weinig vertrouwen is Bake en de vriendschap die ze
hebben. Hij vertrouwt buitenlanders niet omdat ze inlanders vaak genoeg hebben
bedrogen.
Si-Benkok is een flat-character, je komt niet heel veel over hem te weten, hij wordt
redelijk op de achtergrond gehouden. Hij verandert niet naarmate het verhaal vordert,
daarom is hij een flat-character.
De relatie tussen Willem Bake en Si-Benkok is vriendschap. Bake vind het fluitspel van
Benkok zo mooi dat hij hem uitnodigt bij zijn huis, zo begint de vriendschap. Maar als
Bake zich steeds meer gaat focussen op de fabriek in plaats van Benkok, is Benkok er
klaar mee. Bake had hem geld beloofd, maar dat vergat hij te geven. Richting het eind
van het verhaal komt Bake erachter dat hij de vriendschap heeft laten schieten, en baalt
hier flink van, hij wilt zijn leven beteren. Echter schiet hij Benkok dood als fout, hij wilde
de dieven van de buffels pakken, maar dat bleek Si-Benkok te zijn.
- Naam auteur: Augusta de Wit
- Titel: Orpheus in de Dessa
- Plaats van uitgave: Antwerpen
- Oorspronkelijke jaar van uitgave: 1903
- Jaar van gelezen uitgave: 1983
- Gelezen druk: 29e druk
- Motto: -
- Opdracht: -
Vertelinstantie:
Het verhaal heeft een auctoriale-verteller (die niet alles vertelt om de spanning te
bewaren), en het verhaal is geschreven vanuit het perspectief van Willem Bake.
- ‘Hij tuurde of hij niet ergens een donkere gedaante ontwaarde.’ (pagina 10)
Hier lees je dat Bake op zoek gaat naar het fluitspel van Benkok, waardoor hij zich
betoverd voelt. Je ziet dat het wordt verteld door een buitenstaander van het verhaal,
die doet alsof hij nog niks weet om het verhaal spannend te houden.
- ‘Waarvoor is hij eigenlijk bang? Dacht hij getroffen door de schuwe blik van den
knaap.’ (pagina 40)
Hier lees je dat de verteller vertelt over de eerste kennismaking tussen Benkok en
Bake, bij Bake thuis. Benkok was gedwongen door de Indo, wat Bake niet tof vond. Je
leest wat Bake denkt over de situatie en de kennismaking met Benkok, die duidelijk
zeer moeizaam ging.
- ‘Bake zag hen een ogenblik verdoffen als zij in de schaduw der hellingen
kwamen, een seconde lang blinkend op de top staan verdwijnen.’ (pagina 101)
Je leest hier dat de verteller vertelt dat Bake jonge inlanders weg ziet rennen om naar
de fluitspeler te gaan (Si-Benkok). Iets later lees je dat Bake, Benkok herkent en
herinnert dat hij een vreselijke vriend is geweest.
- ‘Bake herinnerde zich het toneeltje aan de landweg.’ (pagina 115)
In dit fragment lees je een herinnering die Bake krijgt aan de hand van een gesprek met
de Indo. Je kan dus zien dat de verteller buitenaf staat en in het hoofd van Bake kan
kijken.
, Personages:
Als twee belangrijkste personages heb ik Bake en Si-Benkok gekozen.
Willem Bake:
Willem Bake is een jonge Nederlandse man. Hij is heel zakelijk en werk met veel
passie.
Hij is technisch ingenieur bij een suikerfabriek op Java en miljonair in spe.
Willem is redelijk naïef, hij verwacht dat Si-Benkok zonder dwingen op komt dagen om
voor hem fluit te spelen.
Ook is hij geldgericht/ kleptomaan. Ze krijgen een nieuwe machine in de fabriek, die
werkt niet zoals het hoort waardoor de winst de verkeerde kant op gaat. Willem raakt
hier gefrustreerd door en gaat opzoek naar de oorzaak. Als hij erachter komt dat een
inlander de machine saboteert, slaat hij hem een kopje kleiner.
Toch heeft Willem een groot gevoel voor gelijkheid, hij wilt Si-Benkok niet dwingen
langs te komen, hij respecteert zijn beslissing niet te komen.
Willem is een round-character, in de loop van het verhaal verandert zijn karakter, dit
beïnvloed het verhaal sterk. Eerst geeft hij heel veel om de vriendschap tussen hem en
Si-Benkok, later gaat het hem alleen maar om de fabriek en het geld. Zo verwaarloost
hij de vriendschap die hij net heeft opgebouwd.
Si-Benkok:
Si-Benkok is een arme Javaanse jongen.
Hij heeft een glanzige kijk in zijn ogen, een zacht gezicht en is tenger, maar toch
gespierd gebouwd. Hij heeft vaak een sierlijk geplooide hoofddoek en een halfnaakt
lichaam.
Hij staat bekend als een hele goede fluitspeler. Hij heeft veel verstand van Allah en
Goden, en kan er veel over vertellen.
In het begin is hij heel schuw en wilt hij niet met Bake afspreken om voor hem fluit te
spelen. Hij wilt niet gedwongen worden door een buitenlander, daar houden inlanders
niet van.
Ook is hij wantrouwig, hij heeft weinig vertrouwen is Bake en de vriendschap die ze
hebben. Hij vertrouwt buitenlanders niet omdat ze inlanders vaak genoeg hebben
bedrogen.
Si-Benkok is een flat-character, je komt niet heel veel over hem te weten, hij wordt
redelijk op de achtergrond gehouden. Hij verandert niet naarmate het verhaal vordert,
daarom is hij een flat-character.
De relatie tussen Willem Bake en Si-Benkok is vriendschap. Bake vind het fluitspel van
Benkok zo mooi dat hij hem uitnodigt bij zijn huis, zo begint de vriendschap. Maar als
Bake zich steeds meer gaat focussen op de fabriek in plaats van Benkok, is Benkok er
klaar mee. Bake had hem geld beloofd, maar dat vergat hij te geven. Richting het eind
van het verhaal komt Bake erachter dat hij de vriendschap heeft laten schieten, en baalt
hier flink van, hij wilt zijn leven beteren. Echter schiet hij Benkok dood als fout, hij wilde
de dieven van de buffels pakken, maar dat bleek Si-Benkok te zijn.
