100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Hoofdstuk 11 t/m 14 Memo MAX vwo bb 2019 lob, ISBN: 9789402056617 Geschiedenis €5,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Hoofdstuk 11 t/m 14 Memo MAX vwo bb 2019 lob, ISBN: 9789402056617 Geschiedenis

 1 keer bekeken  0 keer verkocht

Handige en volledige samenvatting van hoofdstukken 11, 12, 13 & 14 van Memo Max Geschiedenis, bovenbouw VWO

Voorbeeld 3 van de 21  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 11 tm 14
  • 18 januari 2023
  • 21
  • 2022/2023
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (4816)
avatar-seller
eefkesmit23
Samenvatting Geschiedenis, Hoofdstukken 11-14
Hoofdstuk 11
11.3 De Sovjet-Unie
De Sovjet-Unie, een verbond van staten, bestond tussen 1922 en 1991. De leiders zeiden dat ze de
leer van het communisme volgde. De arbeidersrevolutie zou zorgen voor een ideale samenleving met
gemeenschappelijk bezit. In de 20ste eeuw leidde deze gedachten tot een samenhangend systeem
van ideeën over hoe de samenleving ingericht moest worden, de communistische ideologie.

De Russische revolutie
Het was niet vanzelfsprekend dat het communisme voor het eerst voet aan de grond zou krijgen in
Rusland, want het liep industrieel achter op het Westen en had dus geen grote ontevreden
arbeidersklasse. Wel was er ontevredenheid onder de burgers, want er was veel armoede en ze
hadden weinig invloed op het bestuur. De tsaar was machtig en regeerde met harde hand wat tot een
revolutie leidde. Wat ook voor onvrede zorgde was dat tijdens de eerste wereldoorlog Rusland zware
verliezen leed. De revolutie, de Februarirevolutie (1917), begon met stakingen en demonstraties.
Tsaar Nicolaas II moest aftreden en er trad een voorlopige regering aan. Tijdens de Oktoberrevolutie
pleegde de communisten, de Bolsjewieken, een staatsgreep. De belangrijkste leider toen was
Vladimir Lenin, die tot zijn dood in 1924 het voor het zeggen had.
- Communisten: Bolsjewieken
- Socialen/liberalen: Mensjewieken

Revoluties elders in Europa
Kort na de revolutie van de Bolsjewieken, probeerden communisten elders in Europa ook aan de
macht te komen, bijv. in Duitsland. In januari 1919 brak daar de ‘Spartakusopstand’ uit. In het hele
land werden arbeiders- en soldatenraden opgericht. Voor het voormalige keizerlijk paleis in Berlijn
riep Karl Liebknecht (leider van de onafhankelijke socialisten) en Rosa Luxemburg de bevolking op
om een revolutie te ontketenen. Er werd een week lang tegen de troepen van de regering gevochten,
de staatsgreep mislukte en de 2 leiders werden gevangen genomen en vermoord. In Frankrijk leidde
de Oktoberrevolutie tot de oprichting van de Franse communistische partij. Ze kregen in de jaren 30
invloed, toen ze samen met andere linkse partijen de Volksfrontregering vormde (grote
samenwerking). De socialistische voorman Troelstra (SDAP) wekte de indruk om een revolutie in
Nederland uit te roepen. Op 12 november 1918 stelde hij in een toespraak in de 2e kamer dat de
arbeidersklasse de macht zou overnemen als de regering niet sociale hervormingen zou nemen. Het
werd een mislukking, want zijn woorden werden door niemand serieus genomen.

Stalins communistische economie
Na de dood van Lenin kwam er een interne machtsstrijd binnen de Communistische Partij. Stalin nam
in 1928 de macht over en zou de Sovjet-Unie tot 1953 leiden. Een belangrijk doel was de ingrijpende
hervorming van de economie. Stalin probeerde de gelijkheid te vergroten door de economische
vrijheid te beperken. Particulier eigendom (bedrijven) werden verboden. Stalin wilde dat de staat
leiding zou gaan geven aan de economie en liet daarom vijfjarenplannen opstellen. Daarin stond
snelle opbouw van zware industrie met westers voorbeeld voorop.
In korte tijd werden collectieve machinefabrieken, hoogovens en scheepswerven gebouwd. In de
plannen stond ook hoeveel iedereen moest produceren, er was dus geen vrije concurrentie meer en
de staat bepaalde ook de hoogte van de lonen en prijzen. Zelfstandige boerderijen werden
samengevoegd tot grote staatslandbouwbedrijven (collectivisme), die een groot deel van hun oogst
moesten afstaan aan de staat. Ook moesten ze moderniseren en productiever worden, want met
meer landbouwproducten kon de Sovjet-Unie in het buitenland machines kopen voor de industrie.

,Positieve en negatieve gevolgen
Positief gevolg van de aanpak van Stalin was dat de Sovjet-Unie in een korte tijd een machtig land
werd door de snelle opkomst van de zware industrie. Dat bleek in de tweede wereldoorlog, toen
Stalins Rode Leger in het oostfront Hitler wist te verslaan. Na de tweede wereldoorlog zou de Sovjet-
Unie haar macht uitbreiden en de leider van het Oostblok worden, die tegenover het Westblok (onder
leiding van de VS) in de Koude oorlog stond. Er waren ook negatieve gevolgen, want om de doelen
van de vijfjarenplannen te halen moesten arbeiders erg hard werken terwijl ze slecht betaald kregen
en weinig rechten hadden. Ook werden de doelstelling niet gehaald en het collectivisme was ook niet
erg een succes. De landbouwproductie bleef laag en doordat ze een deel moesten afstaan
ontstonden er hongersnoden. Boeren die zich verzette tegen de landbouwhervormingen werden
koelakken (rijke boeren) genoemd en om het verzet van hen en andere burgers te breken, pakten de
communisten ze hard aan. Tijdens schijnprocessen werd de indruk gewekt dat mensen die verzet
pleegden staatsvijanden waren. Zij belanden in strafkampen in Siberië, waar ze onder slechte
omstandigheden dwangarbeid moesten doen. In Oekraïne en andere staten werd de bevolking
expres uitgehongerd om het verzet tegen het collectivisme te breken. Niet alleen tegenstander, maar
ook onschuldige mensen die gewoon meewerkte konden na een valse beschuldiging worden
opgepakt en vermoord.

Stalins totalitaire staat
Stalin was een alleenheerser en probeerde het doen van zijn burgers volledig te
beheersen → totalitaire staat met geen politieke vrijheid. De Communistische Partij was de enige
partij en had alle macht in handen. De partijleiders woonden in mooie huizen en de gelijke verdeling
van macht en bezit gold dus maar voor een kleine groep mensen. De vrijheid van meningsuiting en
persvrijheid bestond ook niet. Ook het uitoefenen van geloof werd tegengewerkt en vele kerken
werden vernield. Door propaganda bleef de partij de idealen van het communisme verspreiden, maar
tegelijkertijd dwongen ze gehoorzaamheid af door terreur vaak uitgeoefend door de machtige
geheime politie. De communistische totalitarisme was onder leiding van Stalin op zijn hoogtepunt en
wordt daarom ook wel Stalinisme genoemd. Velen bleven toch geloven in de maakbaarheid van de
communistische droom en jongeren sloten zich aan bij massaorganisaties en werkten mee aan de
opbouw van de Sovjet-Unie.

11.4 De Verenigde Staten
De VS was door de eerste wereldoorlog een wereldmacht geworden en maakte een welvarende
periode door waarin mensen allerlei nieuwe producten kochten, ‘roaring twenties’. Daardoor kwam de
economische crisis in 1929 onverwacht.

Vrijemarkteconomie (kapitalisme)
Een oorzaak van die welvarende periode was de vrijemarkteconomie ofwel het kapitalisme. Vraag en
aanbod bepaalde wat er werd geproduceerd en wat de prijs was. Mensen konden zelf kiezen of ze
ondernemer werden en door vrije concurrentie konden ondernemers die goede en goedkope
producten verkochten, rijk worden. De ‘Amerikaanse droom’ dat je kon opklimmen in de maatschappij
sprak veel mensen aan. De regering moest zich dus niet veel met de economie bemoeien. Vrije
concurrentie leidde tot technologische vernieuwingen, zoals de lopende band van Henry Ford. Door
die uitvinding konden bedrijven op grote schaal produceren, vooral consumptiegoederen. Het
resultaat was de consumptiemaatschappij. Door relatief lage prijzen konden veel Amerikanen
deze luxe goederen kopen → brede middenklasse. Effecten van kapitalisme was ook te
zien op wereldschaal. Handel, productie en geldverkeer werden steeds internationaler →
onderlinge afhankelijkheid werd groter. Wereldkapitalisme: wereldwijde verwevenheid van
markteconomieën.

, Politieke vrijheid (democratie)
Economische vrijheid was gekoppeld aan de politieke vrijheid. Sinds de 18e eeuw wantrouwden de
Amerikanen te veel bemoeienis en macht van de overheid. Zelf je leven bepalen was wenselijk. Ze
namen verkiezingen (vrijwel voor elke bestuursfunctie) en vrijheid van meningsuiting erg serieus en
ze kozen al lang een eigen Congres (bepaalde welke wetten er golden). De Amerikaanse
samenleving was dus gebaseerd op kapitalisme en democratie en het kon alleen functioneren als er
vertrouwen was. Burgers gaven d.m.v stemrecht vertrouwen aan bestuurders. Particuliere
investeerders investeerde pas als ze vertrouwen hadden dat het een succes zou worden. Zou
vertrouwen wegvallen, dan kon het systeem in elkaar storten, wat gebeurde in 1929.

Rassensegregatie
De ‘Amerikaanse droom’ was eigenlijk alleen weggelegd voor witte en protestantse
mensen. Anderen hadden minder kansen, werden achtergesteld of zelfs gediscrimineerd
→ vooral de Afro-Amerikanen (onderklasse) (Harvard verbood in 1924 een Afro-
Amerikaanse student om in een studentenwijk te wonen). De racistische organisatie Ku
Klux Klan (kkk) hadden het doel een wit en orthodox-protestants Amerika te creëren. Ze
deinsde niet terug voor intimidatie, mishandeling en moord. De overheid deed niet veel
aan deze discriminatie en sinds het einde van de 19e eeuw was er zelfs een wet die de
ongelijke positie van de Afro-Amerikanen rechtvaardigde.
In het openbaar vervoer waren er aparte gedeelten voor ‘witten’ en ‘zwarten/gekleurden’, openbare
gebouwen hadden ook aparte ingangen en ‘witten’ hadden voorrang op ‘zwarten’. Deze segregatie
was goedgekeurd door het hooggerechtshof (apartheid was niet in strijd met de grondwet, als alle
faciliteiten maar voor iedereen gelijk was). De Afro-Amerikanen hadden weinig perspectief op
verbetering en dit zou pas veranderen als Rosa Parks en Martin Luther King (jaren 50/60) gingen
strijden voor gelijke rechten voor de Afro-Amerikaanse bevolking.

De economie stort in
In de jaren 20 was ook de welvaart kwetsbaar. De welvaart steeg wel voor mensen, maar in
werkelijkheid ging het niet goed met de Amerikaanse welvaart. Hier waren 2 redenen voor:
- Veel mensen betaalden producten met geleend geld, dat ze nog aan de bank moesten terug
betalen. Ook aandelen werden met geleend geld gekocht (‘Live now, pay later’).
- Een crisis in de landbouw, wat ontstond na de Eerste Wereldoorlog. De landbouwproductie in
Europa nam weer toe en de export van Amerikaanse landbouwproducten namen af.

Sommigen verloren het vertrouwen en in oktober 1929 stortte de New Yorkse beurs op
Wall Street in → economische crisis. De crisis trof eerst de laag opgeleiden, de
immigranten en de Afro-Amerikanen. Velen werden werkloos (later volgden anderen
mensen). In eerste instantie deed de Amerikaanse regering onder leiding van Hover niets
aan de problemen (economie zou vanzelf ‘genezen’, het was gebaseerd op vrijheid van
vraag en aanbod). Maar de problemen werden alleen maar groter en ook andere landen
kregen last van de crisis, vooral Europa. Amerikaanse banken wilden het geld terug wat
ze tijdens de Eerste Wereldoorlog aan Europese landen hadden geleend → Duitse
economie stort ook in en andere landen volgenden → economische wereldcrisis.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper eefkesmit23. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 85443 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49
  • (0)
  Kopen