100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

MCI algemene chirurgie samenvatting voor operatieassistenten

Beoordeling
3,5
(2)
Verkocht
14
Pagina's
52
Geüpload op
08-01-2023
Geschreven in
2022/2023

Voor studenten die de opleiding tot operatie assistent volgen. Informatie is samengevat uit het boek OZT Algemene chirurgie. Ook de bijbehorende leerdoelen zijn uitgebreid beantwoord d.m.v. studiemateriaal vanuit E-learning’s, hoorcolleges en filmpjes van Juf Danielle Academie Voorbeelden en uitleg wordt gegeven aan de hand van afbeeldingen. Hieronder zie je alle hoofstukken die aanbod komen voor het behalen van de toets MCI Algemene chirurgie. Succes met leren!! Voor nog meer studie gemak, zie ook de andere samenvattingen voor de opleiding tot operatieassistent op mijn account.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
8 januari 2023
Bestand laatst geupdate op
10 juni 2024
Aantal pagina's
52
Geschreven in
2022/2023
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

MCI Algemene chirurgie
Voor studenten die de opleiding tot operatie assistent volgen. Informatie is samengevat uit het boek OZT
Algemene chirurgie. Ook de bijbehorende leerdoelen zijn uitgebreid beantwoord d.m.v. studiemateriaal vanuit E-
learning’s, hoorcolleges en filmpjes van Juf Danielle Academie
Voorbeelden en uitleg wordt gegeven aan de hand van afbeeldingen. Hieronder zie je alle hoofstukken die aanbod
komen voor het behalen van de toets MCI Algemene chirurgie. Succes met leren!!
Voor nog meer studie gemak, zie ook de andere samenvattingen voor de opleiding tot operatieassistent op mijn
account.


1. Laparoscopische chirurgie en staplers
2. Laparoscopische buikwandbreuken
3. Laparoscopische galblaas en appendixchirurgie
4. Mamma chirurgie

,1. MCI algemene chirurgie: laparoscopieën en staplers
Leerdoelen
De student kan:
1. de toepassingsgebieden benoemen waarbij laparoscopische apparatuur toegepast wordt,
2. het verschil tussen een open en blinde introductie beschrijven,
3. het gebruiksdoel benoemen van laparoscopische instrumenten,
4. het werkingsprincipe uitleggen van laparoscopische apparatuur,
5. benoemen welke soorten optieken gebruikt worden,
6. aandachtspunten benoemen ten aanzien van het gebruik van optieken en laparoscopische instrumenten,
7. de mogelijke complicaties ten aanzien van laparoscopische operaties verklaren,
8. de aandachtspunten en gevaren verklaren van diathermie bij laparoscopische operaties

 De algemene richtlijnen die bij laparoscopische chirurgie horen
 De principes en risico’s van het gebruik van diathermische chirurgie bij laparoscopische ingrepen.
 Globaal het werkingsprincipe en het gebruiksdoel van de meest gangbare endoscopische staplers
Dit onderwerp (stapling) zal níet getoetst worden binnen de leerwijzer MCI, maar zal uitgebreider aan de orde
komen en getoetst worden binnen de leerwijzer HCI:


.

,MCI algemene chirurgie laparoscopieën
Laparoscopie: Laparo(in de buik) scopie (kijken) is in de heelkunde de inspectie door middel van een
kijkoperatie van de buikholte op een minimaal-invasieve methode.

Toegang verschaffen:
 Via een bestaande opening: cystoscopie, hysteroscopie, laryngoscopie, colonscopie etc.
 Via een incisie: laparoscopie, thoracoscopie, arthroscopie

Werkruimte creëren: kan d.m.v. CO2, lucht, NaCl
Apparatuur/instrumentarium; Camerakast, beeldscherm, lichtbron, lichtkabel, pomp (CO2 insufflator,
arthroscopiepomp), optiek, instrumenten, spoel/zuigerij, NaCl Zak, diathermie , foto/video opslag. Insufflatie slang
met filter, anticondens en de endocatch.

Insufflator
Bij een endoscopie wordt vaak NaCl gebruikt.
Bij een laparoscopie wordt CO2 in de buikholte geblazen om de peritoneale holte toegankelijk en/of overzichtelijk
te maken voor chirurgische ingrepen of diagnostisch onderzoek. De hoeveelheid gebruikt gas is afhankelijk van
de grootte v/d buik, de elasticiteit v/d buikwand en eventuele lekkage. Een insufflator reguleert:
 de druk waarmee het CO2 in de buikholte wordt geblazen (geïnsuffleerd);
 de snelheid van de gastoevoer (gas flow);
 de intra-abdominale druk.

De insufflator is met een siliconen slang voorzien van een filter verbonden met de Veress-naald of trocar. Om een
intra-abdominale druk in te stellen en te kunnen behouden is een gas flow van 10 tot 20 l/min (vaak 12l/min)
gewenst. Tijdens de operatie kan de druk door diffusie van CO2 door het peritoneum afnemen. Hierdoor zal de
intra-abdominale druk zakken en het operatiegebied verkleinen. Door intermitterend gas toe te voeren (met
tussenpozen) wordt de intra-abdominale druk constant gehouden. De meeste insufflatoren hebben een
overdrukalarm dat waarschuwt wanneer de intra-abdominale druk te hoog is, dat wil zeggen: 5 mmHg hoger dan
de ingestelde druk of bij een intra-abdominale druk hoger dan 35 mmHg. Dit laatste is meestal het geval
wanneer de spierverslapping is uitgewerkt

 Aanbevolen maximale druk = 12 mm Hg
 12 mmHg volwassen en 8 mmHg kinderen en baby 6 mmHg
 De snelheid van de toevoer varieert tussen de 1 tot 35 liter/minuut
 De insufflator waarschuwt bij een overdruk van meer dan 5 mm Hg.
o Mogelijke oorzaken overdruk: uitwerken van de spierverslapping, knikken van de insufflatie slang, dicht
staan van het kraantje op de trocar of het niet goed zitten van de trocar.

Waarom gebruik koolstofdioxide (CO2). Waarom geen kamerlucht, zuurstof, lachgas, stikstof of helium?
CO2 brengt minder risico’s met zich mee en is daarom het meest toegepast.
 CO2 Diffundeert snel en lost makkelijk op.
 CO2 is niet zo ontvlambaar als zuurstof of lachgas
 Kamerlucht, stikstof en helium: diffunderen snel, maar lossen slecht op.  kans op een gasembolie.

Nadeel CO2 = doordat het snel diffundeert in de cellen en makkelijk oplost Kan dit leiden tot hypercapnie. Wat
het lichaam dan doet is dat het veel vraagt om zuurstof om te compenseren met CO2. Ook de nieren moeten heel
hard aan het werk om het bloed weer te zuiveren. Anesthesist kan dit monitoren en een bloedgas afnemen.
Ook bij een bloeding in de buikholte kan er gas opgenomen worden in de bloedbaan wat voor een gasembolie
kan zorgen.
Hypercapnie = opstapeling van CO2, waardoor de patiënt verzuurt

Pneumoperitoneum= lucht in het peritoneum. Dit wordt in het geval van een laparoscopie met opzet gedaan
(CO2 insufflatie ).
 Volwassenen CO2: 12 mmHg
 Gynaecologie: vaak eerst op 20mmHg, daarna naar 14mmHg
 Obesitas: vaak hoger 14 a 16mmHg.
 Kinderen CO2: 8 mmHg
 Retroperitoneaal benadering rug CO2: 35 mmHg.

Plaatsen van de beeldschermen:
 Ruim onder ooghoogte (ongeveer -15º)
 Dichtbij het operatieveld (80-120 cm)
 In lijn met de werkrichting van de operateur (geen rotatie romp). Geldt ook voor de assisterende en
instrumenterende!

, Toegang tot de buik
 Laparoscopische chirurgie vereist het aanleggen van een pneumoperitoneum.
 Verkrijgen van de toegang kan op twee manieren; onder zicht of niet onder zicht (blind)
Open introductie: Mini laparotomie 1-2,5cm  Hasson techniek: huid, subcutis, rectusfascie en peritoneum worden geopend. 
Onder zicht inbrengen van een stompe trocar en start insufflatie.

Gesloten onder zicht  Optiview of visiport. De verschillende buikwandlagen worden onder zicht gepasseerd.
Niet onder zicht: blind  Directe trocar insertie
 Veress naald

Open Introductie  onder zicht
o Incisie en fascie vrijprepareren (mes, langebeckjes, evt. plaatsen van kochter op de fascie, mayo schaar en
grof pincet)
o Tabakszak hechting(UCLX) of Blunttip trocard
o Kans op Laesies in darm/vaten worden beperkt
o Fascie wordt op het einde gesloten
o Adhesies
Veress naald bestaat uit 2 delen: een scherpe buitenhuls en een beweegbaar (springveermechanisme) stompe
binnencanule.
 Het is een scherpe naald, die terugschiet wanneer er geen weerstand meer is.
 Kans op darm- en vaatletsel en vooraf de doorgankelijkheid testen: spoelen + druppeltest om positie te co.
 Druppeltest = NaCl op de naald druppelen en controleren of de druppel gemakkelijk in de naald glijdt
 Er wordt hiervoor gekozen snelheid, plaatsing van de rest van de trocars als je bijvoorbeeld bovenin de buik
wil.( voornamelijk: maagchirurgie, oesophagus chirurgie)

Trocar = een werkhuls die de passage van instrumenten mogelijk maakt zonder dat er sprake is van gaslekkage
door een klepmechanisme
 Disposable of reusable.
 Verschillende diameters (5, 10, 12, 5-12 of 5-15 mm) voor verschillende instrumenten (meestal 5 mm),
optieken (meestal 10 mm) of staplers, tackers en endobags (5, 10, 12 of 15 mm).
 Inbrengen met een scherpe of stompe obturator.
 Trocar bevat: een kraantje, klep, rubber, converter, werkschacht, stompe/scherpe obturator en schroefdraad.
 Kraantje moet dicht zitten bij het inbrengen: anders ontsnapt er CO2.

Complicaties aanleggen pneumoperitoneum.
 Letsels aan darmen, organen of vaten (retroperitoneaal arterieel letsel of epigastrische vaten) bij de
introductie van de Veress-naald of trocars. Ongeveer de helft van alle complicaties treedt tijdens de
introductiefase op.
 Effect van toegenomen abdominale druk op cardiovasculaire systeem. Kan bij oudere patiënten of patiënten
met ernstige co morbiditeit (ASA 3 of 4) gevolgen hebben.
 Gasembolie: als gevolg van het aanprikken van een bloedvat door de Veress-naald of trocar. Incidentie is
laag maar wanneer het optreedt kan het fataal zijn.
 Extra peritoneale insufflatie

Pathofysiologische gevolgen van CO2 insufflatie
 Neurohumoraal (↑RR, ↓diurese, ↑serumkalium)
 Immunologisch (systemische stress respons kleiner dan bij open chirurgie)
 Hemodynamisch
 Respiratoir

Wat kan de chirurgie doen?
 Aanpassen van de positie van de patiënt.
 Verlagen van de CO2 druk. Drukken boven de 15 mm Hg zorgen voor ↓RR door compressie van het
veneuze vaatbed. Normaal gesproken wordt bij een druk van 12 mm Hg geopereerd.
 Lage flow bij insuffleren. Peritoneale prikkeling door peritoneale rek kan aritmie en veroorzaken.

Complicaties laparoscopie
 Subcutaan emfyseem
 Gasembolie: door het aanprikken van een bloedvat met de veress naald of trocard of door een bloeding
 en extra peritoneale insufflatie
 Bloeding
 Diepe veneuze trombose
 Hypothermie
 Letsel of perforatie van organen
 Bloedvaten die je dicht drukt kunnen weer open gaan ofwel een bloeddrukdaling, wanneer je gaat
desuffleren

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 2 reviews worden weergegeven
11 maanden geleden

1 jaar geleden

3,5

2 beoordelingen

5
0
4
1
3
1
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
laurabuirs Hanzehogeschool Groningen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
419
Lid sinds
8 jaar
Aantal volgers
87
Documenten
33
Laatst verkocht
6 dagen geleden

4,1

67 beoordelingen

5
31
4
22
3
7
2
1
1
6

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen