Samenvatting Macronutriënten; voedingsleer

Welke monosachariden zijn er?

Antwoord: Glucose, fructose en galactose

Welke disachariden zijn er?

Antwoord: Maltose, sucrose en lactose

Uit hoeveel glucose moleculen bestaat een oligosacharide?

Antwoord: 2-10

Wat hebben oligosachariden voor effect?

Antwoord: Insuline verhogend, doordat de osmotische waarde lager ligt

Welke drie polysachariden zijn er?

Antwoord: Glycogeen, zetmeel en voedingsvezels

Wat is de eigenschap van onverteerbare koolhydraten?

Antwoord: Je lichaam kan deze niet opnemen

Noem drie oplosbare vezels

Antwoord: Gommen, sommige hemicellulose, pectinen

Noem drie onoplosbare vezels?

Antwoord: lignine, cellulose, hemicellulose

Noem een voorbeeld van producten met pectinen

Antwoord: Appels, citrusvruchten

Noem een voorbeeld van producten met gommen

Antwoord: bonen, peulen, haver, gerst

Hoe zijn aminozuren opgebouwd?

Antwoord: Aminozuren zijn opgebouwd uit koolstof-, waterstof-, zuurstof-, stikstof-, en soms zwavelatomen. Het is een koolwaterstof.

Wat is een peptide binding?

Antwoord: Een peptidebinding is een chemische binding tussen een carboxylgroep (-COOH) en een aminogroep (-NH2)

Wat gebeurt er bij het vormen van een peptidebinding?

Antwoord: De vorming van een peptidebinding gaat gepaard met het verlies van een watermolecuul (condensatiereactie).

Wat is de primaire structuur?

Antwoord: De volgorde en het aantal van elk soort aminozuur dat voorkomt in een eiwit noemen we deprimaire structuur van dit eiwit. De primaire structuur is dus een streng aan elkaar gekoppelde aminozuren in een bepaalde volgorde. Primaire structuren zijn karakteristiek voor elk eiwit.

Wat is de secundaire structuur?

Antwoord: De primaire structuur van een eiwit kan op een aantal manieren een ruimtelijke vorm aannemen. Zo kan de streng aminozuren de vorm van een spiraal hebben (α-helix) of de vorm van een glooiend vlak (β-sheet). Het glooiende vlak ontstaat doordat de polypeptideketen evenwijdige lussen vormt. De spiraal- en plaatstructuren worden door waterstofbruggen in hun ruimtelijke vorm gehouden.

Wat is de tertaire structuur?

Antwoord: Ook de helixen en de β-sheets van de secundaire structuur kunnen een ruimtelijke vorm aannemen. Zo kan de tertiaire structuur een vezel- of kluwenstructuur aannemen.Bij de tertiaire structuur spelen waterstofbruggen en zwavelbruggen een grote rol. Zwavelbruggen zijn atoombindingen die kunnen optreden tussen cysteïne fragmenten die binnen de keten vaak ver van elkaar zijn verwijderd.

Wat is de Quaternaire structuur?

Antwoord: De quaternaire structuur is de vorm die voortkomt uit de associatie van meerdere eiwitketens, ook het eiwitcomplex genoemd. Een voorbeeld hiervan is hemoglobine, dat uit meerdere eiwitketens

Wat zijn Glycoproteïnen ?

Antwoord: Een glycoproteïne is een eiwit met daaraan gekoppeld een of meer suikereenheden, polysachariden. De suikereenheden worden in het endoplasmatisch reticulum van de cel op de eiwitten geplakt.

Wat zijn stereo isomeren?

Antwoord: Aminozuren kunnen stereo-isomeren van elkaar zijn. Een molecuul in een aminozuur bevat precies dezelfde atomen als de ander, maar die atomen zitten net iets anders aan elkaar vast. De isomeren zijn chemisch en fysisch gezien identiek, maar biologisch gezien verschillen ze behoorlijk.

Op welke manieren kunnen eiwitten veranderen?

Antwoord: een andere ruimtelijke structuur aannemen (denatureren) ● intra- en intermoleculaire interacties aangaan (cross linking) ● uiteenvallen in kleinere peptiden (hydrolyse) ● samenklonteren (aggregatie van uiteengevallen delen) ● reacties aangaan (chemische modificatie)