Blok 2.3 - The History of Methods – Oefenvragen
Probleem 2 – The Ghost in the Machine
1. De verdeling tussen lichaam en geest is iets waar al decennia over gediscussieerd
wordt, beter bekend als het mind-body probleem. Er zijn verschillende manieren
waarop het fysieke van het mentale onderscheiden kan worden. Welk van de
begrippen past het beste bij onderstaande omschrijving?
De menselijke geest is in staat om representaties te creëren van bepaalde vormen. Zo
kan het dat mentale vormen zowel in de fysieke als mentale of slechts in de mentale
wereld bestaan.
A) Qualitative character of qualia
B) Mode of verification
C) Intensionality
D) Subject tot he laws of natural science
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord C. De omschrijving die wordt gegeven past
inderdaad het beste bij intensionality, die onderscheid maakt tussen de fysieke en mentale
wereld door mentale representaties. Qualitative character of qualia gaat over de mentale
waarde die gekoppeld wordt aan elke gebeurtenis. Mode of verification stelt dat het verschil
tussen het fysieke en mentale onderscheiden kan worden doordat fysieke ervaringen door
meerdere personen tegelijk ervaren kan worden terwijl het mentale voor elk individu
verschilt. Subject to the laws of natural science van Descartes stelt dat de principes van de
mentale wereld vrij zijn en niet bepaald worden door fysieke eigenschappen.
2. Welke stellingen zijn juist met betrekking tot Daniel Dennet?
I. Daniel Dennet was een instrumentalist en een materialist.
II. Daniel Dennet had drie methodes om intelligentie te bekijken, bestaande uit
intentional stance, design stance en physical stance.
A) Stelling I is juist en stelling II is onjuist.
B) Stelling I is onjuist en stelling II is juist.
C) Beide stellingen zijn juist.
D) Beide stellingen zijn onjuist.
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord C, beide stellingen over Daniel Dennet zijn
correct. Hij gebruikte inderdaad drie manieren om naar intelligentie te kijken. Bij intentional
stance wordt gedrag voorspelt door te kijken naar behoeftes en verlangens. Bij design stance
wordt gedrag voorspelt door grote systemen op te breken in onderliggende kleinere systemen,
zoals neurologische concepten. Physical stance tracht gedrag te voorspellen vanuit fysieke
gebreken. Deze ideeën sluiten aan bij het instrumentalisme. Volgens hem is het zo dat de
eerder benoemde intentionality afhankelijk is van bepaalde concepten. En dat deze concepten
op zichzelf weer andere fenomenen kunnen voorspellen. Ondanks dat hij niet alleen focuste
op het fysieke was hij ook een materialist. Hij gelooft dat de realiteit van dingen een fysieke
aard heeft en dus ook op fysieke wijze verklaard moet worden.
, 3. Wat is onjuist met betrekking tot ‘the ghost in the machine’?
A) Het is geeft een beschrijving voor het monisme.
B) Het is een uitspraak van Gilbert Ryle.
C) Het hoort bij de beweging van het linguïstisch behaviorisme.
D) Het is een kritiek op bepaalde gemaakte categorie fouten.
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord A, deze geeft namelijk onjuiste informatie met
betrekking tot ‘the ghost in the machine’. Gilbert Ryle is een van de eersten die kwam met de
beweging van het linguïstisch behaviorisme. Met ‘the ghost in the machine’ gaf hij een
beschrijving van het dualisme, dus niet het monisme. Het dualisme stelt dat er fysieke én
mentale gebieden zijn en binnen dit dualisme zijn er weer verschillende ideeën over hoe deze
twee gebieden tot elkaar in verband staan. Ryle had echter kritiek op het dualisme doordat zij
de geest evalueren als iets dat los van het lichaam bestaan en daarmee onafhankelijk is.
Volgens hem worden er categorie fouten gemaakt bij het analyseren van de relatie tussen
lichaam en geest. Hij stelde dat beide componenten zich niet binnen dezelfde categorie
bevinden en dat lichaam en geest dus ook niet als gelijk bekeken moeten worden.
4. Welke van onderstaande stromingen uit het dualisme past het best bij het plaatje?
A) Occasionalism
B) Epiphenomenalism
C) Pre-established harmony
D) Interactionism.
Het juist antwoord op de vraag is antwoord A, occasionalism. Het dualisme stelt dat er zowel
een lichaam als een geest bestaat. Er zijn veel verschillende stromingen binnen het dualisme
die elk op een eigen manier het lichamelijke en geestelijke met elkaar verbinden. De stroming
die bij het plaatje hoort is occasionalism. Deze benadering stelt dat als er een fysieke sensatie
plaatsvindt, God de bijhorende mentale sensatie veroorzaakt. In het plaatje is dat te zien
doordat het vogeltje met de vaste lijn het lichamelijke representeert en het vogeltje met de
stippellijn het mentale representeert. De bliksemschicht is de invloed van God.
Epiphenomenalism houdt vast aan het idee dat het geestelijke bestaat als een bijproduct van
het lichamelijke maar dat het hier verder geen invloed op uitoefent. Volgens pre-established
harmony functioneren het mentale en het fysieke onafhankelijk van elkaar en worden ze beide
door een extern proces beïnvloed. Tot slot interactionism, met Descartes als een van de
grondleggers. Deze stroming stelt dat het lichamelijke, ook wel res extensa genoemd, en het
mentale, ook wel res cogitans genoemd, onafhankelijk van elkaar zijn maar wel interactie
hebben met elkaar.
Probleem 2 – The Ghost in the Machine
1. De verdeling tussen lichaam en geest is iets waar al decennia over gediscussieerd
wordt, beter bekend als het mind-body probleem. Er zijn verschillende manieren
waarop het fysieke van het mentale onderscheiden kan worden. Welk van de
begrippen past het beste bij onderstaande omschrijving?
De menselijke geest is in staat om representaties te creëren van bepaalde vormen. Zo
kan het dat mentale vormen zowel in de fysieke als mentale of slechts in de mentale
wereld bestaan.
A) Qualitative character of qualia
B) Mode of verification
C) Intensionality
D) Subject tot he laws of natural science
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord C. De omschrijving die wordt gegeven past
inderdaad het beste bij intensionality, die onderscheid maakt tussen de fysieke en mentale
wereld door mentale representaties. Qualitative character of qualia gaat over de mentale
waarde die gekoppeld wordt aan elke gebeurtenis. Mode of verification stelt dat het verschil
tussen het fysieke en mentale onderscheiden kan worden doordat fysieke ervaringen door
meerdere personen tegelijk ervaren kan worden terwijl het mentale voor elk individu
verschilt. Subject to the laws of natural science van Descartes stelt dat de principes van de
mentale wereld vrij zijn en niet bepaald worden door fysieke eigenschappen.
2. Welke stellingen zijn juist met betrekking tot Daniel Dennet?
I. Daniel Dennet was een instrumentalist en een materialist.
II. Daniel Dennet had drie methodes om intelligentie te bekijken, bestaande uit
intentional stance, design stance en physical stance.
A) Stelling I is juist en stelling II is onjuist.
B) Stelling I is onjuist en stelling II is juist.
C) Beide stellingen zijn juist.
D) Beide stellingen zijn onjuist.
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord C, beide stellingen over Daniel Dennet zijn
correct. Hij gebruikte inderdaad drie manieren om naar intelligentie te kijken. Bij intentional
stance wordt gedrag voorspelt door te kijken naar behoeftes en verlangens. Bij design stance
wordt gedrag voorspelt door grote systemen op te breken in onderliggende kleinere systemen,
zoals neurologische concepten. Physical stance tracht gedrag te voorspellen vanuit fysieke
gebreken. Deze ideeën sluiten aan bij het instrumentalisme. Volgens hem is het zo dat de
eerder benoemde intentionality afhankelijk is van bepaalde concepten. En dat deze concepten
op zichzelf weer andere fenomenen kunnen voorspellen. Ondanks dat hij niet alleen focuste
op het fysieke was hij ook een materialist. Hij gelooft dat de realiteit van dingen een fysieke
aard heeft en dus ook op fysieke wijze verklaard moet worden.
, 3. Wat is onjuist met betrekking tot ‘the ghost in the machine’?
A) Het is geeft een beschrijving voor het monisme.
B) Het is een uitspraak van Gilbert Ryle.
C) Het hoort bij de beweging van het linguïstisch behaviorisme.
D) Het is een kritiek op bepaalde gemaakte categorie fouten.
Het juiste antwoord op deze vraag is antwoord A, deze geeft namelijk onjuiste informatie met
betrekking tot ‘the ghost in the machine’. Gilbert Ryle is een van de eersten die kwam met de
beweging van het linguïstisch behaviorisme. Met ‘the ghost in the machine’ gaf hij een
beschrijving van het dualisme, dus niet het monisme. Het dualisme stelt dat er fysieke én
mentale gebieden zijn en binnen dit dualisme zijn er weer verschillende ideeën over hoe deze
twee gebieden tot elkaar in verband staan. Ryle had echter kritiek op het dualisme doordat zij
de geest evalueren als iets dat los van het lichaam bestaan en daarmee onafhankelijk is.
Volgens hem worden er categorie fouten gemaakt bij het analyseren van de relatie tussen
lichaam en geest. Hij stelde dat beide componenten zich niet binnen dezelfde categorie
bevinden en dat lichaam en geest dus ook niet als gelijk bekeken moeten worden.
4. Welke van onderstaande stromingen uit het dualisme past het best bij het plaatje?
A) Occasionalism
B) Epiphenomenalism
C) Pre-established harmony
D) Interactionism.
Het juist antwoord op de vraag is antwoord A, occasionalism. Het dualisme stelt dat er zowel
een lichaam als een geest bestaat. Er zijn veel verschillende stromingen binnen het dualisme
die elk op een eigen manier het lichamelijke en geestelijke met elkaar verbinden. De stroming
die bij het plaatje hoort is occasionalism. Deze benadering stelt dat als er een fysieke sensatie
plaatsvindt, God de bijhorende mentale sensatie veroorzaakt. In het plaatje is dat te zien
doordat het vogeltje met de vaste lijn het lichamelijke representeert en het vogeltje met de
stippellijn het mentale representeert. De bliksemschicht is de invloed van God.
Epiphenomenalism houdt vast aan het idee dat het geestelijke bestaat als een bijproduct van
het lichamelijke maar dat het hier verder geen invloed op uitoefent. Volgens pre-established
harmony functioneren het mentale en het fysieke onafhankelijk van elkaar en worden ze beide
door een extern proces beïnvloed. Tot slot interactionism, met Descartes als een van de
grondleggers. Deze stroming stelt dat het lichamelijke, ook wel res extensa genoemd, en het
mentale, ook wel res cogitans genoemd, onafhankelijk van elkaar zijn maar wel interactie
hebben met elkaar.
