Week 2: rechtskeuze & objectieve aanknoping aan de hand van Rome I.......................................................22
Literatuur............................................................................................................................................................22
Jurisprudentie.....................................................................................................................................................27
Hoorcollege........................................................................................................................................................29
Week 3: consumenten- en arbeidsovereenkomsten......................................................................................36
Literatuur............................................................................................................................................................36
Jurisprudentie.....................................................................................................................................................39
Hoorcollege........................................................................................................................................................40
Week 10: erf- en relatievermogensrecht..................................................................................................... 140
Literatuur..........................................................................................................................................................140
Hoorcollege......................................................................................................................................................142
Week 1: introductie & verwijzingsregel,
kwalificatie en openbare orde
Literatuur
Begrip en functie van het internationaal privaatrecht (nr. 1-7)
Internationaal recht bestaat omdat privaatrecht van land tot land verschilt en
omdat rechtshandelingen en rechtsfeiten zich niets aantrekken van
,landsgrenzen. Het IPR heeft als doel de problemen die voortvloeien uit de
samenloop van nationale rechtsstelsels bij internationale privaatrechtelijke
rechtsverhoudingen te normeren. Het primaire doel is een doelmatige en
rechtsvaardige regeling van het door rechtsverscheidenheid gecompliceerde
internationale rechtsverkeer.
Drie hoofdproblemen van IPR:
1. Internationale bevoegdheidsrecht: de bevoegdheid van de nationale
rechter in internationaal verband (formeel IPR).
Dit deelgebied bevat regels m.b.t. de vraag welke zaken met een
internationaal karakter de nationale rechter mag beslechten en welke niet.
De bevoegdheid van de nationale rechter wordt afgebakend.
2. Conflictenrecht: op internationale rechtsverhoudingen toe te passen recht
(materieel IPR).
Geeft aan door welke rechtsregels rechtsverhoudingen met een
internationaal karakter worden beheerst. Ook geeft het aan naar welke van
de in een internationaal geval samenlopende, conflicterende, nationale
rechtsregels of -regelingen de internationale rechtsverhouding beoordeeld
en berecht dient te worden.
3. Recht inzake erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse rechtelijke
beslissingen: de rechtskracht van buitenlandse vonnissen in onze
rechtsorde (formeel IPR).
Bevat regels m.b.t. de vraag onder welke voorwaarden en in welke omvang
rechtskracht kan worden toegekend aan buitenlandse rechterlijke
beslissingen, en in geval van veroordelende beslissingen, onder welke
voorwaarden en op welke wijze die buitenlandse beslissingen kunnen
worden ten uitvoer gelegd.
Naar Nederlandse opvattingen behoren alleen de hierboven genoemde
rechtsgebieden tot het IPR. Niet tot het IPR worden gerekend:
- Privaatrechtelijke rechtsvergelijking = onderzoek naar buitenlandse
privaatrechtelijke rechtsstelsels.
- Privaatrechtelijke vreemdelingenrecht = privaatrechtelijke rechtspositie
van vreemdelingen.
- Eenvorming privaatrecht = het d.m.v. verdragen internationaal
geünificeerd materieel privaatrecht.
- Interregionaal of interpersoneel privaatrecht = vragen over rechterlijke
bevoegdheid, toepasselijk recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van
vonnissen die kunnen rijzen in een staat met een meervoudig
rechtsstelsel.
Elk land heeft zijn eigen regels van IPR en is in beginsel vrij het IPR naar eigen
ingeving in te richten. Zoverre is IPR geen internationaal recht, maar nationaal
recht. Het volkenrecht geeft niet aan onder welke voorwaarden nationale rechters
kennis mogen nemen van internationale privaatrechtelijke geschillen. Evenmin
bevat het voorschriften m.b.t. de vraag welk recht op internationale
privaatrechtelijke rechtsverhoudingen toegepast moet worden. Daarnaast zwijgt
het over of en onder welke voorwaarden staten over en weer elkaars rechterlijke
beslissingen dienen te erkennen of ten uitvoer te leggen. Volkenrecht is voor IPR
van belang wanneer staten zich bij internationale verdragen verbinden tot
bepaalde voorzieningen op het gebied van IPR. De wijze van totstandkoming en
inwerkingtreden van deze verdragen, de uitleg van bepalingen, samenloop etc.
worden beheerst door het volkenrecht zoals gecodificeerd in het Verdrag van
Wenen. Verder heeft volkenrecht betekenis voor IPR bij de toepassing van de
, openbare orde. Toepassing van buitenlandse regels die strijdig zijn met het
volkenrecht kan op zichzelf een schending van het volkenrecht opleveren en om
deze reden een beroep op de openbare orde achterwege gelaten worden. Ook
wat betreft voorrangsregels heeft volkenrecht betekenis voor IPR. Volkenrecht
stelt t.a.v. publiekrechtelijke wetgeving grenzen aan de wetgevende bevoegdheid
van staten. Deze grenzen moeten in acht genomen worden bij toepassing op
internationale gevallen van nationale (semipubliekrechtelijke voorschriften in het
kader van voorrangsregels.
IPR kan niet aangemerkt worden als privaatrecht in strikte zin, want het geeft
geen regels van materieel privaatrecht. Het formele IPR is procesrechtelijk van
karakter, terwijl het materiële zich bezighoudt met de samenloop van
rechtsregels en meer verwant is met privaatrecht in eigenlijke zin. Waar IPR-
rechtsverhoudingen met een doorgaans privaatrechtelijk karakter tot onderwerp
heeft en het materiële directe invloed heeft op de wijze waarop het IPR wordt
ingericht, gaat het te ver om IPR geheel af te scheiden van privaatrecht. IPR is
een autonoom rechtsgebied binnen het privaatrecht in ruime zin.
Het toepassingsgebied van IPR omvat in beginsel slechts rechtsverhoudingen
met een internationaal karakter. Gelet op het primaire doel van IPR heeft het
geen taak te vervullen wanneer van een samenloop van rechtsstelsels geen
sprake is en vragen naar het toepasselijke recht of naar internationale
bevoegdheid van de rechter niet opkomen. Onzeker is hoe de grens tussen
nationale en internationale rechtsverhoudingen loopt.
- Geografische benadering: onderscheidend criterium zoeken in de feitelijke-
geografische aspecten van de rechtsverhouding (woonplaats, nationaliteit
etc.). Als alle aspecten wijzen naar één land, is de rechtsverhouding
nationaal van karakter. Wijst het in de richting van meerdere landen dan
heeft de rechtsverhouding een internationaal karakter.
- Juridische benadering: afgrenzing van het internationale geval als ware
vanaf de andere kant bekeken, doordat niet de feitelijke aspecten
voorgaan, maar de geldingspretenties (toepassingsaanspraken van
rechtsstelsels). Kan de rechter in meer dan één land bevoegdheid
pretenderen en meer dan één rechtsstelsel toepassen? Alleen dan is
sprake van een samenloop van rechtsstelsels, heeft IPR een taak te
vervullen en is het een internationale rechtsverhouding.
Bronnen van het Nederlandse internationaal privaatrecht (nr. 8-14)
Nederlands IPR wordt gekenmerkt door een grote bronnenverscheidenheid:
ongeschreven recht, wettelijke regelingen, vrij groot aantal verdragen van
verschillende herkomst en Europese verordeningen. De verscheidenheid roept
vragen op naar de onderlinge afbakening van rangorde van rechtsbronnen.
Bovendien compliceert het de rechtsvinding in IPR. Bij de uitleg van IPR-regels
zullen verschillende interpretatiemethoden in acht genomen moeten worden. De
uitleg van regels uit nationale bron vindt over het algemeen plaats met behulp
van de gebruikelijke interpretatiemogelijkheden die gehanteerd worden bij de
uitleg van andere regels uit nationale bron (wetshistorisch, rechtssystematisch,
teleologisch). Bij uitleg van IPR-regels uit internationale bron kunnen deze
methoden niet worden toegepast. Een verdragsautonome oftewel
verordeningsautonome uitleg is aan de orde. Het specifieke doel van
internationale regelingen brengt mee dat bij de uitleg van een IPR-regel uit
internationale bron bijzondere betekenis toekomt aan de rechtsvergelijkende
interpretatiemethode. Hierbij wordt uitleg van de internationale regeling rekening
gehouden met opvattingen die worden gehuldigd in rechtspraak van andere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janiquebax2001. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $19.87. You're not tied to anything after your purchase.