Lecture 1: Kids and youth entertainment landscape is changing rapidly
Education
- Gebruiken ook veel technologie in school: laptops, computers, ai
- Heel hulpvol: hogere memory en minder afgeleid door VR
Kids: komt in tentamen
● Infants: <1
● Early childhood:
○ toddlers 1-3 yr
○ Preschooler 4-5 yr
● Middle childhood
○ 5-12 yr
○ Tweens 8-12 yr
● Adolescents
○ Early 12-15 yr
○ Late 15-19 yr
Census = national survey, in deze les over media use
<2 : 1,20 uur op media
2-4: 3,30 uur op media
4-8: 3.36 uur op media
Tweens: 5.5 uur op media
Teens: 8,5 uur op media
→ Exponential increase van gebruik van media
Kids gebruiken sm voor apps boven de 13 jaar en niet 13 jaar zijn.
Increasingly connected: meer mensen hebben een telefoon op steeds jongere leeftijd.
Developmental context
→ its a mobil world en they are living in their platforms
Social media is changing
- New platforms
- Platformen blenden en worden steeds meer hetzelfde
- New affordances
- New uses
Screentime concerns of US parents
- Concerned too much time spend in front of screens
- Confident in their ability to know how much screen time is appropriate → geen kennis
voor wat appropriate is
Wat vinden we van deze veranderingen
, - Extreme unnuanced headlines
- fear en scare headlines
- Duivel leeft in onze telefoon
- Negatief over schermtijd van kinderen
Media and technology: identity, well-being and relationships:
● Risky content
○ Filter met fillers
● Risky contact
○ Cyberbullying, sexting
● Risky use: digital overuse
○ Ik weet niet hoe ik moet stoppen, overwhelmed notifications
○ problematic social media use= een addiction
○ Ook televisie (traditionele media)
● ‘If it bleeds it leads’ → negativiteit werkt in de media
● ‘Good news is no news’ → negativiteit werkt in de media
Making sense of all this:
- Soms positieve effecten, soms negatieve effecten, hangt van het kind af.
What do we already know about media?
Preferences, processes and effect?
model:
Ja mensen gebruiken media, maar hoe ze dit gebruiken hangt van hun individuele verschillen.
Proposition 1:
● Dispositional factors: iets over jou als persoon
○ Age, gender, raise, personality, etc.
● Developmental factors: wat voor development proces is going on?
● Social factors: parent, friends, country grow up in
→ Je gebruikt me
→ Proposition hoe reageer je er op
● Cognitief
● Emotional
● Excitative
→ media effects
Al deze dingen hebben invloed op elkaar
● Hoe je media effect hebt ervaren
heeft invloed op hoe je media
daarna gebruikt
, ○ Hoge emotionele reactie op horror movie dan kijk je het nog een keer, lage
reactie dan kijk je het niet mee
Thinking about the role of media and tech THEN
Hypodermic Needle perspective=
de media effecten zijn..
● Direct
● Immediate
● Hetzelfde voor iedereen
Payne fund studies: interest in youth + media effect
● Verzamelde Content analysis, experiments, interviews met kids om te zien hoe zij de
media ervaren
● Kopieerde gedrag en de probeerde gangster te immiteren die ze op tv zagen, prominent
thema op tv back then
● Biggest studies on the influence of motion pictures on children en adolescents
Thinking about the role of media and tech NOW
Differential susceptibility to media effects model (DSMM)
● = inviduele verschillen beinvloeden hoe je media
gebruikt en hoe je erop reageert
● Cyclical
● academisch
Three C’s model
● Denken aan de inviduele karakteristieken van een child, the context van het kind exist in,
en de content die ze consuming → dat is hoe zij affected zijn door de media
● In practice: Should i let my child play the app
○ Content: carefully asses the app content, is it educational, age appropriate?
○ Contect: will you and your child use the app together?
○ Child: how old is your child? Does your child have attention problems?
● Practitioners
Belangrijkste: vroeger dachten we dat de media effecten bij iedereen hetzelfde was, nu is er
sprake van individuele verschillen.
Lecture 2: Development pschology: from infancy to adolescence
Education
- Gebruiken ook veel technologie in school: laptops, computers, ai
- Heel hulpvol: hogere memory en minder afgeleid door VR
Kids: komt in tentamen
● Infants: <1
● Early childhood:
○ toddlers 1-3 yr
○ Preschooler 4-5 yr
● Middle childhood
○ 5-12 yr
○ Tweens 8-12 yr
● Adolescents
○ Early 12-15 yr
○ Late 15-19 yr
Census = national survey, in deze les over media use
<2 : 1,20 uur op media
2-4: 3,30 uur op media
4-8: 3.36 uur op media
Tweens: 5.5 uur op media
Teens: 8,5 uur op media
→ Exponential increase van gebruik van media
Kids gebruiken sm voor apps boven de 13 jaar en niet 13 jaar zijn.
Increasingly connected: meer mensen hebben een telefoon op steeds jongere leeftijd.
Developmental context
→ its a mobil world en they are living in their platforms
Social media is changing
- New platforms
- Platformen blenden en worden steeds meer hetzelfde
- New affordances
- New uses
Screentime concerns of US parents
- Concerned too much time spend in front of screens
- Confident in their ability to know how much screen time is appropriate → geen kennis
voor wat appropriate is
Wat vinden we van deze veranderingen
, - Extreme unnuanced headlines
- fear en scare headlines
- Duivel leeft in onze telefoon
- Negatief over schermtijd van kinderen
Media and technology: identity, well-being and relationships:
● Risky content
○ Filter met fillers
● Risky contact
○ Cyberbullying, sexting
● Risky use: digital overuse
○ Ik weet niet hoe ik moet stoppen, overwhelmed notifications
○ problematic social media use= een addiction
○ Ook televisie (traditionele media)
● ‘If it bleeds it leads’ → negativiteit werkt in de media
● ‘Good news is no news’ → negativiteit werkt in de media
Making sense of all this:
- Soms positieve effecten, soms negatieve effecten, hangt van het kind af.
What do we already know about media?
Preferences, processes and effect?
model:
Ja mensen gebruiken media, maar hoe ze dit gebruiken hangt van hun individuele verschillen.
Proposition 1:
● Dispositional factors: iets over jou als persoon
○ Age, gender, raise, personality, etc.
● Developmental factors: wat voor development proces is going on?
● Social factors: parent, friends, country grow up in
→ Je gebruikt me
→ Proposition hoe reageer je er op
● Cognitief
● Emotional
● Excitative
→ media effects
Al deze dingen hebben invloed op elkaar
● Hoe je media effect hebt ervaren
heeft invloed op hoe je media
daarna gebruikt
, ○ Hoge emotionele reactie op horror movie dan kijk je het nog een keer, lage
reactie dan kijk je het niet mee
Thinking about the role of media and tech THEN
Hypodermic Needle perspective=
de media effecten zijn..
● Direct
● Immediate
● Hetzelfde voor iedereen
Payne fund studies: interest in youth + media effect
● Verzamelde Content analysis, experiments, interviews met kids om te zien hoe zij de
media ervaren
● Kopieerde gedrag en de probeerde gangster te immiteren die ze op tv zagen, prominent
thema op tv back then
● Biggest studies on the influence of motion pictures on children en adolescents
Thinking about the role of media and tech NOW
Differential susceptibility to media effects model (DSMM)
● = inviduele verschillen beinvloeden hoe je media
gebruikt en hoe je erop reageert
● Cyclical
● academisch
Three C’s model
● Denken aan de inviduele karakteristieken van een child, the context van het kind exist in,
en de content die ze consuming → dat is hoe zij affected zijn door de media
● In practice: Should i let my child play the app
○ Content: carefully asses the app content, is it educational, age appropriate?
○ Contect: will you and your child use the app together?
○ Child: how old is your child? Does your child have attention problems?
● Practitioners
Belangrijkste: vroeger dachten we dat de media effecten bij iedereen hetzelfde was, nu is er
sprake van individuele verschillen.
Lecture 2: Development pschology: from infancy to adolescence
