100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting vastgoedeconomie theorieboek Jan Buist H1 t/m H7 $7.47   Add to cart

Summary

Samenvatting vastgoedeconomie theorieboek Jan Buist H1 t/m H7

 40 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide en duidelijke samenvatting van hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 7 van het theorieboek vastgoedeconomie van Jan Buist. Je zal hierin onder andere de onderwerpen economische kringloop , de vraagvergelijking, de Lorenzcurve, prijselasticiteit, de soorten marktvormen, de Yieldcurve en nog...

[Show more]

Preview 3 out of 60  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 7
  • October 3, 2023
  • 60
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting vastgoedeconomie
Lena Verdonk

Hoofdstuk 1

Maximale behoeftebevrediging: het maken van keuzes uit diverse alternatieven de beperkt
beschikbaar zijn.
Nutsmaximalisatie: proberen met de beschikbare middelen combinaties te maken die
maximaal nut opleveren
Schaarste: spanning tussen de behoefte enerzijds en de beschikbare middelen anderzijds
Beschikbare schaarse middelen zijn alternatief aanwendbaar
Welvaart is de mate waarin de spanning tussen behoeften en beperkte middelen is
opgeheven.
Welzijn is de mate van de bevrediging van behoeften die niet afhankelijk zijn van schaarse
beschikbare middelen. Deze middelen zijn kosteloos en onbeperkt beschikbaar, zoals natuur
en lucht. Ook hangt welzijn af van het persoonlijke geluksgevoel
Welstand heeft te maken met persoonlijke voorspoed in de zin van gezondheid en
bemiddeld zijn.
Behoefte is het menselijke verlangen waaraan voldaan wordt door de beschikking over
schaarse goederen en diensten. Behoefte kan oneindig zijn.

Behoeften kunnen we onderscheiden in een aantal categorieën:
- Primaire en secundaire behoeften
- primaire behoeften: behoefte aan elementaire goederen zoals voedsel
- secundaire behoeften: behoeften aan goederen die niet noodzakelijk zijn zoals
reizen
- Stoffelijke versus onstoffelijk behoefte
- stoffelijk behoefte: behoeften aan tastbare goederen
- onstoffelijke behoeften: behoefte aan immateriële goederen zoals dienstverlening
- Individuele versus collectieve behoeften
- individuele behoefte zijn de eigen behoefte die men individueel kan invullen
- collectieve behoefte: behoefte die iedereen heeft maar die je niet individueel kan
invullen zoals veiligheid of onderwijs
- veelal is de overheid degene die voorziet in de bevrediging van deze collectieve
behoeften

Inkomen is de stroom van verworven koopkracht zonder in te teren

,De overheid rekent tot haar taak een rechtvaardige verdeling van inkomens te bevorderen.
Door belastingen en premies te heffen en sociale uitkeringen te verstrekken kan de overheid
verandering realiseren in de primaire inkomensverdeling zodat de secundaire
inkomensverdeling gelijkmatiger is dan de primaire.
- de primaire inkomens zijn die inkomens die verdient worden in het productieproces
- de secundaire inkomensverdeling kunnen we maken als de overheid op de primaire
inkomens heeft ingehouden die deels weer terechtkomen bij uitkeringsgerechtigde die nu
ook via de overheid een inkomen genieten.

De personele inkomensverdeling ( = de verdeling van inkomens over personen) kunnen we
illustreren met de Lorenzcurve.




Productie is het geschikt maken van goederen en diensten voor gebruik.
Aanbieders zijn producenten van goederen en diensten binnen een economie.

, De vier klassieke productiefactoren die de aanbieder kan inzetten bij de productie, zijn
(KANO):
1. Natuur
2. Arbeid
3. Kapitaal
4. Ondernemerschap

Tot natuur behoeden grond, bossen en delfstoffen. Arbeid is datgene wat mensen met
lichamelijke en/of geestelijke inspanning tot stand brengen. Natuur en arbeid noemen we de
oorspronkelijke productiefactoren. Kapitaal, de afgeleide productiefactor, bestaat uit
duurzame en vlottende kapitaalgoederen zoals gebouwen, machines en eventueel
voorraden.

Wie beslist er in ene land over het verdelen van de productiefactoren over de verschillende
productiemogelijkheden? We kennen een drietal vormen van de economische orde:
1. Centraal geleide planeconomie: de wijze waarop productiefactoren worden ingezet
bepaald uitsluitend de overheid. Dus ze bepalen vraag en aanbod en denk dan aan
verkoopprijzen.
2. Vrijemarkteconomie: aanbieders en consumenten bepalen gezamenlijke waar
behoefte aan is en wat er wordt geproduceerd en afgenomen. De overheid houdt
zich hier afzijdig en vervult kerntaken zoals defensie, onderwijs en justitie.
3. Georiënteerdemarkteconomie: het vrijemarktmechanische speelt een belangrijke rol,
maar de overheid heeft hierin een nadrukkelijke regulerende rol. Producten en
consumenten zijn vrij om te beslissen over investering, productie en consumptie,
echter de overheid kan die sturen door middel van belastingheffing en regelgeving.

Er zijn drie soorten niveaus in de economie, te weten:
1. Macro-economie: hier kijken we naar productie, consumptie en overheidsgedrag van
een land als geheel. Belangrijk voor makelaars want ontwikkeling van de rentestand
op de kapitaalmarkt is van invloed op de hypotheekrente. Plus is het
consumentenvertrouwen belangrijk voor het al dan niet actief zijn van de
consumenten op de huizenmarkt.
2. Meso-economie: hier kijken we naar economische processen op het niveau van de
bedrijfstak waarin bedrijven opereren. Centraal hierin staat de concurrentie binnen
en buiten de bedrijfstak. Voor makelaardij belangrijk om te weten wat de
concurrentie is en hoe bijvoorbeeld media inzetbaar is.
3. Micro-economie: niveau van individuele consumenten en bedrijven. Het gaar hierbij
om beslissingen op economisch gebied van de individuele consument of individueel
bedrijf. Voor een makelaar belangrijk welk deel van het inkomen de consument
bereid is af te staan voor wonen.

We onderscheiden de volgende data van de economie:
- De behoefteschema’s van de consumenten
- De beschikbare hoeveelheden en kwaliteiten van de productiefactoren
- De juridische en sociale organisatie/ordening van de maatschappij
- De stand van de technische kennis
- Omvang van de beroepsbevolking

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lenaverdonk. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.47  2x  sold
  • (0)
  Add to cart