100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting stofwisseling biologie vwo $6.32   Add to cart

Summary

samenvatting stofwisseling biologie vwo

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Een gedetailleerde samenvatting van het onderwerp stofwisseling biologie vwo. Perfect voor je schoolexamens of centraal examens.

Preview 2 out of 6  pages

  • May 28, 2023
  • 6
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
BIOLOGIE - STOFWISSELING IN DE CEL

§1 chemie in de cellen

Stofwisseling (metabolisme): het geheel van chemische omzettingsprocessen in een organisme. 
Vindt vooral plaats in de cellen  alle
stofwisselingsprocessen die in rust doorgaan, horen bij het basale metabolisme

Organische stoffen:

o Zijn relatief groot.
o Bestaan uit C, H en O atomen, koolstofverbindingen.
o Bevatten veel chemische energie (=energie die in atoombindingen van energierijke stoffen is
opgeslagen.)

Anorganische stoffen: kleine, eenvoudig gebouwde moleculen. Bevatten weinig energie.

Assimilatie: de opbouw van organische moleculen uit kleinere moleculen.
o CO2 + H20  C6H12O6
Dissimilatie: de afbraak van grote organische moleculen tot kleine moleculen
o C6H12O6  CO2 + H2O

Koolstofassimilatie: de vorming van glucose uit koolstofdioxide en water (autotrofe organismen)
Voortgezette assimilatie: Glucose is de brandstof voor de vorming van andere koolhydraten, vetten,
eiwitten en DNA. (Autotrofe en heterotrofe organismen)

Bij dissimilatie komt 36 ATP (adenosinetrifosfaat, adenosine en drie fosfaatgroepen) vrij.
Kan gebruikt worden voor:

o Opname/afgifte van stoffen
o Afbraak/opbouw van stoffen
o Plaatsvinden van processen

Andere energiedragers zijn NAD+ en NADP+

Fosforylering: aanmaak van ATP (ADP + P  ATP)

§2 enzymen

Enzymen: eiwitten die reacties versnellen (naam  substraat + ase)

o Actieve centrum: het deel van het molecuul waar de reactie plaatsvindt.
o Substraat: stof waar enzym op inwerkt.
o Enzymen zijn substraat specifiek (= substraat en actieve centrum passen precies op elkaar 
reactie)
o Reactieproduct: de stof die ontstaat bij een reactie

Een enzymmolecuul verandert in de reactie niet, dus kan zich daarna weer binden aan een volgend
substraatmolecuul.  Zijn in kleine hoeveelheden werkzaam.

, Een enzym heeft soms voor zijn werking een ander molecuul nodig  cofactor. (Als dit een
organische stof is, spreek je van co-enzym)
Eigenlijke enzymmolecuul wordt dan apo-enzym genoemd.

Reactievergelijking ATPase: ATP ⇄ ADP + Pi

o ATPases krijgen energie door de omzettingv an ATP in ADP en Pi maar ook door ATP te
synthetiseren in ADP en Pi.

Energiedrempel: de minimale hoeveelheid energie die nodig is om een reactie op gang te brengen.
Activeringsenergie: de energie die moet worden toegevoerd om de reactie op gang te brengen. (Het
enzym verlaagt deze hierdoor bevatten de producten minder energie dan het substraat)
Reactie-energie: de energie die bij de reactie vrijkomt.

Enzymactiviteit: snelheid waarmee een enzym een reactie versnelt.
Invloed van temperatuur:
o Onder de minimumtemperatuur geen enzymactiviteit  moleculen bewegen te traag 
geen enzym substraatcomplexen
o Boven de maximumtemperatuur geen enzymactiviteit  moleculen zijn specifieke
ruimtelijke structuur verloren (denaturatie)  onomkeerbaar
Invloed van pH:
o De ruimtelijke structuur van het enzym blijft alleen intact bij een bepaalde Zuurgraad  het
optimum

Het functioneren van enzymen wordt beïnvloed door stoffen waarvan de moleculen bindingen
aangaan met enzymmoleculen  ruimtelijke structuur en chemische eigenschappen veranderen 
enzymactiviteit wordt verhoogd of verlaagd

Activator verhoogt enzymactiviteit (bijvoorbeeld hormonen of geneesmiddelen)
 Enzymsubstraatcomplexen worden sneller gevormd
Remstoffen verlaagt enzymactiviteit (bijvoorbeeld zware metalen)
 Enzymsubstraatcomplexen worden niet gevormd

Enzymreacties maken vaak deel uit van reactieketen  hierdoor ontstaat evenwicht tussen de
concentraties.

§3 koolstofassimilatie

Koolstofassimilatie: glucose aanmaak, via fotosynthese/chemosynthese

o Reactievergelijking fotosynthese: 6 CO2 + 6 H20  C6H1206 + 6 O2

Chlorofyl(bladgroen) kan energie uit licht adsorberen (planten, algen, cyanobacteriën bevatten dit).
Bij planten bevindt het chlorofyl zich in membranen in de chloroplasten. Deze membranen liggen
gerangschikt als stappels munten (thylakoïden, binnenste heet lumen. Buiten bevindt zich stroma)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eallemekinders. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.32. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73314 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.32
  • (0)
  Add to cart