Basisverpleegkunde 1
Hoofdstuk 1
1. Patiënt versus zorginstelling
1.1 De wet op de verpleegkunde
o Kennis wat de wetgeving betreft is het begin van de verpleegkunde
o Dienen wettelijk te handelen volgens de ‘lijst der verpleegkundige
verstrekkingen’
- A- handeling
- B-handeling
- C-handeling
o Handelingen niet vermeld = niet uitvoeren!
Artikels lezen in de cursus p. 14- 18
1.2 Lijst der verpleegkundige verstrekking
o De lijst is opgedeeld in 3 categorieën:
- A– handelingen/ verstrekkingen
- B– handelingen/ verstrekkingen:
B1- handelingen/ verstrekkingen
B2- handelingen/ verstrekkingen
- C- handelingen/ verstrekkingen
1.2.1 A- handelingen
Kunnen ze volledig autonoom uitvoeren. Voor dergelijke activiteiten geen
medisch voorschrift nodig.
o Observeren, herkennen, vastleggen van gezondheidsstatus psychisch,
fysisch en sociaal vlak
o Omschrijven van verpleegproblemen
o Bijdragen medische diagnose door arts + uitvoeren van voorgeschreven
behandeling
o Informeren + adviseren van patiënt en familie
o Bijstaan, uitvoeren en helpen uitvoeren van behandeling verpleegkundige
het behoud, verbetering + herstel van gezondheid van zieke/gezonde
personen en groepen beoogt
o Handeling palliatieve zorg verrichten
o Verlenen van stervensbegeleiding + de verwerking van het rouwproces
1.2.2 B- handelingen
De technische verpleegkundige verstrekkingen worden hierna opgesomd.
Verklaring:
o B1: verstrekking geen voorschrift van de arts nodig is.
Maar op verantwoordelijkheid van de uitvoerende verpleegkundige!
Vb: zuurstoftoedingen: via neusbril, masker met reservoir
, o B2: verstrekking een voorschrift van de arts nodig is.
Maar op verantwoordelijkheid van de uitvoerende verpleegkunde!
Vb: verwijderen van hechtingen, parentale voeding, …
1.2.2.1 Behandelingen
o Ademhalingsstelsel
B1: - zuurstoftoediening
- luchtwegenaspiratie en- drainage
B2: - gebruik toezicht op thoraxdrainagesysteem
- cardiopulmonaire resuscitatie met invasieve middelen
o Bloedsomloopstelsel
B1: - plaatsen van intraveneuse katheters in perifere vene, bloedafneming
en intraveneuze perfusie met een isotonische zoutoplossing met
gebruik van een debietregelaar
B2: - verrichten van aderlating
- afname + behandeling van tranfusiebloed en van bloedderivaten
o Spijsverteringsstelsel
B1: - manuele verwijdering van fecalomen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- darmspoeling
- maagspoeling
- lavement
o Urogentiaal stelsel
B1: - vaginale spoeling
- aseptische vulvazorgen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- blaassondage
- drainage van de urinaire tractus
o Huid en zintuigen
B1: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- wondverzorging
- verwijdering van losse vreemde voorwerpen uit de ogen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- spoeling van neus, ogen + oren
- therapeutische baden
o Metabolisme
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op technieken:
- plasmaforese
- in evenwicht houden van de vochtbalans
o Medicamenteuze toedieningen
B2: - oraal
- via luchtweg
o Bijzondere technieken
, B1: - manipulatie van radioactieve producten
- toezicht op voorbereiding van steriliseren materialen en het
sterilisatieproces
B2: - verwijderen van gipsverbanden:
- drainage van intracerebraal vocht via ventrikeldrain permanente
controle van de intracraniële druk
1.2.2.2 Voedsel- en vochttoediening
B1: - enterale vocht- en voedseltoediening:
- in afwachting van het voorschrift over “de samenstelling van de
enterale sondevoeding” mag de verpleegkunde zelf beslissen over
die samenstelling van dit via een maagsonde. Aanbevolen om
procedure op te stellen die de samenstelling + toedieningswijze
van de sondevoeding regelt + akkoord met de arts,
verpleegkundige, diëtist + apotheker
B2: - parenterale voeding
1.2.2.3 Mobiliteit
B1: - patiënt functionele houding brengen met technische hulpmiddelen
en toezicht erop
- het spalken van een breuk behoort tot deze prestatie
1.2.2.4 Hygiëne
B1: - specifieke hygiënische zorgen voorbereiding op onderzoek of
behandeling
- hygiënische zorgen bij patiënten met ADL- dysfunctie
1.2.2.5 Fysische beveilging
B1: - maatregelen ter preventie van infecties
- vervoer van patiënten die bestendig toezicht nogid hebben
1.2.2.6 Verpleegkundige activiteiten die verband houden met het
stellen van de diagnose en de behandeling
B1: - meting van parameters behorende tot verschillende biologische
functiestelsels
B2: - bloedafneming
- langs aanwezige arteriële katheter
1.2.2.7 Assistentie bij medische handeling
B1: - beheer van chirurgische, anesthesiologische uitrusting
- voorbereiding van patiënt op de anesthesie + chirurgische ingreep
B2: - deelneming aan assistentie + toezicht tijdens de anesthesie
- voorbereiding, assistentie + instrumenteren bij medische +
chirurgische ingrepen
1.2.3 C- handelingen
, Geneeskundige handelingen die door de arts kunnen worden toevertrouwd aan
een verpleegkundige.
Vb: toediening van chemotherapie, beoordeling parameters
1.2.3.1 voorbereiding en toediening van:
o bloedafneming door arteriële punctie
o bediening van toestellen voor medische beeldvorming
o voorbereiding + toediening van vaccins, in aanwezigheid van arts
1.3 Verplegen – verpleegkunde
Verplegen is een beroepsmatige ondersteuning van zelfzorg en de mantelzorg
van de mens.
Verplegen is gericht op:
o Het voorkomen van bedreigingen en verstoringen: preventie
o Het herstellen van de verstoring: verzorging
o Het verwerken van de verstoring: psychische steun
o Het handhaven van een toestand van welzijn en gezondheid
o Het verlichten van het lijden: palliatieve verpleegkunde
Verplegen betekent dus:
o Een continu gebeuren is, 24 uur per dag
o Elk moment plaatsvindt binnen een verpleegsituatie
o Elk moment kan veranderen
o Zich richt op het individu in relatie tot zijn omgeving (familie, cultuur, …)
o Zich richt op het individu als totaliteit
o Plaatsvindt via processen: het verpleegproces
Verpleegkundige dienen te beschikken over het vermogen om zich in te leven in
het denken en doen van de individuele patiënt. De Patiënt is het uitgangspunt in
het verpleegkundig-handelen = patiëntgerecht werken
Omschrijving verpleegkundige zie p. 24
1.4 Het ziekenhuis
o Doet dienstverlening, dat intern bestaat uit een team. Team staat in voor
de verzorging + behandeling van een persoon
Bv: verpleegkundigen
o Volgens de wet is een zkh een inrichting met 1 of meerdere diensen voor:
- verzorging
- onderzoek
- patiënten worden opgenomen
o Algemeen zkh is voor volwassenen
o Kinderziekenhuis is voor jongeren onder de 15j
Hoofdstuk 1
1. Patiënt versus zorginstelling
1.1 De wet op de verpleegkunde
o Kennis wat de wetgeving betreft is het begin van de verpleegkunde
o Dienen wettelijk te handelen volgens de ‘lijst der verpleegkundige
verstrekkingen’
- A- handeling
- B-handeling
- C-handeling
o Handelingen niet vermeld = niet uitvoeren!
Artikels lezen in de cursus p. 14- 18
1.2 Lijst der verpleegkundige verstrekking
o De lijst is opgedeeld in 3 categorieën:
- A– handelingen/ verstrekkingen
- B– handelingen/ verstrekkingen:
B1- handelingen/ verstrekkingen
B2- handelingen/ verstrekkingen
- C- handelingen/ verstrekkingen
1.2.1 A- handelingen
Kunnen ze volledig autonoom uitvoeren. Voor dergelijke activiteiten geen
medisch voorschrift nodig.
o Observeren, herkennen, vastleggen van gezondheidsstatus psychisch,
fysisch en sociaal vlak
o Omschrijven van verpleegproblemen
o Bijdragen medische diagnose door arts + uitvoeren van voorgeschreven
behandeling
o Informeren + adviseren van patiënt en familie
o Bijstaan, uitvoeren en helpen uitvoeren van behandeling verpleegkundige
het behoud, verbetering + herstel van gezondheid van zieke/gezonde
personen en groepen beoogt
o Handeling palliatieve zorg verrichten
o Verlenen van stervensbegeleiding + de verwerking van het rouwproces
1.2.2 B- handelingen
De technische verpleegkundige verstrekkingen worden hierna opgesomd.
Verklaring:
o B1: verstrekking geen voorschrift van de arts nodig is.
Maar op verantwoordelijkheid van de uitvoerende verpleegkundige!
Vb: zuurstoftoedingen: via neusbril, masker met reservoir
, o B2: verstrekking een voorschrift van de arts nodig is.
Maar op verantwoordelijkheid van de uitvoerende verpleegkunde!
Vb: verwijderen van hechtingen, parentale voeding, …
1.2.2.1 Behandelingen
o Ademhalingsstelsel
B1: - zuurstoftoediening
- luchtwegenaspiratie en- drainage
B2: - gebruik toezicht op thoraxdrainagesysteem
- cardiopulmonaire resuscitatie met invasieve middelen
o Bloedsomloopstelsel
B1: - plaatsen van intraveneuse katheters in perifere vene, bloedafneming
en intraveneuze perfusie met een isotonische zoutoplossing met
gebruik van een debietregelaar
B2: - verrichten van aderlating
- afname + behandeling van tranfusiebloed en van bloedderivaten
o Spijsverteringsstelsel
B1: - manuele verwijdering van fecalomen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- darmspoeling
- maagspoeling
- lavement
o Urogentiaal stelsel
B1: - vaginale spoeling
- aseptische vulvazorgen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- blaassondage
- drainage van de urinaire tractus
o Huid en zintuigen
B1: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- wondverzorging
- verwijdering van losse vreemde voorwerpen uit de ogen
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op:
- spoeling van neus, ogen + oren
- therapeutische baden
o Metabolisme
B2: - voorbereiding, uitvoering + toezicht op technieken:
- plasmaforese
- in evenwicht houden van de vochtbalans
o Medicamenteuze toedieningen
B2: - oraal
- via luchtweg
o Bijzondere technieken
, B1: - manipulatie van radioactieve producten
- toezicht op voorbereiding van steriliseren materialen en het
sterilisatieproces
B2: - verwijderen van gipsverbanden:
- drainage van intracerebraal vocht via ventrikeldrain permanente
controle van de intracraniële druk
1.2.2.2 Voedsel- en vochttoediening
B1: - enterale vocht- en voedseltoediening:
- in afwachting van het voorschrift over “de samenstelling van de
enterale sondevoeding” mag de verpleegkunde zelf beslissen over
die samenstelling van dit via een maagsonde. Aanbevolen om
procedure op te stellen die de samenstelling + toedieningswijze
van de sondevoeding regelt + akkoord met de arts,
verpleegkundige, diëtist + apotheker
B2: - parenterale voeding
1.2.2.3 Mobiliteit
B1: - patiënt functionele houding brengen met technische hulpmiddelen
en toezicht erop
- het spalken van een breuk behoort tot deze prestatie
1.2.2.4 Hygiëne
B1: - specifieke hygiënische zorgen voorbereiding op onderzoek of
behandeling
- hygiënische zorgen bij patiënten met ADL- dysfunctie
1.2.2.5 Fysische beveilging
B1: - maatregelen ter preventie van infecties
- vervoer van patiënten die bestendig toezicht nogid hebben
1.2.2.6 Verpleegkundige activiteiten die verband houden met het
stellen van de diagnose en de behandeling
B1: - meting van parameters behorende tot verschillende biologische
functiestelsels
B2: - bloedafneming
- langs aanwezige arteriële katheter
1.2.2.7 Assistentie bij medische handeling
B1: - beheer van chirurgische, anesthesiologische uitrusting
- voorbereiding van patiënt op de anesthesie + chirurgische ingreep
B2: - deelneming aan assistentie + toezicht tijdens de anesthesie
- voorbereiding, assistentie + instrumenteren bij medische +
chirurgische ingrepen
1.2.3 C- handelingen
, Geneeskundige handelingen die door de arts kunnen worden toevertrouwd aan
een verpleegkundige.
Vb: toediening van chemotherapie, beoordeling parameters
1.2.3.1 voorbereiding en toediening van:
o bloedafneming door arteriële punctie
o bediening van toestellen voor medische beeldvorming
o voorbereiding + toediening van vaccins, in aanwezigheid van arts
1.3 Verplegen – verpleegkunde
Verplegen is een beroepsmatige ondersteuning van zelfzorg en de mantelzorg
van de mens.
Verplegen is gericht op:
o Het voorkomen van bedreigingen en verstoringen: preventie
o Het herstellen van de verstoring: verzorging
o Het verwerken van de verstoring: psychische steun
o Het handhaven van een toestand van welzijn en gezondheid
o Het verlichten van het lijden: palliatieve verpleegkunde
Verplegen betekent dus:
o Een continu gebeuren is, 24 uur per dag
o Elk moment plaatsvindt binnen een verpleegsituatie
o Elk moment kan veranderen
o Zich richt op het individu in relatie tot zijn omgeving (familie, cultuur, …)
o Zich richt op het individu als totaliteit
o Plaatsvindt via processen: het verpleegproces
Verpleegkundige dienen te beschikken over het vermogen om zich in te leven in
het denken en doen van de individuele patiënt. De Patiënt is het uitgangspunt in
het verpleegkundig-handelen = patiëntgerecht werken
Omschrijving verpleegkundige zie p. 24
1.4 Het ziekenhuis
o Doet dienstverlening, dat intern bestaat uit een team. Team staat in voor
de verzorging + behandeling van een persoon
Bv: verpleegkundigen
o Volgens de wet is een zkh een inrichting met 1 of meerdere diensen voor:
- verzorging
- onderzoek
- patiënten worden opgenomen
o Algemeen zkh is voor volwassenen
o Kinderziekenhuis is voor jongeren onder de 15j
