Samenvatting sociaal agogische vaardigheden: thema beroepshouding

SAV – ASPECTEN VAN DE
BEROEPSHOUDING
1.1 INLEIDING

Je beroepshouding komt op heel veel verschillende manieren naar voren, bijvoorbeeld in hoe je omgaat met de
cliënten of collega’s, in de manier waarop je je taken oppakt en hoe je omgaat met kritiek.




1.2 HET BEGRIP BEROEPSHOUDING



Onder beroepshouding verstaan we de eigenschappen en het gedrag waarover iemand in zijn beroep dient te
beschikken om zijn beroep goed uit te oefenen.



Belangrijk bij de beroepshouding is uiteraard welke verwachtingen er zijn vanuit de organisatie.

Als je zorg of begeleiding nodig hebt, dan is de persoonlijkheid van de mensen die je helpen wel heel belangrijk.
Ontbreekt een goede beroepshouding, is de beroepskracht kil en afstandelijk, dan voel je je niet thuis. Mogelijk
heb je dan zelfs geen vertrouwen in de deskundigheid van de beroepskracht.




1.3 GRONDHOUDING



De ontwikkeling van een juiste GROOT VERSCHIL Het verwerven van voldoende
beroepshouding vakkennis



De basis van je beroepshouding is de houding die je in de loop van je leven hebt eigengemaakt, ofwel je
grondhouding.

Je grondhouding is de basishouding die bij je persoonlijkheid hoort en onlosmakelijk verbonden is met je
persoonlijke waarden en normen.




1.3.1 HOUDING WORDT ZICHTBAAR IN GEDRAG

Je grondhouding is zichtbaar in je gedrag. Je hebt misschien op voorhand veel opvattingen, gedachten en
gevoelens over (bepaalde) mensen. Dat alles vormt een grondhouding: de basis van een beroepshouding.




1

, 1.5 UITGANGSPUNTEN VOOR DE BEROEPSHOUDING

Wat betreft jouw beroepshouding is vooral het ethische aspect van je houding belangrijk. Je bent niet vrij in
wat je wel en niet belangrijk vindt en waar je wel of geen waarde aan hecht.

Waarden:

1. Ik zie de client als gelijkwaardig medemens.
2. Ik sta open voor cliënten.
3. Ik wil goed omgaan met diversiteit bij cliënten.
4. Ik heb een voorbeeldfunctie.




1.5.1 DE CLIENT ALS GELIJKWAARDIG MEDEMENS

Het is belangrijk dat je de client als gelijkwaardig medemens beschouwt:

 zijn waardigheid en eigen verantwoordelijkheid als uitgangspunt neemt.
 Dit betekent dat je de client in zijn waar laat en nooit beslissingen voor hem mag en kunt nemen.
 Ieder mens is verantwoordelijk voor zijn eigen keuzes en beslissingen.
 Wil zeggen dat ook in dit soort situaties de wensen en behoeften van de client het uitgangspunt zijn.
 Natuurlijk probeer je de client te motiveren tot ander gedrag.
o Als dat niet lukt, dan mag je in principe geen dwang uitoefenen.

UITGANGSPUNT: je eigen behoeften en verantwoordelijkheden serieus te nemen.




1.5.2 OPENSTAAN VOOR CLIËNTEN

Het is belangrijk dat je openstaat voor je cliënten. Pas wanneer je voor een ander openstaat, wil die laten zien
wie hij is. Als je openstaat voor iemand, is je aandacht gericht op de ander (en niet op jezelf).

Openstaan:

 Luisteren naar de ander, naar zijn woorden en naar de intonatie en de boodschap achter de woorden.
 Vrij zijn van vooroordelen (anders selffulling prophecy).
 Voorzichtig zijn met conclusies en oordelen.
 De ander leren kennen, begrijpen en helpen.
o Jezelf niet vergeten.
o Niet alles over je heen laten komen.




1.5.3 GOED OMGAAN MET DIVERSITEIT

Zoveel mensen, zoveel verschillen. Ook al is er een overeenkomst: je ontmoet de cliënten op je werk, ze
verschillen van elkaar en ze verschillen van jou.



Goed omgaan met diversiteit:

2