BIOLOGIE: NEURO-ANATOMIE, -FYSIOLOGIE EN -
PATHOLOGIE
BIO-PSYCHO-SOCIAAL MODEL
BIOLOGIE
PSYCHOLOGIE
SOCIOLOGIE
• aanleg • persoonlijkheid • gezin
• erfelijkheid • karaktrekken • vrienden
• ziekte • eigenschappen • werk
• medicijnen
• drugs en alcohol
1. ALGEMENE KENNIS
• Anatomie
= de wetenschap, die bestudeert hoe het lichaam en alle verschillende onderdelen eruit zien
• Fysiologie
= de wetenschap, die bestudeert hoe het lichaam en de verschillende onderdelen werken
- in rust
- in actie
• Pathologie
= de wetenschap die bestudeert wat er bij ziekten fout loopt in de anatomie of/en fysiologie van
organen of stelsels
1.1 DE MENS ALS BIOLOGISCH ORGANISME
Mens > orgaanstelsels > organen > weefsels > cellen
• Orgaanstelsels
- minstens 2 organen
- staan samen in voor functie
1
,• Organen
- opgebouwd uit 2 of meer weefseltypes
- samen specifieke functie uitvoeren
1. dekweefsel met slijm
2. bindweefsel met bloedvaten en zenuwen
3. 3 lagen gladde spierlagen
4. bindweefsel dat overloopt in het buikvlies
• Weefsels
- te bestuderen onder microscoop
- opgebouwd uit verschillende celtypes
- specifieke rangschikking om functie uit te oefenen
2
, • Cellen
- afkomstig van de zygote
- verschillend in morfologie
- 200 ≠ celtypes met specifieke bouw en functie
A. epitheelcel
B. trilhaarcel
C. kliercel
D. reukcel
E. bindweefselcel
F. pigmentcel
G. zenuwcel
H. kraakbeencellen
I. vetcel
J. receptorcel uit het netvlies van het oog
K. gladde spiercel
L. rode en witte bloedcellen
3
PATHOLOGIE
BIO-PSYCHO-SOCIAAL MODEL
BIOLOGIE
PSYCHOLOGIE
SOCIOLOGIE
• aanleg • persoonlijkheid • gezin
• erfelijkheid • karaktrekken • vrienden
• ziekte • eigenschappen • werk
• medicijnen
• drugs en alcohol
1. ALGEMENE KENNIS
• Anatomie
= de wetenschap, die bestudeert hoe het lichaam en alle verschillende onderdelen eruit zien
• Fysiologie
= de wetenschap, die bestudeert hoe het lichaam en de verschillende onderdelen werken
- in rust
- in actie
• Pathologie
= de wetenschap die bestudeert wat er bij ziekten fout loopt in de anatomie of/en fysiologie van
organen of stelsels
1.1 DE MENS ALS BIOLOGISCH ORGANISME
Mens > orgaanstelsels > organen > weefsels > cellen
• Orgaanstelsels
- minstens 2 organen
- staan samen in voor functie
1
,• Organen
- opgebouwd uit 2 of meer weefseltypes
- samen specifieke functie uitvoeren
1. dekweefsel met slijm
2. bindweefsel met bloedvaten en zenuwen
3. 3 lagen gladde spierlagen
4. bindweefsel dat overloopt in het buikvlies
• Weefsels
- te bestuderen onder microscoop
- opgebouwd uit verschillende celtypes
- specifieke rangschikking om functie uit te oefenen
2
, • Cellen
- afkomstig van de zygote
- verschillend in morfologie
- 200 ≠ celtypes met specifieke bouw en functie
A. epitheelcel
B. trilhaarcel
C. kliercel
D. reukcel
E. bindweefselcel
F. pigmentcel
G. zenuwcel
H. kraakbeencellen
I. vetcel
J. receptorcel uit het netvlies van het oog
K. gladde spiercel
L. rode en witte bloedcellen
3