Rijen met de Casio
Met de Casio kun je op diverse manieren rijen in beeld brengen. Verder kun je daarbij ook gemakkelijk
somrijen en verschilrijen maken. Je kunt tijdgrafieken en webgrafieken tekenen.
Loop eerst het practicum: ‘Basistechnieken Casio’ door.
Inhoud
Rijen met directe formules
Invoeren als functie
Invoeren als lijst
Invoeren als rij
Recursief gegeven rijen
Tijdgrafieken en webgrafieken
Stelsels rijen en fasegrafieken
, Rijen met directe formules
Rijen met directe formules kunnen op drie manieren worden ingevoerd. Ga uit van de rij met
voorschrift:
𝑢𝑛 = 800 ∙ 1.05𝑛−1
te beginnen met n = 1.
Je kunt de rij als een gewone functie opvatten met als domein alleen de getallen (0), 1, 2, 3, 4, ...
Voer in je tabelscherm het functievoorschrift in:
𝑦1 (𝑥) = 800 ∙ 1.05𝑥−1 . Zie hiernaast.
Laat de tabel die bij deze functie hoort op je scherm
weergeven. Je ziet nu de termen van de rij. Zie
hiernaast/onder.
Je kunt de bijbehorende verschilrij in beeld brengen via:
𝑦2 (𝑥) = 𝑦1 (𝑥 + 1) − 𝑦1 (𝑥).
Je vindt ‘𝑦1 ’ met or([GRAPH])q([Y])1.
Gebruik f voor 𝑥. Zie de afbeeldingen hiernaast.
De bijbehorende somrij maken als functie is lastig/onmogelijk. De
Casio ondersteunt geen sommeerfunctie in een functie.
Je kunt de rij als een lijst met getallen opvatten. Je kunt hem dan invoeren in ‘Spreadsheet’. Dat
gaat zo:
Druk in je hoofdscherm op 4(Spreadsheet).
Maak de sheet leeg met y(Clear)e(All) en ga terug naar het spreadsheet menu.
Ga in cel A1 staan.
Maak de rij met w(Edit)y(Seq), voer voor de expressie 𝑥 in, voor de variabele ook 𝑥, voor
de startwaarde 1, voor de eindwaarde 100 en voor de stapgrootte 1.
Controleer dat er nu in de eerste kolom de getallen 1 tot en met 100 staan.
Controleer of je nu snapt waar alle waarden in het venster voor stonden.
Ga in cel B1 staan.
Maak de rij zelf met w(Edit)y(Seq) en voer de
expressie 800 · 1,05𝑥−1 in en verder variabele,
startwaarde, eindwaarde en stapgrootte. Zie hiernaast.
Met de Casio kun je op diverse manieren rijen in beeld brengen. Verder kun je daarbij ook gemakkelijk
somrijen en verschilrijen maken. Je kunt tijdgrafieken en webgrafieken tekenen.
Loop eerst het practicum: ‘Basistechnieken Casio’ door.
Inhoud
Rijen met directe formules
Invoeren als functie
Invoeren als lijst
Invoeren als rij
Recursief gegeven rijen
Tijdgrafieken en webgrafieken
Stelsels rijen en fasegrafieken
, Rijen met directe formules
Rijen met directe formules kunnen op drie manieren worden ingevoerd. Ga uit van de rij met
voorschrift:
𝑢𝑛 = 800 ∙ 1.05𝑛−1
te beginnen met n = 1.
Je kunt de rij als een gewone functie opvatten met als domein alleen de getallen (0), 1, 2, 3, 4, ...
Voer in je tabelscherm het functievoorschrift in:
𝑦1 (𝑥) = 800 ∙ 1.05𝑥−1 . Zie hiernaast.
Laat de tabel die bij deze functie hoort op je scherm
weergeven. Je ziet nu de termen van de rij. Zie
hiernaast/onder.
Je kunt de bijbehorende verschilrij in beeld brengen via:
𝑦2 (𝑥) = 𝑦1 (𝑥 + 1) − 𝑦1 (𝑥).
Je vindt ‘𝑦1 ’ met or([GRAPH])q([Y])1.
Gebruik f voor 𝑥. Zie de afbeeldingen hiernaast.
De bijbehorende somrij maken als functie is lastig/onmogelijk. De
Casio ondersteunt geen sommeerfunctie in een functie.
Je kunt de rij als een lijst met getallen opvatten. Je kunt hem dan invoeren in ‘Spreadsheet’. Dat
gaat zo:
Druk in je hoofdscherm op 4(Spreadsheet).
Maak de sheet leeg met y(Clear)e(All) en ga terug naar het spreadsheet menu.
Ga in cel A1 staan.
Maak de rij met w(Edit)y(Seq), voer voor de expressie 𝑥 in, voor de variabele ook 𝑥, voor
de startwaarde 1, voor de eindwaarde 100 en voor de stapgrootte 1.
Controleer dat er nu in de eerste kolom de getallen 1 tot en met 100 staan.
Controleer of je nu snapt waar alle waarden in het venster voor stonden.
Ga in cel B1 staan.
Maak de rij zelf met w(Edit)y(Seq) en voer de
expressie 800 · 1,05𝑥−1 in en verder variabele,
startwaarde, eindwaarde en stapgrootte. Zie hiernaast.