Samenvatting Statistiek

Samenvatting Statistiek


Geschreven door Layla Peters

,Hoorcollege 1

Verificatie & falsificatie -> bewijzen dat is waar is en het tegendeel daarvan bewijzen
Verificatie kan moeilijk zijn omdat je geen data hebt over de dingen die je nog niet weet.

Verschillende onderzoek benaderingen




Onderzoek ontwerp -> structuur van het onderzoek en dataverzameling
Afhankelijk van de onderzoeksvraag
 Correlationeel onderzoek-> observaties
 Surveys (peilingsonderzoek): vaardigheidsniveaus, opinies, attitudes, samenhang
(correlatie) tussen eigenschappen
 - experiment (onderzoeker manipuleert iets)
 Speciale taken of condities, behandelingen & verschillende mate van controle en
randomisering

Belangrijk dat de groepen vergelijkbaar zijn.

Wat statistiek niet kan doen
Wat betekent het als de hypothese niet wordt ondersteund door de date?
 Het effect of verschil wat je zoekt, is er niet
 De onderzoeksopzet is niet sensitief genoeg om he verschil op te pikken




Causaliteit
Drie vereisten condities voor causale relaties
 Variabelen a en b moeten geassocieerd of gerelateerd zijn (relatieconditie)
 Veranderingen in variabele a gaan vooraf aan veranderingen in variabelen b
(temporele volgorde conditie)

,  Geen plausibele alternatieve verklaring bestaan er voor de relaties tissen variabel a
en b (geen-alternatieve-verklaringen conditie)

Pas op met invloeden van storende variabelen. ‘Tertium Quid’ (derde variabele)
 Heeft de derde variabele mogelijk een effect op de uitkomstvariabele?

Doel van onderzoek
Onderzoek beschrijft variabiliteit en probeert die te begrijpen of te verklaren
In CIW:
 Verschillen tussen condities
 Individuele verschillen

Afhankelijke & onafhankelijke variabelen




Vershillende typen variabelen
 Controle variabele: een variabele die niet varieert in de studie of niet expliciet wordt
gemanipuleerd
 Moderator of mediërende variabele: een variabele die het effect van de
onafhankelijke variabele beïnvloedt
 Variabelen die niet gemeten zijn: onsystematische variatie
 Voorspellende variabele (predictor) zijn onafhankelijke variabelen
 Verstorende (confounding) variabel: variabel die de meting beïnvloed (geslacht)
 Discrete variabele: beperkt aantal getallen of klassen, andere waarden hebben geen
betekenis (bloedgroep)

Variabelen en meetniveaus
Variabele: een eigenschap van een object die gemeten of beschreven kan worden
Voorbeeld: opleidingsniveau, groep, leeftijd etc.

Meetniveaus – nominaal, ordinaal, ratio, interval
Categorische variabele: binaire, nominale en ordinale meetniveaus

,Continue variabele: interval & ratio -> gaat over getallen




Kwalitatief vs. Kwantitatief




d= verschil

Geldigheid
Een meetinstrument is geldig als het meet wat het beoogt te meten
 Criteriumvaliditeit
- De mate waarin een test daadwerkelijk gedrag kan voorspellen
- Predictieve validiteit (diploma)
- Concurrent validiteit (samenhang met gevalideerde instrument)
 Inhoudsvaliditeit
- De maten waarin de inhoud van de tekst het boogde construct representeert
 Ecologische validiteit
- De mate waarin testresultaten geldig zijn buiten de testsetting
 Factoriele validiteit
- De mate waarin onderliggende dimensies op basis van de testscores
overeenkomt met onderliggende dimensies van het construct dat gemeten
wordt.

Betrouwbaarheid -> de mate waarin een instrument dezelfde uitkomst produceert onder
vergelijkbare condities




Descriptieve statistiek
Centrummaten en spreidingsmaten

, Typen variatie
Systematische variatie – verschillen in uitkomst zijn het gevolg van een specifieke
experimentele manipulatie

Willekeurige variatie – verschillen zijn het gevolg van onbekende factoren
Randomisatie en counterbalancing toepassen, hiermee minimaliseer je de willekeurige
variatie, waardoor de systematische variatie percentueel gezien grote wordt. En hierin ben
je geïnteresseerd.


Hoorcollege 2

Rol van statistiek
Kwantitatief onderzoek – data beschrijven/samenvatten & generaliseren van kleine groep
naar grote groep

Statistiek kan niet compenseren voor fouten in het ontwerp of metingen
Descriptieve statistiek- samenvatten van data in centrale maat
 Centrummaten
Gemiddelde
Modus – frequentste score
Mediaan- middelste getal uit reeks (eerst orderen) -> bij twee medianen, bij elkaar
optellen en delen door twee
Gemiddelde kan niet bij categorische getallen, mediaan kan niet bij nominaal

Geschikte centrummaten afhankelijk van meetniveaus




Mediaan is ongevoelig voor extreme waarden
Gemiddelde is gevoelig voor extreme waarden (outliers)

Centrummaten alleen zijn niet genoeg
Spreidingsmaten
 Range (max score – min score) nadeel: gebaseerd op extreme vaak minder
betrouwbare scores
 Interkwartielafstand (verdelen in kwarten, range van 50%) 75% - 25%
 Deviatie
 Variantie
 Standaarddeviatie (s of sd)