Biomoleculen En Cellen: Partim Biomoleculen (1009FBDBMW)
Exam (elaborations)
mogelijke ex vragen biomoleculen per hoofdstuk
7 views 0 purchase
Course
Biomoleculen En Cellen: Partim Biomoleculen (1009FBDBMW)
Institution
Universiteit Antwerpen (UA)
dit document bevat alle mogelijke ex vragen die er kunnen gesteld worden per hoofdstuk (houd er wel rekening mee dat dit gaat om theoretische vragen en niet om vragen over de transformatie van suikermoleculen of rekenvragen).
Biomoleculen En Cellen: Partim Biomoleculen (1009FBDBMW)
All documents for this subject (5)
Seller
Follow
ihsaneakabi
Content preview
Voorbeeld examenvragen deel Biomoleculen
1) Bespreek het Watson-Crick model van DNA. Teken een schematisch overzicht van alle
moleculen die hierbij betrokken zijn en benoem deze correct. Besteed zeker aandacht aan
de stabiliserende interacties.
Het Watson en Crick model voldoet aan de volgende regels:
- 2 polynucleotide ketens zijn gedraaid rond een gemeenschappelijke as tot een dubbele
helix.
- De twee strengen lopen antiparallel (in tegenovergestelde richtingen) maar vormen wel
een rechtsdraaiende helix.
- De basen zitten in de kern van de helix, terwijl de suiker-fosfaat bindingen langs de
periferie lopen. Het oppervlak van de dubbele helix vertoont 2 groeven: een grote en een
kleine groeve.
- Elke base is via H-bruggen verbonden met een base van de andere keten en vormen zo
een basenpaar. Er kunnen twee types basenparen ontstaan: A bindt aan T en G bindt aan
C (dit zijn complementaire basen) dus DNA-strengen zijn complementair met elkaar (seq.
Van ene streng dicteert seq. andere streng)
- Watson-Crick structuur kan elke mogelijke opeenvolging van basen bezitten, zolang de
DNA-strengen maar complementair zijn.
- Meeste DNA moleculen zijn zeer groot. Algemene regel= hoe groter het organisme, hoe
groter DNA-inhoud. DNA kan wel verdeeld worden over verschillende chromosomen.
- Lengte van DNA wordt beschreven ifv. het aantal basenparen (bp).
2) Teken aan de hand van de opgegeven structuren volgende koolhydraatstructuren
a) Gluc(α 1-4)gluc
Ik denk een binding tussen de twee door die 2 OH’s weg te doen en -O- tussen de twee te tekenen en
naar onderen gericht (alfa is onder het vlak)
, b) C4-epimeer
OH groep op C4 naar links verplaatsen.
3) Het verschil in structuur tussen RNA en DNA heeft een effect op de functie van RNA. Leg uit
aan de hand van een voorbeeld (beschrijf duidelijk de structuur en functie).
RNA verschilt in samenstelling van DNA: de suiker in RNA is D-ribose ipv. desoxyribose in DNA
en in plaats van base thymine komt de base uracil voor in RNA. De grootte van RNA en DNA is
ook verschillend: DNA is groter dan RNA. Verder zijn RNA strengen doorgaans enkelstrengig
en vertonen ze soms complexe vouwingen. De 2’ hydroxylgroep van de ribose maakt de
fosfodiesterbinding van RNA veel gevoeliger voor chemische hydrolyse ivm. DNA. Deze
chemische instabiliteit reflecteert zich in de metabolische instabiliteit: sommige RNA’s (bv.
bacterieel mRNA) worden snek geproduceerd, gebruikt en afgebroken in slechts enkele
minuten tijd. Anderen zijn stabieler en blijven enkele dagen (bv. rRNA). Toch zijn RNA’s
onstabieler dan DNA’s.
Er zijn drie soorten RNA’s te onderscheiden:
mRNA: dragen genetische informatie van afgeschreven DNA, worden aangemaakt in celkern
en getransporteerd naar ribosomen, waar eiwitten gesynthetiseerd worden.
rRNA: ribosomen bestaan voor 60% uit rRNA
tRNA: kleine RNA structuren die helpen bij het aanvoeren van aminozuren tijdens de
aanmaak van een polypeptideketen.
4) Bespreek denaturatie van eiwitten.
De globale structuur van een eiwit wordt bepaald onder bepaalde omstandigheden en als
deze omstandigheden niet meer gunstig zijn i.e. worden verstoord, dan treedt er denaturatie
op van het eiwit. Hierbij gaat de secundaire, de tertiare of de quaternaire structuur verloren
waardoor het eiwit niet meer functioneel is. Denaturatie kan optreden onder bepaalde
omstandigheden:
- Hitte: door opwarming kunnen interacties van de zijketens van het eiwit verloren gaan.
Verschillende eiwitten hebben een verschillende hittestabiliteit: het ene eiwit verliest zijn
structuur al bij 50°C terwijl een ander eiwit dat kan verliezen bij 100°C. Door vlees te
verhitten wordt het malser, dit komt door de denaturatie van collageen.
- pH variatie: pH variatie verandert de ionaire status van de zijketens waardoor de
ladingen veranderen en dus ook de aangegane interacties.
- Detergenten: deze verstoren hydrofobe interacties van de zijgroepen door zelf
interacties aan te gaan met deze zijgroepen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ihsaneakabi. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.84. You're not tied to anything after your purchase.