Penologie en penitentiair recht
1.Penologisch perspectief op straffen
1.Definitie penologie
- Penologie = wetenschappelijke studie van bestraffing van normovertredend gedrag.
- Hof van Cassatie: juridisch begrip straf = leed door wet, bepaald door rechterlijke macht, opgelegd
als sanctie wegens gepleegd misdrijf.
o Eerst misdrijf gebeuren, dan pas kan er een straf zijn
o Leed = bewust toevoegen van pijn.
o Misdrijf = gedraging die wettelijk omschreven is als een misdrijf.
- Penologische vragen:
o Welke soort leed? (vb. geldboete), Wanneer?, Voor wie?, Door wie?
o Welke straffen?
o Waarom straffen?
o Hoe straffen uitvoeren?
- Sancties opgelegd: rechtbank, Openbaar Ministerie (vb. minnelijke schikking), administratieve
instanties (vb. milieucriminaliteit), gemeenten (vb. GAS-boete)
2.Begrippen
1.Penologie
- Penologie → breder dan juridisch straffen
- Sociologische visie = sociale realiteit van straffen.
o Bestraffingsinstituten: rechtbank, strafuitvoering: gevangenis, justitiehuizen
o Multidisciplinaire benadering van straffen (vb. juridisch, sociologisch, psychologisch,…)
2.Straffen
- Straffen: complex gegeven, verschillende niveaus
o Straftoemeting = hoofdstraf opleggen als reactie op misdrijf.
o Strafuitvoering = traject dat iemand aflegt om straf uit te zitten/werken.
o Publieke verontwaardiging – media: kunnen invloed hebben
o Slachtoffers: nemen vaker het woord
▪ Witte mars: eerste gebeurtenis van solidariteit met slachtoffers
o Bestraffing als organisatie/instituut: beslissingen nemen over complexe zaken
3.Verschil penitentiair recht en strafuitvoeringsrechtbank
- Penitentiair recht = geheel van juridische normen in verband met behandeling van gedetineerden.
o Basiswet gevangeniswezen, Interne rechtspositie 2005 = rechten van gedetineerden in de
gevangenis. (vb. recht op bezoek)
o Wet op Externe rechtspositie 2006 = regeling van de overgang van binnen naar buiten. (vb.
penitentiair verlof)
o Beperkt onderdeel van strafuitvoeringsrecht
- Strafuitvoeringsrecht = geheel van juridische normen over uitvoering straffen en maatregelen.
- Gevangenis is machtsinstituut, totaal instituut:
o Vrijheid ontnomen
o Personeel kan macht uitoefenen (vb. door staking: geen bezoek, niet uit de cel)
1
,4.Penologie en penitentiair recht
- Penologie en penitentiair recht = combinatie van juridische regels en wetten en hoe dit wordt
toegepast.
- Juridische benadering: nationale en internationale normen
- Criminologische benadering:
o Doelstellingen straf en systeem (vb. waarom wordt er gestraft?)
o Studie van strafpraktijken en effecten van straf
o Analyse van strafrechtelijk en penitentiair beleid → overbevolking
- Doel cursus: leren denken en spreken als kritisch penoloog
o Kritisch tegenover straf en gevangenis (vb. machtsmisbruik)
o Tegenwind bieden tegen ‘taken for granted’ stellingen
o Relatie tussen criminaliteit en bestraffing in vraag stellen
2.Overzicht van straffen
Gerechtelijke interventie = geen echte straf.
1.Juridische indeling
1.Belangrijkste hoofdstraffen
- Vrijspraak = iemand onschuldig verklaren.
o Opschorting = iemand schuldig verklaren, maar straf nog niet opgelegd.
- Vrijheidsstraf = uw vrijheid wordt ontnomen. (vb. gevangenisstraf)
o Straf opgelegd: schuld is bewezen
o Voorlopige hechtenis = vrijheidsberovende maatregel, geen straf.
- Vrijheidsbeperkende straffen = vrijheid wordt beperkt. (vb. alcoholslot, stadionverbod)
- Vermogensstraf = straffen die geld/goederen ontnemen. (vb. geldboete opdeciem x8)
o Rekening houden met financiële toestand persoon
- Internering = wetovertreder die op moment van de feiten en verschijning voor rechter
ontoerekeningsvatbaar is.
- Onderscheid zwaarte straffen:
o Overtredingen → politiestraffen: tussen 1d en 7d – tussen €1 en €25
o Wanbedrijven → correctionele straffen: tussen 8d en 40j – min. €26
o Misdaden → criminele straffen: levenslang, tussen 5j en 40j – min. €36
2.Subsidiaire of bijkomende straffen
- Verborgen straffen = rechter spreekt straf niet uit, maar automatisch gevoegd aan straf die wordt
opgelegd. (vb. ontzetting politieke en burgerlijke rechten)
- Verbeurdverklaring goederen (vb. zwaar auto-ongeval, auto verbeurd verklaard)
- Afzetting van titels (vb. politieke titels)
- Beroepsverbod (vb. pedofiel, geen les meer geven)
- Bekendmaking uitspraak = uitgehangen in gemeentehuis, rechtszaken zijn publiekelijk.
- Terbeschikkingstelling = straf begint te lopen tot eerste straf is uitgezeten.
3.Vervangende straffen
- Vervangende straf = straffen uitspreken in geval dat eerste straf niet wordt uitgevoerd.
o Gevangenisstraf of geldboete:
▪ Probleem van de niet-uitvoering (vb. geldboete niet betaald, gevangenisstraf)
▪ Vervangende gevangenisstraf: niet in gevangenis, elektronisch toezicht
o Vervangend rijverbod
2
, 2.Toepassing van de straffen
- Geldboete: meest opgelegde/toegenomen straf
- Vrijheidsstraf op de tweede plaats
- Daling van uitstel van straf → stijging van opschorting
3.Eerste generatie gemeenschapsgerichte straffen
- Alternatieven voor gevangenisstraf
- 1964: invoering opschorting, uitstel en probatie
o Meer aandacht voor problematiek dader
o Probatiemaatregelen ingevoerd: begeleidt door probatie-assistent
1.(Probatie)opschorting
- Opschorting = schuld staat vast, geen veroordeling uitgesproken.
o Proefperiode 1-5j: succesvol → niet vermeld op strafblad
o In aanmerking voor opschorting: geen vroegere veroordeling van +6maanden
2.(Probatie)uitstel
- Uitstel = schuld en straf staan vast, uitvoering uitgesteld/niet uitgevoerd.
- Proefperiode 1-5j: geen nieuw misdrijf, geen straf → wel vermeld strafblad
- In aanmerking voor uitstel: geen vroegere veroordeling van +12m
o Probatie-uitstel: geen vroegere veroordeling van +3j
3.Probatie
- Probatie = bepaalde voorwaarden naleven tijdens proefperiode.
o Opvolging: justitiehuizen, justitieassistent, probatiecommissie
- Voor 2014: probatie enkel opgelegd in combinatie met opschorting of uitstel
4.Tweede generatie gemeenschapsgerichte straffen: autonome straffen
- Overbevolking in gevangenissen tegengaan → ‘ultimum remedium’
- Eerste generatie straffen → te soft
- Consensuele straffen = enkel uitgesproken met instemming beklaagde/advocaat.
1.Autonome werkstraf 2002
- Iets terug doen voor de gemeenschap
- Min. 20u, max. 300u
o -45u politiestraf, +45u correctionele straf
o Verdubbeling (600u) mogelijk
- Niet- of gedeeltelijke uitvoering → vervangende straf
2.Straf onder elektronisch toezicht 2014
- Techniek: Radio frequentie
- Aanwezigheid op bepaalde plaats, mits toegestane verplaatsingen
- Duur: 1m tot 1j
- Opvolging door Vlaams Centrum voor Elektronisch Toezicht
- Niet- of gedeeltelijke uitvoering → vervangende gevangenisstraf
3.Autonome probatiestraf 2014
- Bijzondere voorwaarden naleven gedurende bepaald termijn
o Niet bepaald door strafrechter, wel justitieassistenten en probatiecommissie
- Justitiële begeleiding, geen voorlichtingsverslag
- Niet- of gedeeltelijke uitvoering → vervangende gevangenisstraf/geldboete
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yenthemaes2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.32. You're not tied to anything after your purchase.