2020
English 1 – Language skills
2 Pf – Alternative exam
2019-2020 Q4
ISABELLA VAN WIJK
STUDENTNUMMER: 477288 – KLAS: AHM1V.A
HOGESCHOOL SAXION | Apeldoorn
, (Hospitality) English 1 Language Skills 2 PF
Alternative exam 2019-2020 Q4
This exam consists of 3 parts (total: 40 points):
grammar (10 points), vocabulary (22 points), reading / text comprehension (8 points).
1. Grammar (10 points)
A. Verb tenses (7 points)
1. Jennifer __________(go) to India to open a new location for Oracle next week.
Answer: Jennifer ____is going____ to India to open a new location for Oracle next week.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (Jennifer) diegene is die gaat;
present Simple – Present continuous, omdat er een gebeurtenis/handeling beschreven wordt
die van tijdelijke aard is; Present simple van be + infinitief + -ing
2. I usually __________(leave) the house at 6.30 to go to work.
Answer: I usually ____leave______ the house at 6.30 to go to work.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (I) diegene is die vertrekt;
Present Simple, omdat dit een herhalende actie is die meestal plaatsvindt.
Present simple = infinitief (in dit geval de ik vorm, dus komt er niks achter).
3. My brother ________ (work) at a job application center.
Answer: My brother ___works___ at a job application center.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (my brother) diegene is die
werkt; Present Simple, omdat dit een beroep is en dus van permanente aard is.
Present simple = Infinitief + -s(omdat my brother he/she/it is)
4. Package orders can _________(make) online.
Answer: Package orders can __be made___ online.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (package orders);
Future met can, omdat het in de toekomst gedaan kan worden.
Vorm van be + voltooid deelwoord be + made
5. Business meetings will _______(hold) in London this year.
Answer: Business meetings will __be held___ in London this year.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (business meetings);
Future met will, omdat het in de toekomst gedaan zal worden.
Vorm van be + voltooide deelwoord be + held
6. The companies incomes __________(steal) last week.
Answer: The companies incomes ___was stolen___ last week.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (the companies
income). Simple past, omdat het al is plaatsgevonden (last week).
Vorm van be + voltooide deelwoord was + stolen
7. How many copies of the excel sheets ___________(have + make)?
Answer: How many copies of the excel sheets ___have been made___?
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (the excel sheets).
Present perfect, omdat het gaat om de voltooid tegenwoordige tijd, het heeft al
plaatsgevonden, maar is nog steeds bezig.
Infinitief van eerste werkwoord + Vorm van be + voltooid deelwoord have been made
English 1 – Language skills
2 Pf – Alternative exam
2019-2020 Q4
ISABELLA VAN WIJK
STUDENTNUMMER: 477288 – KLAS: AHM1V.A
HOGESCHOOL SAXION | Apeldoorn
, (Hospitality) English 1 Language Skills 2 PF
Alternative exam 2019-2020 Q4
This exam consists of 3 parts (total: 40 points):
grammar (10 points), vocabulary (22 points), reading / text comprehension (8 points).
1. Grammar (10 points)
A. Verb tenses (7 points)
1. Jennifer __________(go) to India to open a new location for Oracle next week.
Answer: Jennifer ____is going____ to India to open a new location for Oracle next week.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (Jennifer) diegene is die gaat;
present Simple – Present continuous, omdat er een gebeurtenis/handeling beschreven wordt
die van tijdelijke aard is; Present simple van be + infinitief + -ing
2. I usually __________(leave) the house at 6.30 to go to work.
Answer: I usually ____leave______ the house at 6.30 to go to work.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (I) diegene is die vertrekt;
Present Simple, omdat dit een herhalende actie is die meestal plaatsvindt.
Present simple = infinitief (in dit geval de ik vorm, dus komt er niks achter).
3. My brother ________ (work) at a job application center.
Answer: My brother ___works___ at a job application center.
Explanation answer: Active, omdat het onderwerp van de zin (my brother) diegene is die
werkt; Present Simple, omdat dit een beroep is en dus van permanente aard is.
Present simple = Infinitief + -s(omdat my brother he/she/it is)
4. Package orders can _________(make) online.
Answer: Package orders can __be made___ online.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (package orders);
Future met can, omdat het in de toekomst gedaan kan worden.
Vorm van be + voltooid deelwoord be + made
5. Business meetings will _______(hold) in London this year.
Answer: Business meetings will __be held___ in London this year.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (business meetings);
Future met will, omdat het in de toekomst gedaan zal worden.
Vorm van be + voltooide deelwoord be + held
6. The companies incomes __________(steal) last week.
Answer: The companies incomes ___was stolen___ last week.
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (the companies
income). Simple past, omdat het al is plaatsgevonden (last week).
Vorm van be + voltooide deelwoord was + stolen
7. How many copies of the excel sheets ___________(have + make)?
Answer: How many copies of the excel sheets ___have been made___?
Explanation answer: Passive, omdat het gaat om een lijdend voorwerp (the excel sheets).
Present perfect, omdat het gaat om de voltooid tegenwoordige tijd, het heeft al
plaatsgevonden, maar is nog steeds bezig.
Infinitief van eerste werkwoord + Vorm van be + voltooid deelwoord have been made
