100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Basiskennis taalonderwijs, ISBN: 9789001745363 Nederlands (V2NED25)

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
8
Geüpload op
23-01-2023
Geschreven in
2022/2023

Een samenvatting van de hoofdstukken 4 en 10 uit het boek Basiskennis Taalonderwijs. Duidelijke en logische opbouw. Inclusief 2 artikelen samengevat: 1. Hilte, M., Verhallen, M. (2014). Woordkennis toetsen. Weet wat je meet. 2. Janson, D. (2013). De taalles als taallab. Meer Taal.

Meer zien Lees minder









Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Hoofdstuk 4, 10 en 2 artikelen
Geüpload op
23 januari 2023
Aantal pagina's
8
Geschreven in
2022/2023
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Nederlands samenvatting
V2NED25
Tentamen taalbeschouwing hoofdstuk 4 en hoofdstuk 10 + de artikelen van literatuurlijst.

Hoofdstuk 4
4.1 Het woordgeheugen
Mentaal lexicon: het woordgeheugen, maakt deel uit van het lange termijn geheugen. Systematisch
in het geheugen.

Label: Klank van het woord.

Concept: Betekenis van het woord.

De verschillende identiteiten van een woord:

 Akoestische identiteit: Hoe het woord klinkt. garage en gaaraazju
 Articulatorische identiteit: Articuleren, hoe je het woord uitspreekt.
 Fonologische identiteit: De akoestische- en articulatorische identiteit bij elkaar.
 Morfologische identiteit: De opbouw van een woord, hoe je het woord schrijft. poskantoor
of postkantoor.
 Semantische identiteit: Betekenis en gevoelswaarde van een woord.
 Syntactische identiteit: Mogelijkheden van een woord om met andere woorden
gecombineerd te worden. Hoge bomen vangen veel wind.
 Orthografische identiteit: Spelling van het woord.

Concrete betekenis: De betekenis die ligt op ervaringsniveau: het gaat steeds om iets wat je concreet
kunt aanwijzen of ervaren. Vanaf 1 jaar vooral over bepaalde gebeurtenissen: naar bed gaan, in bad
gaan, aankleden.

Abstracte betekenis: Gaat om het idee of concept dat men heeft. Belangrijke kenmerken van een
woord opnoemen. Vaak in woordenboek. Vanaf 2 jaar eigen maken. Een stoel is meer dan een zitvlak
met een rugleuning: kinderstoel, eetkamerstoel, bureaustoel. Als kinderen ontdekken dat woorden
een gemeenschappelijk betekeniselement hebben, gaat de uitbreiding van woordenschat erg snel.

Contextuele betekenis: Alle relaties die een woord heeft met andere woorden. Pas als je de kennis
hebt. gitaar en spelen= gitaarspelen. Vanaf 3 jaar. Stoel: tafel, zitten, stil, meubels, stoelendans en
bank. In staat om meer woorden te leren buiten de directe omgeving om.

Diepe woordkennis: De betekenis van woorden die kinderen al kennen steeds verder uit te diepen.

Productieve woordenschat: Woorden die kinderen gebruiken om te communiceren, actieve
woordenschat.

Receptieve woordenschat: Woorden die de kinderen begrijpen of waarvan ze de betekenis kennen,
passieve woordenschat.

4.2 Woordenschatverwerving
Principes voor woordenschatverwerving:

 Labelen: Je koppelt een woord aan een voorwerp of gebeurtenis uit de werkelijkheid.

,  Categoriseren: Als een kind een aantal woorden kent, kan het ook betekenissen met elkaar
combineren en woorden onderbrengen bij overkoepelende begrippen. In staat om
betekenisklasse te onderscheiden. Erachter komen wat woorden met elkaar te maken
hebben: hond= teckel, labrador en herder. Systematische opbouw van de woordenschat
ontstaat.
 Netwerkopbouw: Netwerk van betekenissen wordt steeds
meer uitgebreid.




4.3 Woordleerstrategieën
Woordleerstrategieën:

 Analyseren van een woord: Vuilnisophaaldienst klinkt in eerste instantie een lastig woord,
maar wanneer je de bekende woorden eruit haalt, ga je het begrijpen en de betekenis
achterhalen.
 Gebruik maken van de (verbale en non-verbale) context: Geen expliciete betekenis, maar
de context kan helpen de betekenis van het woord te vinden: Ik kom misschien morgen.
 Gebruik maken van een bron in de eerste of de tweede taal: Leerkracht, ouder, klasgenoot,
internet of woordenboek.
 Letten op overeenkomsten tussen eerste en tweede taal: Kinderen kennen het woord in
hun moedertaal al en dit zal helpen het in hun nieuwe taal te leren. Door bijvoorbeeld
klankovereenkomst: radio en politie.

4.4 Soorten taalgebruik
 Vaktaalwoorden: Woorden die horen bij een bepaald vak: erosie en vulkanisme,
persoonsvorm, zin en klinker.
 Schooltaalwoorden: Het zijn abstracte begrippen die de leerling moet kennen om het
onderwijs te volgen. Oorzaak, gevolg, functie en thema
 Inhoudswoorden: Schooltaalwoorden en vaktaalwoorden. Woorden met een duidelijk
omschreven betekenis, zoals zelfstandige naamwoorden, werkwoorden en bijvoeglijke
naamwoorden.
 Functiewoorden: Minder duidelijk omschreven. desondanks en niettemin. Weergeven een
talige relatie, zoals voegwoorden( en, of) en vraagwoorden (wie, wat).
 Signaalwoorden: Woorden die de lezer informatie geven over de relaties in een tekst.
morgen en daarna. Of woorden die de relatie tussen twee alinea’s verduidelijken in
tegenstelling tot, daarentegen.
€6,49
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
991225153Q

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
991225153Q Katholieke Pabo Zwolle
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
6
Lid sinds
2 jaar
Aantal volgers
3
Documenten
9
Laatst verkocht
3 maanden geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen