Medische Vorming II
Jan Vereecken
Cardiologie - Hematologie
2HCM – Module 2
Health Care Management
2020-2021
, 1. Anatomie en Fysiologie van het hart
Homeostase
De bloedsomloop is het stromen van het bloed door het bloedvatenstelsel.
Deze bloedcirculatie wordt in gang gehouden door het hart dat als een
pomp werkt. Dankzij de bloedsomloop wordt het bloed in directe nabijheid
gecbracht van alle cellen. Om de cellen optimaal te laten functioneren en
het inwendige milieu te handhaven moeten voedingsstoffen en
zuurstofgas aangevoerd worden en afvalstoffen en CO2 worden afgevoerd.
Hiervoor heeft het lichaam een bloed- en lymfenvatenstelsel. Door de
stofwisseling in de cellen is er een voortdurende uitwisseling van stoffen
tussen de intra- en intercelluliare ruimte. Hierdoor dreigt de samenstelling
van de intercellulaire ruimte voortdurend bedreigd te worden. Het
constant houden van het intercellulair milieu, homeostase, is nochtans een
absolute voorwaarde om de cellen optimaal te kunnen laten functioneren.
De bloedsomloop speelt dus een centrale rol in het bewerkstellingen van
de homeostase. De homeostase zorgt ervoor dat alle lichaamsfuncties
steeds in evenwicht zijn, zoals bloeddrukn zuurtegraad van het bloed,
hartritme, ademhaling, lichaamstemperatuur, kliersecretie,…
Functie van de bloedsomloop
- Transport van voedings- en afvalstoffen
- Transport van zuurstof en koolstofdioxide
- Transport van hormonen
- Transport van beschermende stoffen
- Warmtedistributie
Enkele cijfers
Het hart is een pomp.
- 100 000 hartslagen per dag.
- Het hart pompt 8 000 liter bloed rond per dag.
- Het hart pompt in één minuut al het bloed rond.
1
, De plaats van het hart in de bloedsomloop
Er zijn 3 soorten bloedvaten:
- Arteriën
Vervoeren bloed uit het linkerhart naar de capilairen.
- Capilairen (haarvaten)
Microscopische bloedvaten waar uitwisseling tussen cellen en bloed
plaatsvindt.
- Venen
Ontvangen bloed uit capilairen en voeren dit terug naar het
rechterhart.
Het hart pompt bloed achtereenvolgens in 2 bloedsomlopen:
- Kleine bloedsomloop (pulmonaire circulatie)
o Naar en van de longen (ademhaling)
o Via het rechterhart
o Lage bloeddruk
- Grote bloedsomloop (systeemcirculatie)
o Naar en vanuit de rest van het lichaam (celmetabolisme)
o Via linkerhart
o Hoge bloeddruk
Het bloed stroomt vanuit het hart via slagaders (arteriën) naar
capillairnetten (=haarvatennetten) van het lichaam om van daaruit via
grote venen weer terug te stomen naar het hart. Vanuit het hart gaat het
bloed weer via de a.pulmonalis (longslagader) naar de longen, van waaruit
het via de vv.pulmonales (longaders) weer naar het hart teruggaat.
2
, Anatomie en organisatie van het hart
Het hart heeft 4 compartimenten:
- Rechteratrium (RA)
Ontvangt zuurstofarm bloed
uit de grote bloedsomloop.
- Rechterventrikel (RV)
Stuwt zuurstofarm bloed naar
de longen (kleine
bloedsomloop)
- Linkeratrium (LA)
Ontvangt zuurstofrijk bloed
vanuit de longen
- Linkerventrikel (LV)
Sruwt zuurstofrijkbloed naar
de orgaanstelsels (grote
bloedsomloop)
Projectie van het hart op de thorax
Het hart ligt in de thorax achter het
sternum in het mediastinum. De
linkerkant van het hart is sterker
omdat het het bloed onder grote druk
moet rondpompen. Bovenkant van
het hart noemen we de hartbasis.
Linksonder noemen we de apex. Ons
hart zit in een hartzakje
(pericardium), dit zakje heeft als
functie om het hart te beschermen
en het op de juiste plaats te houden.
3
Jan Vereecken
Cardiologie - Hematologie
2HCM – Module 2
Health Care Management
2020-2021
, 1. Anatomie en Fysiologie van het hart
Homeostase
De bloedsomloop is het stromen van het bloed door het bloedvatenstelsel.
Deze bloedcirculatie wordt in gang gehouden door het hart dat als een
pomp werkt. Dankzij de bloedsomloop wordt het bloed in directe nabijheid
gecbracht van alle cellen. Om de cellen optimaal te laten functioneren en
het inwendige milieu te handhaven moeten voedingsstoffen en
zuurstofgas aangevoerd worden en afvalstoffen en CO2 worden afgevoerd.
Hiervoor heeft het lichaam een bloed- en lymfenvatenstelsel. Door de
stofwisseling in de cellen is er een voortdurende uitwisseling van stoffen
tussen de intra- en intercelluliare ruimte. Hierdoor dreigt de samenstelling
van de intercellulaire ruimte voortdurend bedreigd te worden. Het
constant houden van het intercellulair milieu, homeostase, is nochtans een
absolute voorwaarde om de cellen optimaal te kunnen laten functioneren.
De bloedsomloop speelt dus een centrale rol in het bewerkstellingen van
de homeostase. De homeostase zorgt ervoor dat alle lichaamsfuncties
steeds in evenwicht zijn, zoals bloeddrukn zuurtegraad van het bloed,
hartritme, ademhaling, lichaamstemperatuur, kliersecretie,…
Functie van de bloedsomloop
- Transport van voedings- en afvalstoffen
- Transport van zuurstof en koolstofdioxide
- Transport van hormonen
- Transport van beschermende stoffen
- Warmtedistributie
Enkele cijfers
Het hart is een pomp.
- 100 000 hartslagen per dag.
- Het hart pompt 8 000 liter bloed rond per dag.
- Het hart pompt in één minuut al het bloed rond.
1
, De plaats van het hart in de bloedsomloop
Er zijn 3 soorten bloedvaten:
- Arteriën
Vervoeren bloed uit het linkerhart naar de capilairen.
- Capilairen (haarvaten)
Microscopische bloedvaten waar uitwisseling tussen cellen en bloed
plaatsvindt.
- Venen
Ontvangen bloed uit capilairen en voeren dit terug naar het
rechterhart.
Het hart pompt bloed achtereenvolgens in 2 bloedsomlopen:
- Kleine bloedsomloop (pulmonaire circulatie)
o Naar en van de longen (ademhaling)
o Via het rechterhart
o Lage bloeddruk
- Grote bloedsomloop (systeemcirculatie)
o Naar en vanuit de rest van het lichaam (celmetabolisme)
o Via linkerhart
o Hoge bloeddruk
Het bloed stroomt vanuit het hart via slagaders (arteriën) naar
capillairnetten (=haarvatennetten) van het lichaam om van daaruit via
grote venen weer terug te stomen naar het hart. Vanuit het hart gaat het
bloed weer via de a.pulmonalis (longslagader) naar de longen, van waaruit
het via de vv.pulmonales (longaders) weer naar het hart teruggaat.
2
, Anatomie en organisatie van het hart
Het hart heeft 4 compartimenten:
- Rechteratrium (RA)
Ontvangt zuurstofarm bloed
uit de grote bloedsomloop.
- Rechterventrikel (RV)
Stuwt zuurstofarm bloed naar
de longen (kleine
bloedsomloop)
- Linkeratrium (LA)
Ontvangt zuurstofrijk bloed
vanuit de longen
- Linkerventrikel (LV)
Sruwt zuurstofrijkbloed naar
de orgaanstelsels (grote
bloedsomloop)
Projectie van het hart op de thorax
Het hart ligt in de thorax achter het
sternum in het mediastinum. De
linkerkant van het hart is sterker
omdat het het bloed onder grote druk
moet rondpompen. Bovenkant van
het hart noemen we de hartbasis.
Linksonder noemen we de apex. Ons
hart zit in een hartzakje
(pericardium), dit zakje heeft als
functie om het hart te beschermen
en het op de juiste plaats te houden.
3
