Aantekeningen huurrecht les 1 (17112020): bepalingen huurrecht en verbintenissenrecht
Uit een obligatore overeenkomst ontstaan verbintenissen.
Overeenkomsten: boek 3 BW
Verbintenissen: boek 6 BW
Bijzondere overeenkomsten: boek 7
Rechtsfeit: zorgt ervoor dat er een rechtsgevolg in het leven wordt geroepen, met behulp uit een regel van het
objectieve recht. Alle rechtsregels zijn het objectieve recht.
Feitelijke handeling: er is een rechtsgevolg, maar deze rechtsgevolgen zijn niet de bedoeling.
Rechtshandelingen: het rechtsgevolg de verbintenis is de bedoeling.
Verbintenis: subjectief recht van de een ten opzichte van de plicht van een ander. Rechtsverhouding tussen twee
partijen. Een verbintenis ontstaat uit een rechtsgevolg.
Overeenkomst:
Meerzijdige (wederkerige) overeenkomst: zorgt voor ontstaan van meerdere verbintenissen, beide partijen
hebben een prestatie te leveren.
Eenzijdige overeenkomst: zorgt voor het ontstaan van één verbintenis.
Meerzijdige rechtshandeling: overeenkomst, want er zijn meerdere rechtssubjecten voor nodig.
Eenzijdige rechtshandeling: er is maar één rechtssubject voor nodig.
Huur overeenkomst = een rechtshandeling, omdat er een rechtsgevolg aan vast zit wat de bedoeling is. De
partijen willen dat de rechtsgevolgen, de verbintenissen, ontstaan.
Huur overeenkomst = obligatoire- en liberatoire overeenkomst.
Huurovereenkomst = wederkerige overeenkomst, ontstaan meerdere verbintenissen.
Huurovereenkomst = consensuele overeenkomst.
Obligatoire overeenkomst: een overeenkomst waar verbintenissen uit ontstaan.
Liberatoire overeenkomst (bevrijdende overeenkomst): er ontstaat geen verbintenis, maar verbintenissen gaan teniet.
Als je beide besluit de huurovereenkomst op te zeggen.
Consensuele overeenkomst: mondelinge overeenstemming is voldoende.
Als er een bijzondere bepaling is, dan gaat de bijzondere bepaling voor een algemene bepaling. De normale regels die
voor overeenkomsten gelden, gelden in beginsel ook voor de huurovereenkomst.
Eisen voor een geldige (huur)overeenkomst:
1) Wilsovereenstemming art. 3:37 lid 3 BW;
2) Handelingsbekwaamheid;
3) Geoorloofdheid.
Wilsovereenstemming: beide partijen moeten dezelfde wil hebben en dit moeten ze ook verklaren. Een
wilsovereenstemming mag mondeling. De huurovereenkomst hoeft dus niet op papier, mag wel. Dit betekent dat de
huurovereenkomst een consensuele overeenkomst is.
Wilsontbreken = nietigheid art. 3:33 e.v. BW.
Wilsgebreken = vernietigbaar art. e.v. 44 BW.
Handelingsbekwaamheid: partijen moeten handelingsbekwaam zijn. Dit is niet handelingsbevoegd! Je bent niet
handelingsbekwaam als je jonger bent dan 18 of als je onder curatele staat.
Handelingsonbekwaam? Overeenkomst wordt vernietigd.
Geoorloofdheid: de overeenkomst mag niet in strijd zijn met de wet, openbare orde en de openbare zeden. Is dit wel
het geval? Dan is de overeenkomst nietig art. 3:40 BW.
Inhoud van de (huur)overeenkomst:
, Partijautonomie (pacte sund servanda): we mogen elke overeenkomst sluiten die we willen, zolang we ons houden aan
de bovenstaande drie eisen. Overeenkomsten moet je nakomen.
1) De inhoud van de huurovereenkomst is afhankelijk van wat je zelf afspreekt.
Hier horen ook eventuele algemene voorwaarden. Ze maken deel van de overeenkomst als je er naar
verwezen hebt, en de ander het accepteert.
2) De wet.
De meeste bepalingen zijn van dwingend recht: dit is om de huurder (zwakkere partij) te beschermen. Van
deze bepalingen mag je niet afwijken.
Aanvullende recht: van deze bepalingen mag je wel afwijken.
3) Gewoonte recht.
4) De redelijkheid en billijkheid.
- Aanvullende werking: je bent iets vergeten te regelen en dat moet je dan doen volgens de regels van
redelijkheid en billijkheid.
- Beperkende werking: je hebt iets heel goed geregeld (als clausule of voorwaarde), maar je kan de
huurder niet aan deze bepaling houden, omdat het niet redelijk en billijk is.
Acties tegen wanprestatie:
Wanprestatie: tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst.
Nakoming van de overeenkomst eisen art. 3:296 BW;
Nakoming + aanvullende schadevergoeding;
Vervangende schadevergoeding art. 6:74 BW;
Ontbinding van de overeenkomst vorderen art. 6:275 BW;
Ontbinding + aanvullende schadevergoeding.
Er kan worden beroepene op overmacht art. 6:75 BW.
Bijzondere overeenkomst:
Huurovereenkomst: de overeenkomst is genoemd en geregeld in de wet.
Systeem boek 7:
Deel 1: overdracht van eigendom of genot van een bepaalde zaak: koopovereenkomst en huurovereenkomst.
Deel 2: overeenkomsten verrichten van werkzaamheden: arbeidsovereenkomst en de overeenkomst van
arbeid.
Deel 3: overige overeenkomsten: verzekeringsovereenkomst.
Indeling van de huurbepalingen:
Algemene huur bepalingen: art. 7:201 t/m 7:230 BW.
Huurovereenkomsten met betrekking tot woonruimte: art. 7:332 t/m 7:282 BW.
Huurovereenkomst met betrekking tot bedrijfsruimte: art. 7:290 e.v. BW.
Huurovereenkomst met betrekking tot onroerende zaken: art. 7:230a t/m 7:231 BW
Aantekeningen huurrecht les 2 (24112020): algemene bepalingen huurrecht 7:201 e.v. BW
Pachtovereenkomst: huur en verhuur van stukken grond die tot doel hebben: landbouw.
Ontduikingconstructies: de meeste regels in het huurrecht zijn van (semi) dwingend recht. Als de verhuurder geen zin
heeft in al die regels, dan gaat hij ontduikingconstructies bedenken. De regels van het huurrecht zijn in dit geval niet
van toepassing.
Recht van gebruik en bewoning overeenkomen.
Recht van bruikleen.
Verplichtingen verhuurder
Als de verhuurder een plicht heeft, dan heeft de huurder daar recht op = verbintenis.
1) De verhuurder moet de zaak ter beschikking stellen, en ter beschikking laten (art. 7:203 BW).
2) De verhuurder moet de zaak zonder gebrek ter beschikking stellen en laten (art. 7:204 BW).
3) De huurder moet de gebreken herstellen (art. 7:206 BW).
Uit een obligatore overeenkomst ontstaan verbintenissen.
Overeenkomsten: boek 3 BW
Verbintenissen: boek 6 BW
Bijzondere overeenkomsten: boek 7
Rechtsfeit: zorgt ervoor dat er een rechtsgevolg in het leven wordt geroepen, met behulp uit een regel van het
objectieve recht. Alle rechtsregels zijn het objectieve recht.
Feitelijke handeling: er is een rechtsgevolg, maar deze rechtsgevolgen zijn niet de bedoeling.
Rechtshandelingen: het rechtsgevolg de verbintenis is de bedoeling.
Verbintenis: subjectief recht van de een ten opzichte van de plicht van een ander. Rechtsverhouding tussen twee
partijen. Een verbintenis ontstaat uit een rechtsgevolg.
Overeenkomst:
Meerzijdige (wederkerige) overeenkomst: zorgt voor ontstaan van meerdere verbintenissen, beide partijen
hebben een prestatie te leveren.
Eenzijdige overeenkomst: zorgt voor het ontstaan van één verbintenis.
Meerzijdige rechtshandeling: overeenkomst, want er zijn meerdere rechtssubjecten voor nodig.
Eenzijdige rechtshandeling: er is maar één rechtssubject voor nodig.
Huur overeenkomst = een rechtshandeling, omdat er een rechtsgevolg aan vast zit wat de bedoeling is. De
partijen willen dat de rechtsgevolgen, de verbintenissen, ontstaan.
Huur overeenkomst = obligatoire- en liberatoire overeenkomst.
Huurovereenkomst = wederkerige overeenkomst, ontstaan meerdere verbintenissen.
Huurovereenkomst = consensuele overeenkomst.
Obligatoire overeenkomst: een overeenkomst waar verbintenissen uit ontstaan.
Liberatoire overeenkomst (bevrijdende overeenkomst): er ontstaat geen verbintenis, maar verbintenissen gaan teniet.
Als je beide besluit de huurovereenkomst op te zeggen.
Consensuele overeenkomst: mondelinge overeenstemming is voldoende.
Als er een bijzondere bepaling is, dan gaat de bijzondere bepaling voor een algemene bepaling. De normale regels die
voor overeenkomsten gelden, gelden in beginsel ook voor de huurovereenkomst.
Eisen voor een geldige (huur)overeenkomst:
1) Wilsovereenstemming art. 3:37 lid 3 BW;
2) Handelingsbekwaamheid;
3) Geoorloofdheid.
Wilsovereenstemming: beide partijen moeten dezelfde wil hebben en dit moeten ze ook verklaren. Een
wilsovereenstemming mag mondeling. De huurovereenkomst hoeft dus niet op papier, mag wel. Dit betekent dat de
huurovereenkomst een consensuele overeenkomst is.
Wilsontbreken = nietigheid art. 3:33 e.v. BW.
Wilsgebreken = vernietigbaar art. e.v. 44 BW.
Handelingsbekwaamheid: partijen moeten handelingsbekwaam zijn. Dit is niet handelingsbevoegd! Je bent niet
handelingsbekwaam als je jonger bent dan 18 of als je onder curatele staat.
Handelingsonbekwaam? Overeenkomst wordt vernietigd.
Geoorloofdheid: de overeenkomst mag niet in strijd zijn met de wet, openbare orde en de openbare zeden. Is dit wel
het geval? Dan is de overeenkomst nietig art. 3:40 BW.
Inhoud van de (huur)overeenkomst:
, Partijautonomie (pacte sund servanda): we mogen elke overeenkomst sluiten die we willen, zolang we ons houden aan
de bovenstaande drie eisen. Overeenkomsten moet je nakomen.
1) De inhoud van de huurovereenkomst is afhankelijk van wat je zelf afspreekt.
Hier horen ook eventuele algemene voorwaarden. Ze maken deel van de overeenkomst als je er naar
verwezen hebt, en de ander het accepteert.
2) De wet.
De meeste bepalingen zijn van dwingend recht: dit is om de huurder (zwakkere partij) te beschermen. Van
deze bepalingen mag je niet afwijken.
Aanvullende recht: van deze bepalingen mag je wel afwijken.
3) Gewoonte recht.
4) De redelijkheid en billijkheid.
- Aanvullende werking: je bent iets vergeten te regelen en dat moet je dan doen volgens de regels van
redelijkheid en billijkheid.
- Beperkende werking: je hebt iets heel goed geregeld (als clausule of voorwaarde), maar je kan de
huurder niet aan deze bepaling houden, omdat het niet redelijk en billijk is.
Acties tegen wanprestatie:
Wanprestatie: tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst.
Nakoming van de overeenkomst eisen art. 3:296 BW;
Nakoming + aanvullende schadevergoeding;
Vervangende schadevergoeding art. 6:74 BW;
Ontbinding van de overeenkomst vorderen art. 6:275 BW;
Ontbinding + aanvullende schadevergoeding.
Er kan worden beroepene op overmacht art. 6:75 BW.
Bijzondere overeenkomst:
Huurovereenkomst: de overeenkomst is genoemd en geregeld in de wet.
Systeem boek 7:
Deel 1: overdracht van eigendom of genot van een bepaalde zaak: koopovereenkomst en huurovereenkomst.
Deel 2: overeenkomsten verrichten van werkzaamheden: arbeidsovereenkomst en de overeenkomst van
arbeid.
Deel 3: overige overeenkomsten: verzekeringsovereenkomst.
Indeling van de huurbepalingen:
Algemene huur bepalingen: art. 7:201 t/m 7:230 BW.
Huurovereenkomsten met betrekking tot woonruimte: art. 7:332 t/m 7:282 BW.
Huurovereenkomst met betrekking tot bedrijfsruimte: art. 7:290 e.v. BW.
Huurovereenkomst met betrekking tot onroerende zaken: art. 7:230a t/m 7:231 BW
Aantekeningen huurrecht les 2 (24112020): algemene bepalingen huurrecht 7:201 e.v. BW
Pachtovereenkomst: huur en verhuur van stukken grond die tot doel hebben: landbouw.
Ontduikingconstructies: de meeste regels in het huurrecht zijn van (semi) dwingend recht. Als de verhuurder geen zin
heeft in al die regels, dan gaat hij ontduikingconstructies bedenken. De regels van het huurrecht zijn in dit geval niet
van toepassing.
Recht van gebruik en bewoning overeenkomen.
Recht van bruikleen.
Verplichtingen verhuurder
Als de verhuurder een plicht heeft, dan heeft de huurder daar recht op = verbintenis.
1) De verhuurder moet de zaak ter beschikking stellen, en ter beschikking laten (art. 7:203 BW).
2) De verhuurder moet de zaak zonder gebrek ter beschikking stellen en laten (art. 7:204 BW).
3) De huurder moet de gebreken herstellen (art. 7:206 BW).