MICROBIOLOGIE PRACTICUM
1. WERKING VAN DE KLASSIEKE LICHTMICROSCOOP
Oculair: lens waardoor het menselijk oog moet kijken om beeld te kunnen waarnemen
Tubus: lenzensysteem en onderaan hangt de revolver
Revolver: snelle overschakeling naar ander object
Voorwerptafel: in midden opening om licht door te laten + hierop wordt draagglaasje
gelegd (met dekglaasje)
Macroschroef: omhoog en omlaag van tafel
Microschroef: scherp stellen
Condensorschroef: regelt het licht
-> bij hoge condensor = 40x 100x
-> bij lage condensor = 4x 10x
Statiefvoet: steun waarop delen van microscoop rusten
Ophangarm/Statiefarm: verplaatsen van microscoop
Totale vergroting? Vergroting oculair (10x) x vergroting van objecten aan revolver
petriplaat
Regeling van het licht in microscoop!!!
1. Intensiteit van de lamp -> draaien aan zijkant aan statiefvoet
2. Filterglaasje zorgt voor zachter licht
3. Opening van diafragma
4. Hoogte van condensor
Tussenmedium = stof tussen dekglaasje op voorwerp en objectieflens
Lucht -> 4x, 10x, 40x
Water -> 63x
Immersie-olie -> 100x
Oplossend vermogen = kleinste afstand tussen 2 punten in preparaat waarbij deze met
microscoop nog net als afzonderlijke punten kunnen worden waargenomen
-> lichtmicroscoop: 200-350 nanometer
-> elektronenmicroscoop: 0,2 nanometer
,2. KWALITEIT VAN RAUWE MELK: KIEMGETALBEPALING
2.1. THEORETISCH ASPECTEN
RAUWE MELK
Rauwe melk: melk die rechtstrees afkomstig is van koe EN die geen warmtebehandeling
heeft ondergaan
-> wel van gezonde koeien waarvan relatief weinig m.o. inzitten!!
MICRO-ORGANISMEN IN RAUWE MELK
Aeroob en anaeroob
= indeling naar zuurstofbehoefte
Psychrofiel en mesofiel en thermofiel / psychrotroof en mesotroof en
thermotroof
= indeling naar optimale groei°C
PRODUCTKWALITEIT VAN RAUWE MELK
Hygiënische productiewijze zeer belangrijk!!
-> besmetting tijdens:
* ziekte van koe
* melken
* opslag
* transport
* productieproces
Mesofiel aeroob kiemgetal wordt gebruikt als maat voor microbiologische kwaliteit van
rauw melk
-> kiemen in melk bepaald bij 37°C (mesofiel) en aerobe/ zuurstof
omstandigheden (aeroob)
op rijke vaste voedingsbodem want kunnen vermenigvuldigen + kolonies
geven
Vb. 200 kolonies op VB na uitplaten van 1 ml rauwe melk = 200 mesofiele aërobe
bacteriën in 1 ml rauwe melk aanwezig zijn
Kiemgetal = aantal kiemen per ml melk aangeduid op rijke, vaste voedingsbodem in
staat is om kolonie te vormen = maatstaf voor hygiënische kwaliteit
Kiemgetal van rauwe melk hoger dan 100.000 kiemen per ml =
hygiëneprobleem tijdens melkwinning of verkeerde
bewaaromstandigheden
Normaal zijn kiemgetallen lager dan 20.000 kiemen per ml makkelijk haalbaar!!
Soorten kiemen in rauwe melk:
1. Psychrotrofe mesofiele m.o
= aantal m.o. stijgt tijdens gekoelde opslag
Mesofiele bacteriën die op dieren en in omgeving voorkomen
MAAR als zij psychrotroof zijn dan kunnen ze vermenigvuldigen bij lagere °C dus
ook bij gekoelde opslag
vb. coliforme bacteriën -> grote aantallen aanwezig in SS van mens en dier en
worden veel gevonden in omgeving als besmetting door uitwerpselen
2
, = veroorzaken? Bedereven van rauwe melk door ontstaan van geur en
smaakafwijkingen
kunnen ook hittestabiele enzymen vormen!!
-> indicator voor besmetting na pasteurisatie
2. Thermoresistente m.o.
= overleven na pasteurisatieproces: kortstondige hittebehandeling waarbij de
meeste pathogene MO worden afgedood, hoe hoger °C hoe korter de tijd
3. Faecale bacteriën
= indicator voor slechte hygiëne
vb. aanwezigheid van endosporen afkomstig van boterzuurbacteriën in rauwe
melk wijst op fecale besmetting -> gebruikt als indicator voor hygiëne in
veehouderij
KWALITEITSREGLEMENTERING: STRAFPUNTENSYSTEEM
= verband tussen al dan niet voldoen aan kwaliteitsnormen -> wat niet voldoet =
strafpunt = betalen
KWALITEITSBEPALING
Ophaling en bemostering 4. Min. 3 x in week
van melk 5. Interval nooit langer dan 72u = 3 dagen
Bij elke ophaling = monster/staal van rauwe melk
genomen via mechanisch besmosteringsapparaat
Voor laden eerst monster uit melktank genomen om
zuiverheid en kwaliteit van melk te bepalen
Kiemgetalbepaling 6. Min. 2 x in maand bepaald van individuele
= aantal kiemen / m.o. melklevering
7. 4 opeenvolgende maanduitslagen niet goed
aan norm = leveringsverbod
Kiemgetal = maatstaf voor hygiënsiche kwaliteit
-> verhoogde kiemgetal wijst op
uierontsteking, mest, vuil
Celgetalbepaling 8. 4 x per maand
= aantal somatische cellen 9. Berekend als geometrische gemiddelde van
-> witte bloedcellen alle celgetalbepaling van laatste 3 maanden
en 10. 4 opeenvolgende maanduitslagen niet goed
dode epitheelcellen aan norm = leveringsverbod
van uier Celgetal = totale aantal lichaamscellen (somatische)
aanwezig per ml melk -> lichaamscellen bestaan uit
afgestorven uiercellen en witte bloedcellen
-> te hoge celgetal = uierinfecties = hoger
aantal witte
bloedcellen
Bepalen? Totale aantal cellen aanwezig in bepaalde
hoev. melk te tellen onder microscoop en omrekenen
naar aantal cellen per ml rauwe melk
Coligetalbepaling Coligetal = maat voor totaal aantal coliforme
= aantal coliformen bacteriën in tankmelk (2 x per maand)
-> te hoge coligetal = veroorzaakt door
vervuiling van
melk met mestdeeltjes tijdens
melkoverwinning OF
door vervuiling in melkinstallatie OF
fouten in bewaring
3
, Remstoffenproef Bij elke melkophaling nagaan of er geen stoffen in
= aanwezigheid antibiotica melk bevinden die groei van bacteriën remmen
Vb. antibiotica, andere therapeutica
SNAP test = opsporen van antibioticum door
antilichaam
COPAN test
1. gebruik van buisjes gevuld met VB en
endosporen van bacillus
2. melk toegevoegd en geïncubeerd
3. bacteriën groeien en metaboliseren glucose in
VB = verzuring
4. door verzuring veranderd pH-indicator naar
gele kleur
->gele kleur = geen antibiotica
aanwezig
-> geen gele kleur = antibiotica
aanwezig
Remstoffen vastgesteld = onmiddellijke schorsing
melklevering
Vriespuntbepaling 11. 1 x per maand
= spoelwater 12. Normaal vriespunt = -0,530°C
melkinstallatie 13. Afwijking dichterbij 0°C = aanduiding van
aanwezigheid van extra water in melk
(hoger dan -0,510°C = strafpunt)
PAS op: niet te veel restwater aanwezig in
melkinstallatie
Filtratieproef 14. Maandelijks
= zichtbare onzuiverheden Door filtratieproef, nagaan in welke mate zichtbare
onzuiverheden aanwezig zijn
-> melk wordt door wattenschijf/membraan
geperst
of gezogen waardoor onzuiverheden
achterblijven
Onvoldoende resultaat = strafpunt
KWALITEITSPREMIE
Strengere kwaliteitsnormen voor bedrijven met IKM-certificaat (IKM = integrale
kwaliteitszorg Melk)
Voorwaarden IKM-certificatie:
- Kiemgetal < 50 x 10³ cfu/ml
- Coligetal < 50 cfu/ml
- Celgetal < 350 x 10³ cfu/ml
- Geen remstoffen
Cfu = levende kiem die instaat is om kolonie te vormen
Besluit:
Kwaliteitsbepaling van rauwe melk en betaling volgens strafpuntensysteem lijkt eerlijke
en makkelijk
voordeel? melk voldoet aan strenge normen kan beter uitbetaald worden
Producten van slechte melk worden door strafpuntensysteem ontmoedigt om zo verder te
werken
4
1. WERKING VAN DE KLASSIEKE LICHTMICROSCOOP
Oculair: lens waardoor het menselijk oog moet kijken om beeld te kunnen waarnemen
Tubus: lenzensysteem en onderaan hangt de revolver
Revolver: snelle overschakeling naar ander object
Voorwerptafel: in midden opening om licht door te laten + hierop wordt draagglaasje
gelegd (met dekglaasje)
Macroschroef: omhoog en omlaag van tafel
Microschroef: scherp stellen
Condensorschroef: regelt het licht
-> bij hoge condensor = 40x 100x
-> bij lage condensor = 4x 10x
Statiefvoet: steun waarop delen van microscoop rusten
Ophangarm/Statiefarm: verplaatsen van microscoop
Totale vergroting? Vergroting oculair (10x) x vergroting van objecten aan revolver
petriplaat
Regeling van het licht in microscoop!!!
1. Intensiteit van de lamp -> draaien aan zijkant aan statiefvoet
2. Filterglaasje zorgt voor zachter licht
3. Opening van diafragma
4. Hoogte van condensor
Tussenmedium = stof tussen dekglaasje op voorwerp en objectieflens
Lucht -> 4x, 10x, 40x
Water -> 63x
Immersie-olie -> 100x
Oplossend vermogen = kleinste afstand tussen 2 punten in preparaat waarbij deze met
microscoop nog net als afzonderlijke punten kunnen worden waargenomen
-> lichtmicroscoop: 200-350 nanometer
-> elektronenmicroscoop: 0,2 nanometer
,2. KWALITEIT VAN RAUWE MELK: KIEMGETALBEPALING
2.1. THEORETISCH ASPECTEN
RAUWE MELK
Rauwe melk: melk die rechtstrees afkomstig is van koe EN die geen warmtebehandeling
heeft ondergaan
-> wel van gezonde koeien waarvan relatief weinig m.o. inzitten!!
MICRO-ORGANISMEN IN RAUWE MELK
Aeroob en anaeroob
= indeling naar zuurstofbehoefte
Psychrofiel en mesofiel en thermofiel / psychrotroof en mesotroof en
thermotroof
= indeling naar optimale groei°C
PRODUCTKWALITEIT VAN RAUWE MELK
Hygiënische productiewijze zeer belangrijk!!
-> besmetting tijdens:
* ziekte van koe
* melken
* opslag
* transport
* productieproces
Mesofiel aeroob kiemgetal wordt gebruikt als maat voor microbiologische kwaliteit van
rauw melk
-> kiemen in melk bepaald bij 37°C (mesofiel) en aerobe/ zuurstof
omstandigheden (aeroob)
op rijke vaste voedingsbodem want kunnen vermenigvuldigen + kolonies
geven
Vb. 200 kolonies op VB na uitplaten van 1 ml rauwe melk = 200 mesofiele aërobe
bacteriën in 1 ml rauwe melk aanwezig zijn
Kiemgetal = aantal kiemen per ml melk aangeduid op rijke, vaste voedingsbodem in
staat is om kolonie te vormen = maatstaf voor hygiënische kwaliteit
Kiemgetal van rauwe melk hoger dan 100.000 kiemen per ml =
hygiëneprobleem tijdens melkwinning of verkeerde
bewaaromstandigheden
Normaal zijn kiemgetallen lager dan 20.000 kiemen per ml makkelijk haalbaar!!
Soorten kiemen in rauwe melk:
1. Psychrotrofe mesofiele m.o
= aantal m.o. stijgt tijdens gekoelde opslag
Mesofiele bacteriën die op dieren en in omgeving voorkomen
MAAR als zij psychrotroof zijn dan kunnen ze vermenigvuldigen bij lagere °C dus
ook bij gekoelde opslag
vb. coliforme bacteriën -> grote aantallen aanwezig in SS van mens en dier en
worden veel gevonden in omgeving als besmetting door uitwerpselen
2
, = veroorzaken? Bedereven van rauwe melk door ontstaan van geur en
smaakafwijkingen
kunnen ook hittestabiele enzymen vormen!!
-> indicator voor besmetting na pasteurisatie
2. Thermoresistente m.o.
= overleven na pasteurisatieproces: kortstondige hittebehandeling waarbij de
meeste pathogene MO worden afgedood, hoe hoger °C hoe korter de tijd
3. Faecale bacteriën
= indicator voor slechte hygiëne
vb. aanwezigheid van endosporen afkomstig van boterzuurbacteriën in rauwe
melk wijst op fecale besmetting -> gebruikt als indicator voor hygiëne in
veehouderij
KWALITEITSREGLEMENTERING: STRAFPUNTENSYSTEEM
= verband tussen al dan niet voldoen aan kwaliteitsnormen -> wat niet voldoet =
strafpunt = betalen
KWALITEITSBEPALING
Ophaling en bemostering 4. Min. 3 x in week
van melk 5. Interval nooit langer dan 72u = 3 dagen
Bij elke ophaling = monster/staal van rauwe melk
genomen via mechanisch besmosteringsapparaat
Voor laden eerst monster uit melktank genomen om
zuiverheid en kwaliteit van melk te bepalen
Kiemgetalbepaling 6. Min. 2 x in maand bepaald van individuele
= aantal kiemen / m.o. melklevering
7. 4 opeenvolgende maanduitslagen niet goed
aan norm = leveringsverbod
Kiemgetal = maatstaf voor hygiënsiche kwaliteit
-> verhoogde kiemgetal wijst op
uierontsteking, mest, vuil
Celgetalbepaling 8. 4 x per maand
= aantal somatische cellen 9. Berekend als geometrische gemiddelde van
-> witte bloedcellen alle celgetalbepaling van laatste 3 maanden
en 10. 4 opeenvolgende maanduitslagen niet goed
dode epitheelcellen aan norm = leveringsverbod
van uier Celgetal = totale aantal lichaamscellen (somatische)
aanwezig per ml melk -> lichaamscellen bestaan uit
afgestorven uiercellen en witte bloedcellen
-> te hoge celgetal = uierinfecties = hoger
aantal witte
bloedcellen
Bepalen? Totale aantal cellen aanwezig in bepaalde
hoev. melk te tellen onder microscoop en omrekenen
naar aantal cellen per ml rauwe melk
Coligetalbepaling Coligetal = maat voor totaal aantal coliforme
= aantal coliformen bacteriën in tankmelk (2 x per maand)
-> te hoge coligetal = veroorzaakt door
vervuiling van
melk met mestdeeltjes tijdens
melkoverwinning OF
door vervuiling in melkinstallatie OF
fouten in bewaring
3
, Remstoffenproef Bij elke melkophaling nagaan of er geen stoffen in
= aanwezigheid antibiotica melk bevinden die groei van bacteriën remmen
Vb. antibiotica, andere therapeutica
SNAP test = opsporen van antibioticum door
antilichaam
COPAN test
1. gebruik van buisjes gevuld met VB en
endosporen van bacillus
2. melk toegevoegd en geïncubeerd
3. bacteriën groeien en metaboliseren glucose in
VB = verzuring
4. door verzuring veranderd pH-indicator naar
gele kleur
->gele kleur = geen antibiotica
aanwezig
-> geen gele kleur = antibiotica
aanwezig
Remstoffen vastgesteld = onmiddellijke schorsing
melklevering
Vriespuntbepaling 11. 1 x per maand
= spoelwater 12. Normaal vriespunt = -0,530°C
melkinstallatie 13. Afwijking dichterbij 0°C = aanduiding van
aanwezigheid van extra water in melk
(hoger dan -0,510°C = strafpunt)
PAS op: niet te veel restwater aanwezig in
melkinstallatie
Filtratieproef 14. Maandelijks
= zichtbare onzuiverheden Door filtratieproef, nagaan in welke mate zichtbare
onzuiverheden aanwezig zijn
-> melk wordt door wattenschijf/membraan
geperst
of gezogen waardoor onzuiverheden
achterblijven
Onvoldoende resultaat = strafpunt
KWALITEITSPREMIE
Strengere kwaliteitsnormen voor bedrijven met IKM-certificaat (IKM = integrale
kwaliteitszorg Melk)
Voorwaarden IKM-certificatie:
- Kiemgetal < 50 x 10³ cfu/ml
- Coligetal < 50 cfu/ml
- Celgetal < 350 x 10³ cfu/ml
- Geen remstoffen
Cfu = levende kiem die instaat is om kolonie te vormen
Besluit:
Kwaliteitsbepaling van rauwe melk en betaling volgens strafpuntensysteem lijkt eerlijke
en makkelijk
voordeel? melk voldoet aan strenge normen kan beter uitbetaald worden
Producten van slechte melk worden door strafpuntensysteem ontmoedigt om zo verder te
werken
4