Strafprocesrecht jurisprudentie
Week 1:
- Posbank:
De Hoge Raad heeft bepaald dat art. 126j Sv een grondslag kan zijn
voor de Mr Big-methode. De gegeven gezichtspunten hierbij zijn:
Verloop van het opsporingstraject
Lengte, duur, intensiteit
De eventuele reeds door de verdachte ingenomen
proceshouding
Zwijgen of verklaren
De mate van misleiding
Mate van schijnwereld.
De mate van (psychische) druk
In het vooruitzicht stellen van negatieve of positieve
consequenties.
En is de verdachte zelf een kwetsbaar persoon?
De bemoeienis van opsporingsambtenaren met de inhoud van
(wezenlijke onderdelen) van de door de verdachte afgelegde
verklaring.
Week 2:
- Stille SMS:
De Hoge Raad heeft een juridisch kader gegeven voor de
beoordeling of lichte opsporingsmethoden onder de bevoegdheid
van art. 141 jo. 142 Sv jo. art. 3 Pw vallen of dat zij een specifieke
wettelijke grondslag nodig hebben.
Er is een specifieke wettelijke grondslag nodig indien de
opsporingsmethode:
a) Meer dan beperkte inbreuken op grond- en mensenrechten
maken
Hulpcriterium:
Privacy: dat in elk geval meer dan een beperkte inbreuk wordt
gemaakt indien een opsporingsmethode een min of meer
compleet beeld verkrijgt van bepaalde aspecten van het
persoonlijk leven van de betrokkene.
Let op: duur, intensiteit, frequentie, gebruik technisch
hulpmiddel.
b) Risicovol zijn voor de integriteit en beheersbaarheid van de
opsporing
Let op: verbaliseringsplicht en/of machtiging OvJ en RC.
- Stormsteeg:
Voorbeeld van situatie met ernstige bezwaren. Plotselinge
schrikreactie + de algemene bekendheid omtrent opium delicten op
specifieke locatie zorgen voor voldoende grond voor ernstige
bezwaren en kan dus als verdachte worden gekwalificeerd in de zin
van art. 27 Sv.
, Week 3:
- Spijkerbroekendiefstal:
Het bestaan van een verdenking staat niet in de weg aan het
uitoefenen van controlebevoegdheden door politieambtenaren, mits
bij aanwending daarvan tegenover de verdachte de aan deze als
zodanig toekomende waarborgen in acht worden genomen, zoals
bijvoorbeeld de cautieplicht. Tenzij er een zodanige ernstige inbreuk
op beginselen van een goede procesorde is dat dit tot niet-
ontvankelijkheid leidt.
- Dynamische verkeerscontrole:
Indien daadwerkelijk inzage is gevorderd in het rijbewijs en/of de
kentekenpapieren wordt aan art. 160 WvW voldaan, de controle is
dan rechtmatig. Maar waak voor etnisch profileren: selecteren op
alleen uiterlijke kenmerken van de inzittenden is directe
discriminatie en dus verboden. Het mag meewegen maar niet in
overwegende mate.
Juridisch kader:
Wettelijk: grondslag, art. 160 WvW + art. 159 WvW
Jurisprudentieel: rechtmatigheid
1. Is de verkeerscontrole strijdig met het beginsel van
détournement de pouvoir?
De verkeerscontrole mag niet uitsluitend voor een ander
doel worden ingezet, wel ‘mede’. Dat is het geval als er
naar kenteken- en/of rijbewijs is gevraagd.
2. Is de controlebevoegdheid ingezet tegen een verdachte in
de zin van art. 27 lid 1 Sv en zo ja, zijn aan de verdachte
toekomende waarborgen in acht genomen?
HR Spijkerbroekendiefstal: cautieplicht.
3. Is de wijze waarop het voertuig voor de verkeerscontrole is
geselecteerd in strijd met het discriminatieverbod?
HR Dynamische verkeerscontrole: niet uitsluitend op
etnische of religieuze kenmerken van inzittenden (directe
discriminatie)
Of
HR Moelander: onderscheid gemaakt op basis van
nationaliteit of afkomst van inzittenden van de auto door
selectie op basis van kenteken (indirecte discriminatie).
- Moelander:
De politie mag geen gerichte verkeerscontroles uitvoeren die alleen
gebaseerd zijn op de nationaliteit of herkomst van de bestuurder of
het kenteken van het voertuig, dit is namelijk indirecte discriminatie.
De politie mag wel gerichte verkeerscontroles uitvoeren indien er
andere concrete aanknopingspunten zijn, zoals informatie over
mogelijk strafbare feiten.
- Nalatige inspecteur:
Er is sprake van een verhoorsituatie wanneer:
1. De persoon als verdachte is aangemerkt, art. 27 Sv
Week 1:
- Posbank:
De Hoge Raad heeft bepaald dat art. 126j Sv een grondslag kan zijn
voor de Mr Big-methode. De gegeven gezichtspunten hierbij zijn:
Verloop van het opsporingstraject
Lengte, duur, intensiteit
De eventuele reeds door de verdachte ingenomen
proceshouding
Zwijgen of verklaren
De mate van misleiding
Mate van schijnwereld.
De mate van (psychische) druk
In het vooruitzicht stellen van negatieve of positieve
consequenties.
En is de verdachte zelf een kwetsbaar persoon?
De bemoeienis van opsporingsambtenaren met de inhoud van
(wezenlijke onderdelen) van de door de verdachte afgelegde
verklaring.
Week 2:
- Stille SMS:
De Hoge Raad heeft een juridisch kader gegeven voor de
beoordeling of lichte opsporingsmethoden onder de bevoegdheid
van art. 141 jo. 142 Sv jo. art. 3 Pw vallen of dat zij een specifieke
wettelijke grondslag nodig hebben.
Er is een specifieke wettelijke grondslag nodig indien de
opsporingsmethode:
a) Meer dan beperkte inbreuken op grond- en mensenrechten
maken
Hulpcriterium:
Privacy: dat in elk geval meer dan een beperkte inbreuk wordt
gemaakt indien een opsporingsmethode een min of meer
compleet beeld verkrijgt van bepaalde aspecten van het
persoonlijk leven van de betrokkene.
Let op: duur, intensiteit, frequentie, gebruik technisch
hulpmiddel.
b) Risicovol zijn voor de integriteit en beheersbaarheid van de
opsporing
Let op: verbaliseringsplicht en/of machtiging OvJ en RC.
- Stormsteeg:
Voorbeeld van situatie met ernstige bezwaren. Plotselinge
schrikreactie + de algemene bekendheid omtrent opium delicten op
specifieke locatie zorgen voor voldoende grond voor ernstige
bezwaren en kan dus als verdachte worden gekwalificeerd in de zin
van art. 27 Sv.
, Week 3:
- Spijkerbroekendiefstal:
Het bestaan van een verdenking staat niet in de weg aan het
uitoefenen van controlebevoegdheden door politieambtenaren, mits
bij aanwending daarvan tegenover de verdachte de aan deze als
zodanig toekomende waarborgen in acht worden genomen, zoals
bijvoorbeeld de cautieplicht. Tenzij er een zodanige ernstige inbreuk
op beginselen van een goede procesorde is dat dit tot niet-
ontvankelijkheid leidt.
- Dynamische verkeerscontrole:
Indien daadwerkelijk inzage is gevorderd in het rijbewijs en/of de
kentekenpapieren wordt aan art. 160 WvW voldaan, de controle is
dan rechtmatig. Maar waak voor etnisch profileren: selecteren op
alleen uiterlijke kenmerken van de inzittenden is directe
discriminatie en dus verboden. Het mag meewegen maar niet in
overwegende mate.
Juridisch kader:
Wettelijk: grondslag, art. 160 WvW + art. 159 WvW
Jurisprudentieel: rechtmatigheid
1. Is de verkeerscontrole strijdig met het beginsel van
détournement de pouvoir?
De verkeerscontrole mag niet uitsluitend voor een ander
doel worden ingezet, wel ‘mede’. Dat is het geval als er
naar kenteken- en/of rijbewijs is gevraagd.
2. Is de controlebevoegdheid ingezet tegen een verdachte in
de zin van art. 27 lid 1 Sv en zo ja, zijn aan de verdachte
toekomende waarborgen in acht genomen?
HR Spijkerbroekendiefstal: cautieplicht.
3. Is de wijze waarop het voertuig voor de verkeerscontrole is
geselecteerd in strijd met het discriminatieverbod?
HR Dynamische verkeerscontrole: niet uitsluitend op
etnische of religieuze kenmerken van inzittenden (directe
discriminatie)
Of
HR Moelander: onderscheid gemaakt op basis van
nationaliteit of afkomst van inzittenden van de auto door
selectie op basis van kenteken (indirecte discriminatie).
- Moelander:
De politie mag geen gerichte verkeerscontroles uitvoeren die alleen
gebaseerd zijn op de nationaliteit of herkomst van de bestuurder of
het kenteken van het voertuig, dit is namelijk indirecte discriminatie.
De politie mag wel gerichte verkeerscontroles uitvoeren indien er
andere concrete aanknopingspunten zijn, zoals informatie over
mogelijk strafbare feiten.
- Nalatige inspecteur:
Er is sprake van een verhoorsituatie wanneer:
1. De persoon als verdachte is aangemerkt, art. 27 Sv