Samenvatting Informatiemanagement
Hoofdstuk 1. Informatiemanagement in het huidige mondiale ondernemen
Data is alles wat je kunt meten, het zijn gegevens die bekend zijn of wat je weet, het is de basis voor
informatie, het zijn feiten die verzameld worden om antwoord te geven op vragen. Dit wordt
vergaard uit in- of output in een digitaal informatiesysteem.
Gegevens vertegenwoordigen gebeurtenissen die plaatsvinden binnen organisaties of in de fysieke
omgeving, voordat ze worden georganiseerd en geordend in een vorm die mensen kunnen begrijpen
en gebruiken.
Bedrijven gebruiken informatietechnologie om de snel veranderende behoefte van de klant aan te
voelen en hierop in te spelen. Voorraden worden tot zo laag mogelijke niveaus gereduceerd en
operationele efficiëntie wordt getracht om naar een hoger niveau te worden gebracht. Supply chains
worden kleiner en sneller, doordat tussenschakels eruit gehaald worden. Bedrijfsinformatiesystemen
worden ook wel MIS (Management Information Systems) genoemd. Op technologiegebied zijn er
drie onderling samenhangende veranderingen zichtbaar:
1. Het wijdverbreide gebruik van het mobiele computerplatform
2. Het toenemende gebruik van zeer grote databestanden (big data)
3. De groei van cloud computing; gegevens staan niet meer op de eigen bedrijfsserver, maar op
een externe server in de cloud, met toegang van (via) het internet
Al deze ontwikkelingen dragen bij aan de nieuwe globale bedrijfseconomie. Hierbij vindt er ook een
verschuiving plaats binnen banen, nationaal en internationaal. Informatiesystemen maken
globalisering simpelweg mogelijk, er zijn veel meer mogelijkheden, met minder kosten en moeite.
Alle veranderingen hebben geleid tot de digitale onderneming, hierbij worden alle bedrijfsrelaties
digitaal tot stand gebracht. Digitale onderneming: een onderneming waarbij alle bedrijfsrelaties van
enige betekenis met klanten, leveranciers en medewerkers op digitale wijze worden mogelijk
gemaakt en tot stand gebracht. De centrale bedrijfsprocessen worden uitgevoerd via digitale
netwerken die de gehele organisatie omspannen of verschillende organisaties aan elkaar koppelen.
De strategische bedrijfsdoelstellingen van organisaties zijn tegenwoordig erg afhankelijk van
,informatiesystemen. Alle informatie die nodig is om belangrijke bedrijfsbeslissingen te ondersteunen
en is altijd en overal binnen de onderneming beschikbaar.
Ondernemingen investeren in informatiesystemen om strategische bedrijfsdoelstellingen van
informatiesystemen te behalen:
1. Operationeel excelleren: Informatiesystemen zijn enkele van de belangrijkste middelen die
managers tot hun beschikking hebben om hogere niveaus van efficiëntie en productiviteit te
bereiken.
2. Nieuwe producten, diensten en bedrijfsmodellen ontwikkelen: Een bedrijfsmodel beschrijft
hoe een bedrijf een nieuw product produceert, levert en verkoopt om waarde te creëren.
Informatiesystemen spelen hierbij een belangrijke rol.
3. Band tussen klant en leverancier verbeteren: Het werkelijk kennen van klanten en
leveranciers is een belangrijk punt voor bedrijven.
4. Verbeterde besluitvorming: Informatiesystemen stellen managers in staat om bij het nemen
van beslissingen gebruikt te maken van real time gegevens (Business Intelligence).
5. Concurrentievoordeel: Hieronder valt dingen beter doen dan de concurrenten,
informatiesystemen geven hier inzichten in.
6. Overleven: Investeren in informatiesystemen behoort tot de basisvoorziening voor
zakendoen.
Informatietechnologie bestaat uit alle hardware en software die een onderneming nodig heeft om
zijn bedrijfsdoelstellingen te realiseren. Informatiesystemen maken gebruik van IT en staan in voor
het verzamelen, het opslaan en het verwerken van informatie met het doel de bedrijfsprocessen te
ondersteunen. Het kan worden gedefinieerd als een set aan elkaar gerelateerde componenten die
informatie verzamelen, verwerken, opslaan en verspreiden ter ondersteuning van besluitvorming,
coördinatie en controle binnen een organisatie. Daarnaast kunnen informatiesystemen managers en
werknemers helpen bij het analyseren van problemen, het visualiseren van complexe onderwerpen
en het maken van nieuwe producten.
Er zijn 3 basisactiviteiten binnen een informatiesysteem:
1. Input: het verzamelen van onbewerkte gegevens
2. Verwerking: een betekenis aan gegevens geven
3. Output: verwerkte info doorgeven aan mensen die dit willen of moeten gebruiken
Informatiesystemen: Een set aan elkaar gerelateerde componenten die samenwerken om informatie
te verzamelen, verwerken, opslaan en verspreiden ter ondersteuning van besluitvorming,
coördinatie, controle, analyse en visualisatie binnen een organisatie.
,Om informatiesystemen te gebruiken, moet men kennis van informatiesystemen hebben.
Informatiesystemen zijn namelijk een integraal onderdeel van organisaties. Organisaties bestaan uit
verschillende niveaus en specialismen, dit zijn ook wel de lagen in een onderneming.
Organisaties beschikken allen over een andere organisatiecultuur, deze cultuur beïnvloedt de
ontwikkeling en inzet van informatiesystemen. Er kunnen namelijk op basis van de cultuurniveaus
van bijvoorbeeld tevredenheid worden vastgesteld.
Hoger management: Strategische beslissingen voor de lange termijn, bewaken financiële situaties.
Middenmanagement: Uitvoering programma’s en plannen hoger management.
Operationeel management: Besturen van de dagelijkse activiteiten binnen de onderneming.
Belangrijke bedrijfsfuncties in een organisatie zijn:
• Verkoop en marketing: het promoten en verkopen van de producten en diensten van de
organisatie
• Productie: het produceren en leveren van producten en diensten
• Financiën: het beheren van het financiële vermogen van de organisatie
• Boekhouding: het uitvoeren van de operationele en financiële activiteiten zoals het beheren
van de financiële overzichten van de organisatie; controle van de cashflow
• Personeelszaken: het rekruteren, ontwikkelen en in stand houden van het personeelsbestand
van de organisatie
De taak van het management binnen een organisatie is om het in goede banen te leiden,
beslissingen te nemen en actieplannen voor het oplossen van organisatorische problemen op te
stellen. Een groot deel hiervan is creatief werk, waarbij ze veel gebruik maken van nieuwe kennis en
informatie. Het kan bijvoorbeeld een bijdrage leveren tijdens het ontwikkelen van het ontwerpen en
leveren van nieuwe producten of diensten. Computerhardware is de fysieke apparatuur voor input-,
verwerkings- en outputactiviteiten in een informatiesysteem. Computersoftware is de
verzamelnaam voor de gedetailleerd geprogrammeerde instructies die de hardwarecomponenten in
een informatiesysteem controleren en coördineren. Hierbij wordt er ook veel gebruik gemaakt van
het netwerk en het internet, intranetten en extranetten.
Datamanagementtechnologie: Software die de gegevens van een organisatie op de fysieke
opslagmedia beheert.
, Netwerk- en telecommunicatietechnologie: bestaat uit zowel fysieke apparatuur als software,
koppelt de verschillende hardware-elementen aan elkaar en verstuurt gegevens van de ene fysieke
locatie naar de andere.
Netwerk: Koppelt twee of meer hardwarecomponenten aan elkaar om data of hardware te delen en
uit te wisselen.
Internet = Internationaal netwerk van netwerken → creatie universeel nieuw technologieplatform
waarop nieuwe producten, diensten, strategieën en bedrijfsmodellen worden gebouwd
Intranet: Interne bedrijfsnetwerken gebaseerd op internettechnologie worden intranetten genoemd
Extranet: Eigen intranetten van de onderneming die zich uitstrekken tot geautoriseerde gebruikers
buiten de organisatie worden extranetten genoemd.
Het World Wide Web is een service geleverd door internet met universeel geaccepteerde
standaarden voor het opslaan, vinden, formatteren en weergeven van informatie.
Samen vormt dit alles de informatietechnologie-infrastructuur van de onderneming.
Om informatiesystemen te nemen in een organisatie, wil de organisatie er reële economische
waarde uit halen. Het moet de inkomsten verhogen of de kosten verlagen. Al de systemen maken
onderdeel uit van de bedrijfsinformatiewaardeketen hieronder.
Hoofdstuk 1. Informatiemanagement in het huidige mondiale ondernemen
Data is alles wat je kunt meten, het zijn gegevens die bekend zijn of wat je weet, het is de basis voor
informatie, het zijn feiten die verzameld worden om antwoord te geven op vragen. Dit wordt
vergaard uit in- of output in een digitaal informatiesysteem.
Gegevens vertegenwoordigen gebeurtenissen die plaatsvinden binnen organisaties of in de fysieke
omgeving, voordat ze worden georganiseerd en geordend in een vorm die mensen kunnen begrijpen
en gebruiken.
Bedrijven gebruiken informatietechnologie om de snel veranderende behoefte van de klant aan te
voelen en hierop in te spelen. Voorraden worden tot zo laag mogelijke niveaus gereduceerd en
operationele efficiëntie wordt getracht om naar een hoger niveau te worden gebracht. Supply chains
worden kleiner en sneller, doordat tussenschakels eruit gehaald worden. Bedrijfsinformatiesystemen
worden ook wel MIS (Management Information Systems) genoemd. Op technologiegebied zijn er
drie onderling samenhangende veranderingen zichtbaar:
1. Het wijdverbreide gebruik van het mobiele computerplatform
2. Het toenemende gebruik van zeer grote databestanden (big data)
3. De groei van cloud computing; gegevens staan niet meer op de eigen bedrijfsserver, maar op
een externe server in de cloud, met toegang van (via) het internet
Al deze ontwikkelingen dragen bij aan de nieuwe globale bedrijfseconomie. Hierbij vindt er ook een
verschuiving plaats binnen banen, nationaal en internationaal. Informatiesystemen maken
globalisering simpelweg mogelijk, er zijn veel meer mogelijkheden, met minder kosten en moeite.
Alle veranderingen hebben geleid tot de digitale onderneming, hierbij worden alle bedrijfsrelaties
digitaal tot stand gebracht. Digitale onderneming: een onderneming waarbij alle bedrijfsrelaties van
enige betekenis met klanten, leveranciers en medewerkers op digitale wijze worden mogelijk
gemaakt en tot stand gebracht. De centrale bedrijfsprocessen worden uitgevoerd via digitale
netwerken die de gehele organisatie omspannen of verschillende organisaties aan elkaar koppelen.
De strategische bedrijfsdoelstellingen van organisaties zijn tegenwoordig erg afhankelijk van
,informatiesystemen. Alle informatie die nodig is om belangrijke bedrijfsbeslissingen te ondersteunen
en is altijd en overal binnen de onderneming beschikbaar.
Ondernemingen investeren in informatiesystemen om strategische bedrijfsdoelstellingen van
informatiesystemen te behalen:
1. Operationeel excelleren: Informatiesystemen zijn enkele van de belangrijkste middelen die
managers tot hun beschikking hebben om hogere niveaus van efficiëntie en productiviteit te
bereiken.
2. Nieuwe producten, diensten en bedrijfsmodellen ontwikkelen: Een bedrijfsmodel beschrijft
hoe een bedrijf een nieuw product produceert, levert en verkoopt om waarde te creëren.
Informatiesystemen spelen hierbij een belangrijke rol.
3. Band tussen klant en leverancier verbeteren: Het werkelijk kennen van klanten en
leveranciers is een belangrijk punt voor bedrijven.
4. Verbeterde besluitvorming: Informatiesystemen stellen managers in staat om bij het nemen
van beslissingen gebruikt te maken van real time gegevens (Business Intelligence).
5. Concurrentievoordeel: Hieronder valt dingen beter doen dan de concurrenten,
informatiesystemen geven hier inzichten in.
6. Overleven: Investeren in informatiesystemen behoort tot de basisvoorziening voor
zakendoen.
Informatietechnologie bestaat uit alle hardware en software die een onderneming nodig heeft om
zijn bedrijfsdoelstellingen te realiseren. Informatiesystemen maken gebruik van IT en staan in voor
het verzamelen, het opslaan en het verwerken van informatie met het doel de bedrijfsprocessen te
ondersteunen. Het kan worden gedefinieerd als een set aan elkaar gerelateerde componenten die
informatie verzamelen, verwerken, opslaan en verspreiden ter ondersteuning van besluitvorming,
coördinatie en controle binnen een organisatie. Daarnaast kunnen informatiesystemen managers en
werknemers helpen bij het analyseren van problemen, het visualiseren van complexe onderwerpen
en het maken van nieuwe producten.
Er zijn 3 basisactiviteiten binnen een informatiesysteem:
1. Input: het verzamelen van onbewerkte gegevens
2. Verwerking: een betekenis aan gegevens geven
3. Output: verwerkte info doorgeven aan mensen die dit willen of moeten gebruiken
Informatiesystemen: Een set aan elkaar gerelateerde componenten die samenwerken om informatie
te verzamelen, verwerken, opslaan en verspreiden ter ondersteuning van besluitvorming,
coördinatie, controle, analyse en visualisatie binnen een organisatie.
,Om informatiesystemen te gebruiken, moet men kennis van informatiesystemen hebben.
Informatiesystemen zijn namelijk een integraal onderdeel van organisaties. Organisaties bestaan uit
verschillende niveaus en specialismen, dit zijn ook wel de lagen in een onderneming.
Organisaties beschikken allen over een andere organisatiecultuur, deze cultuur beïnvloedt de
ontwikkeling en inzet van informatiesystemen. Er kunnen namelijk op basis van de cultuurniveaus
van bijvoorbeeld tevredenheid worden vastgesteld.
Hoger management: Strategische beslissingen voor de lange termijn, bewaken financiële situaties.
Middenmanagement: Uitvoering programma’s en plannen hoger management.
Operationeel management: Besturen van de dagelijkse activiteiten binnen de onderneming.
Belangrijke bedrijfsfuncties in een organisatie zijn:
• Verkoop en marketing: het promoten en verkopen van de producten en diensten van de
organisatie
• Productie: het produceren en leveren van producten en diensten
• Financiën: het beheren van het financiële vermogen van de organisatie
• Boekhouding: het uitvoeren van de operationele en financiële activiteiten zoals het beheren
van de financiële overzichten van de organisatie; controle van de cashflow
• Personeelszaken: het rekruteren, ontwikkelen en in stand houden van het personeelsbestand
van de organisatie
De taak van het management binnen een organisatie is om het in goede banen te leiden,
beslissingen te nemen en actieplannen voor het oplossen van organisatorische problemen op te
stellen. Een groot deel hiervan is creatief werk, waarbij ze veel gebruik maken van nieuwe kennis en
informatie. Het kan bijvoorbeeld een bijdrage leveren tijdens het ontwikkelen van het ontwerpen en
leveren van nieuwe producten of diensten. Computerhardware is de fysieke apparatuur voor input-,
verwerkings- en outputactiviteiten in een informatiesysteem. Computersoftware is de
verzamelnaam voor de gedetailleerd geprogrammeerde instructies die de hardwarecomponenten in
een informatiesysteem controleren en coördineren. Hierbij wordt er ook veel gebruik gemaakt van
het netwerk en het internet, intranetten en extranetten.
Datamanagementtechnologie: Software die de gegevens van een organisatie op de fysieke
opslagmedia beheert.
, Netwerk- en telecommunicatietechnologie: bestaat uit zowel fysieke apparatuur als software,
koppelt de verschillende hardware-elementen aan elkaar en verstuurt gegevens van de ene fysieke
locatie naar de andere.
Netwerk: Koppelt twee of meer hardwarecomponenten aan elkaar om data of hardware te delen en
uit te wisselen.
Internet = Internationaal netwerk van netwerken → creatie universeel nieuw technologieplatform
waarop nieuwe producten, diensten, strategieën en bedrijfsmodellen worden gebouwd
Intranet: Interne bedrijfsnetwerken gebaseerd op internettechnologie worden intranetten genoemd
Extranet: Eigen intranetten van de onderneming die zich uitstrekken tot geautoriseerde gebruikers
buiten de organisatie worden extranetten genoemd.
Het World Wide Web is een service geleverd door internet met universeel geaccepteerde
standaarden voor het opslaan, vinden, formatteren en weergeven van informatie.
Samen vormt dit alles de informatietechnologie-infrastructuur van de onderneming.
Om informatiesystemen te nemen in een organisatie, wil de organisatie er reële economische
waarde uit halen. Het moet de inkomsten verhogen of de kosten verlagen. Al de systemen maken
onderdeel uit van de bedrijfsinformatiewaardeketen hieronder.
