Edumundo
H. 17 Inleiding interventies
17.1 Basisprincipes van interventies
Je hebt de analyse gedaan, je weet nu wat meer over wat veranderen met mensen doet en de rol van
leiderschap daarin. En dan ga je echt veranderen, denk je. Maar alles wat je al hebt gedaan is al een
belangrijke basis geweest voor wat je nu gaat bedenken. En wat je gedaan hebt is niet afgesloten, je
gaat ermee door.
Na elke interventie is het van belang na te denken:
o Wat heeft de interventie gebracht?
o Waarom is deze gekozen?
o Was een andere zinvoller?
o Welk nieuwe interventie is dan nodig?
Interventie: ‘Een activiteit of een serie van activiteiten gericht op het veranderen van het gedrag van
medewerkers richting het gewenste doel’ (Caluwé en Vermaak).
Bij het nadenken over de keuze van interventies en het uitvoeren van die interventies is het
belangrijk om een aantal basisprincipes te hanteren.
Met deze principes moet je rekening houden en ze helpen je te relativeren over de effecten ervan
(Boonstra en De Caluwé, 2006):
1. De wereld is maakbaar
2. Uitgangspunt is dat mensen willen groeien en ontwikkelen
3. Verbinding tussen denken en doen
4. Veranderen doe je samen
5. Onzekerheid en intersubjectiviteit
6. Condities scheppen
7. Eenvoud en schoonheid
8. Betekenisgeving en interactie
9. Gelaagdheid en meervoudigheid
10. Doordacht en met bedoelingen
11. Verkleinen van defensiviteit
Vermaak (2009) voegt daar nog één principe aan toe:
12. Flitsvertrouwen
17.2 Interventiestrategie
Interventiestrategieën indelen in verschillende aspecten:
o Wat ga je veranderen?
Analysemodel (externe omgeving, organisatie, afdeling/team, individu)
Op welke aspecten verandering nodig is, kun je kijken welke interventies op elk van
die gebieden handig zijn
o Hoe ga je het veranderen?
H. 17 Inleiding interventies
17.1 Basisprincipes van interventies
Je hebt de analyse gedaan, je weet nu wat meer over wat veranderen met mensen doet en de rol van
leiderschap daarin. En dan ga je echt veranderen, denk je. Maar alles wat je al hebt gedaan is al een
belangrijke basis geweest voor wat je nu gaat bedenken. En wat je gedaan hebt is niet afgesloten, je
gaat ermee door.
Na elke interventie is het van belang na te denken:
o Wat heeft de interventie gebracht?
o Waarom is deze gekozen?
o Was een andere zinvoller?
o Welk nieuwe interventie is dan nodig?
Interventie: ‘Een activiteit of een serie van activiteiten gericht op het veranderen van het gedrag van
medewerkers richting het gewenste doel’ (Caluwé en Vermaak).
Bij het nadenken over de keuze van interventies en het uitvoeren van die interventies is het
belangrijk om een aantal basisprincipes te hanteren.
Met deze principes moet je rekening houden en ze helpen je te relativeren over de effecten ervan
(Boonstra en De Caluwé, 2006):
1. De wereld is maakbaar
2. Uitgangspunt is dat mensen willen groeien en ontwikkelen
3. Verbinding tussen denken en doen
4. Veranderen doe je samen
5. Onzekerheid en intersubjectiviteit
6. Condities scheppen
7. Eenvoud en schoonheid
8. Betekenisgeving en interactie
9. Gelaagdheid en meervoudigheid
10. Doordacht en met bedoelingen
11. Verkleinen van defensiviteit
Vermaak (2009) voegt daar nog één principe aan toe:
12. Flitsvertrouwen
17.2 Interventiestrategie
Interventiestrategieën indelen in verschillende aspecten:
o Wat ga je veranderen?
Analysemodel (externe omgeving, organisatie, afdeling/team, individu)
Op welke aspecten verandering nodig is, kun je kijken welke interventies op elk van
die gebieden handig zijn
o Hoe ga je het veranderen?