100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Insolventierecht

Rating
4.0
(1)
Sold
3
Pages
39
Uploaded on
17-12-2018
Written in
2018/2019

Samenvatting van het boek Insolventierecht van Polak.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
December 17, 2018
Number of pages
39
Written in
2018/2019
Type
Summary

Subjects

Content preview

SAMENVATTING
INSOLVENTIERECHT
HOOFDSTUK 1 ‘HOOFDLIJNEN INSOLVENTIERECHT’

1.1 INSOLVENTIE

Art. 3:276 BW: elke schuldeiser kan zich verhalen op alle goederen van zijn schuldenaar. Tevens mag de
schuldeiser dit allemaal zelf regelen en bepalen op welke wijze.

De schuldenaar mag zelf kiezen wanneer en hoe die de schulden afost. olang die maar genoeg actva heef
om de passiva te dekken.

1.2 INSOLVENTIEPROBLEMEN

Drie insolventeprocedures:

- Faillissement  als de schuldenaar opgehouden is te betalen. De curator gaat dan de actva verdelen
onder de schuldeisers.
- Surseance van betaling  uitstel van betaling, bewindvoerder helpt alles weer op orde te krijgen.
- Schuldsanering natuurlijke personen  bewindvoerder wordt aangesteld voor het beheer van de
schulden, na dit traject krijgt de persoon een schone lei.

1.3 SCHULDEISERS

Schuldeiser: degene die op de dag waarop de insolventeprocedure wordt geopend krachtens een persoonlijke
verbintenis de subjecteve rechter heef om van de schuldenaar een zekere prestate te worden en om die
vordering op de goederen van de schuldenaar te verhalen.

Drie soorten: faillissementsschuldeisers, surseanceschuldeisers en schuldsaneringsschuldeisers.

1.4 RANGORDE

Preferente schuldeisers: voorrechten verbonden aan deze schuldeisers.

Concurrente schuldeisers: zonder voorrechten.

De baten van het vermogen bij insolventeprocedure worden als volgt besteed:

- Boedelvorderingen;
- Preferente vorderingen;
- Concurrente vorderingen.

1.5 FIXATIEBEGINSEL

De fixate van de passiva en de actva op de dag na de opening van de insolventeprocedure.

1.6 HET VERMOGEN; NIET DE PERSOON

De insolventeprocedure heef betrekking op het vermogen niet de op persoon. De persoon kan tjdens de
procedure alsnog overeenkomsten aangaan, waardoor met een vordering op hem krijgt.

,1.7 OPENBARE ORDE; DWINGEND RECHT

Bij de bepalingen waar het algemeen belang bij betrokken is, zijn van openbare orde. Niemand kan van de
toepasselijkheid van die bepalingen afstand doen.

1.8 TOEPASSELIJK RECHT

Nederlands recht is enkel van toepassing, eveneens als enkele bepalingen van het internatonale privaatrecht
en de Europese Insolventeverordening.

1.9 DE FAILLISSEMENTSWET; AANVERWANTE REGELINGEN

Aanverwante regelingen zijn: de Wet Wesp, Wet civielrechtelijk bestuur verbod, Wet herziening
strafbaarstelling faillissementsfraude, Wet versterking posite curator.

Recife richtlijn: regels voor de behandeling van faillissementen en surseances van betaling onder meer over de
benoeming van de curator, de publicates, de verslaglegging, het beheer en bestuur van de failliete boedel, de
verifcatevergadering en de vaststelling van salarissen van de curator.

1.10 KOMEND RECHT?

Vier herijkingsweten:

- Wet contnuuteit ondernemingen;
- Wet modernisering faillissementsprocedure;
- Wet contnuuteit ondernemingen ll;
- Wet contnuuteit ondernemingen lll.

HOOFDSTUK 2 FAILLISSEMENT IN HET ALGEMEEN

2.1 FAILLISSEMENTSBESLAG

Faillissement: een gerechtelijk beslag op eixecute van het gehele vermogen van de schuldenaar ten behoeve
van zijn gezamenlijke schuldeisers.

Faillissementsbeslag: de verefening van het vermogen, ook wel het beslag leggen op de goederen die in het
faillissement vallen.

2.2 TWEE FASEN

Eerste fase: beheerfase, beheert de curator het vermogen waarop het faillissementsbeslag rust en worden de
vorderingen van de schuldeisers vastgesteld. Eindigt met verifcatevergadering en vergadering van de
schuldeisers.

Fase twee: verefeningsfase, verefening van de boedel.

2.3 HUIDIGE PRAKTIJK

Dit gebeurt in de praktjk vaak niet, aangezien de schulden meestal groter zijn dan de opbrengst. Als dit zo is
wordt het faillissement geëindigd zonder verifcate.

HOOFDSTUK 3 ‘DE FAILLIETVERKLARING’

3.1 VEREISTEN

,De faillietverklaring wordt uitgesproken:

- Op eigen aangife;
- Op verzoek van een of meer schuldeisers;
- Op vordering van het Openbaar Ministerie om redenen van openbaar belang

Voorwaarden: opgehouden te betalen en summierlijk van zijn vorderingsrecht blijken.

3.2 TOESTAND

Twee voorwaarden voor toestand opgehouden te zijn met betalen:

- De schuldenaar heef meerdere schuldeisers, pluraliteitsvereiste;
- De schuldenaar is opgehouden met betalen.

Pluraliteitsvereiste: meerdere schuldeisers, moeten meerdere steunvorderingen zijn (vorderingen van derden
op de schuldenaar).

 Door cessie of subrogate kan een vordering worden gesplitst, telt echter niet meer voor het
faillissement.
 De aard van de onbetaald gelaten schulden is in beginsel niet van belang.
 Tenminste één vordering moet opeisbaar zijn.
 Als een vordering wordt betwist, behoef het niet in de weg te staan dat zij als steunvordering in
aanmerking komt.

3.3 VORDERING AANVRAGER

Art. 6 lid 3 Faillissementswet: indien het faillissement wordt aangevraagd door een schuldeiser, moet ook
summierlijk van diens vorderingsrecht blijken.

3.4 SUMMIERLIJK BLIJKEN

Summier blijken: zowel de toestand als de vordering na een kort, eenvoudig onderzoek moet blijken.

Een goede procesorde vereist dat de rechter in een civiele procedure in beginsel slechts behoort te beslissen
aan de hand van stukken tot kennisneming waarvan en uitlatng waarover aan partjen voldoende gelegenheid
is gegeven.

3.5 VORDERING OM

De ofcier van justte treedt op als het openbaar belang dit vereist en dus niet om zuiver partculiere belangen
te dienen. Tevens moet de schuldenaar opgehouden zijn met betalen.

Openbaar belang: een belang dat het belang van de afzonderlijke of gezamenlijke crediteuren overstjgt.

3.6 PUBLIEKRECHTELIJKE SCHULDEISERS

Enkele publiekrechtelijke schuldeisers: belastngdienst, UWV etc. ij kunnen eventueel faillissement bij hun
schuldenaar uitlokken.

3.7 REDELIJK BELANG: MISBRUIK VAN BEVOEGDHEID

, Misbruik aanvrager: als de aanvrager van het faillissement naar redelijkheid niet tot uitoefening van zijn
bevoegdheid om het faillissement aan te vragen had kunnen komen vanwege de onevenredigheid tussen het
belang van de uitoefening en het belang dat daardoor wordt geschaad. (Geen vermogen meer)

Misbruik eigen aangife rechtspersonen: als er geen enkel actef is en zelfs de faillissementskosten niet kunnen
worden voldaan. Afweging belang van de schuldenaar bij de faillissementsaanvraag en het belang van de
curator om niet geconfronteerd te worden met niet-verhaalbare salariskosten.

Maar ook als men faillissement aanvraagt om zo van de verplichtngen tegenover haar werknemers af te
komen en derhalve voor een ander doel dan waarvoor die bevoegdheid is gegeven.

Misbruik eigen aangife natuurlijke personen: als men rust wil verkrijgen of toegelaten wil worden tot de
schuldsanering, echter indien elk actef ontbreekt kan de eigen aangife misbruik van bevoegdheid inhouden.

3.8 FAILLISSEMENTSAANVRAAG ALS INCASSOMIDDEL; KOSTEN AANVRAAG

Als de aanvraag ingetrokken wordt, is vaak de schuld betaald, een regeling getrofen of is de aanvraag op een
andere schuldeiser uitgesproken.

De kosten hebben een hoge voorrang en dienen dan ook uit door de schuldenaar betaald te worden.

3.9 WIE KUNNEN FAILLIET WORDEN VERKLAARD?

 Natuurlijke personen;
 Personenassociates met een afgescheiden vermogen;
 Privaatrechtelijke rechtspersonen;
 Wellicht: publiekrechtelijke rechtspersonen;
 Maar niet: de curator en de failliet.

Natuurlijke personen: Het faillissement van een van de echtgenoten betref de schulden waarvoor hij of zij
persoonlijk aansprakelijk is. Inden men getrouwd is in gemeenschap van goederen, wordt het gezien als een
faillissement van de gemeenschap. WSNP.

Personenassociates met een afgescheiden vermogen: elke vennoot draagt het faillissement met zich mee op
het persoonlijk vermogen.

Privaatrechtelijke rechtspersonen: eveneens als een ontbonden rechtspersoon.

Publiekrechtelijke rechtspersonen: goederen mogen alleen in beslag genomen worden, als zij niet bestemd
zijn voor openbare dienst. Nederlandser rechter heef geen rechtsmacht om een vreemde staat failliet te
verklaren.

Curator en failliet: de faillissementscurator kan in deze hoedanigheid niet failliet worden verklaard.

3.10 BEVOEGDE RECHTER

Art. 2 lid 1: de rechter die de (absolute en relateve) bevoegdheid heef om een schuldenaar failliet te verklaren
is de rechtbank van de woonplaats van de schuldenaar.

Heef de schuldenaar zich begeven buiten het Rijk in Europa, dan is de rechtbank van zijn laatste woonplaats
bevoegd.

3.11 INDIENING VAN HET VER OEK

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
5 year ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
evanoordanus1 Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
455
Member since
10 year
Number of followers
351
Documents
36
Last sold
4 weeks ago

3.7

93 reviews

5
23
4
39
3
20
2
4
1
7

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions