Sequentie SE, TSE en IR
- de kenmerken van de opbouw van een SE sequentie benoemen.
Het is een stabiele pulssequentie met een goede beeldkwaliteit en een breed
toepassingsgebied, waarbij veldinhomogeniteiten opgeheven worden door de 180 graden
pulsen.
Kenmerk: exciterende 90-graden puls en vervolgens refaserende 180 graden puls.
180 graden is noodzakelijk om het uitdovende FID-signaal geschikt te maken voor de
beeldvorming; dit FID-signaal wordt als het ware teruggeroepen door de 180 graden puls,
waardoor er echo ontstaat. De tijdsduur tussen de 90 graden puls en de maximale amplitude
van het echosignaal wordt TE genoemd. Tijdsduur tussen de steeds weer herhalende
exciterende 90 graden pulsen wordt repetitietijd genoemd. Het is dus een herhalende
combinatie van 90 graden puls, 180 graden puls en echosignaal.
- de kenmerken van de opbouw van een TSE sequentie benoemen.
Het is een stabiele pulssequentie met een goede beeldkwaliteit en een breed
toepassingsgebied, waarbij veldinhomogeniteiten opgeheven worden door de 180 graden
pulsen. Kenmerk: exciterende 90-graden puls en vervolgens refaserende 180 graden puls.
180 graden is noodzakelijk om het uitdovende FID-signaal geschikt te maken voor de
beeldvorming; dit FID-signaal wordt als het ware teruggeroepen door de 180 graden puls,
waardoor er echo ontstaat. De tijdsduur tussen de 90 graden puls en de maximale amplitude
van het echosignaal wordt TE genoemd. Tijdsduur tussen de steeds weer herhalende
exciterende 90 graden pulsen wordt repetitietijd genoemd. Het is dus een herhalende
combinatie van 90 graden puls, 180 graden puls en echosignaal.
- de kenmerken van de opbouw van een IR sequentie benoemen.
IR = inversion-recoverysequentie, afgeleid van de spin-echosequentie - Het contrast kan
verbeterd of gemanipuleerd worden
De sequentie begint met 180 graden puls, die de nettomagnetisatie omklapt. Hierna is er
nog een longitudinale magneitsatie, deze is alleen gespiegeld van richting Het is een niet
stabiele situatie en de spins zullen na het uitzetten van 180 graden puls weer hun
oorspronkelijke positie innemen = relaxatie De longitudinale relaxtie duurt veel langer, er
moeten immers veel meer protonspins naar parallelle richtingterugkeren Na de 180 graden
puls volgen de pulsen die ook bij een SE-sequentie gegeven worden: een 90 graden –
excitatiepuls en een 180 graden – omkeerpuls. Tijd tussen 180 puls en 90 puls = inversietijd
(TI). Verschillen in t1 komen veel meer tot uiting. Verschillen worden bepaald door TI.
schakelt water uit door 90 graden puls te geven als Mz van water 0 is
- het doel van de FLAIR en STIR benoemen
FLAIR: IR-sequentie met lange inversietijd FLAIR: Fluid Attenuated Inversion Recovery
Doel: onderdrukken van signaal van vloeistof, gedaan door 90 graden puls op het moment
dat er geen longitudinale magnetisatie is van liquor.
Flair wordt toegepast voor T2-gewogen afbeeldingen van hersenen om pathologie in de
nabijheid van de ventrikels en in de witte stof beter zichtbaar te maken.
STIR: Short TI inversion-recovery - Korte inversietijd - Bij deze sequentie wordt het signaal
van vet onderdrukt
- 90 graden excitatiepuls wordt gegeven op het moment dat er geen longitudinale
magnetisatie is van vet. Vet heeft korte T1 relaxatietijd, is inverstetijd (TI)
STIR wordt toegepast om afwijkingen aan te tonen in vetachtige structuren, zoals het
beenmerg. Weefsels met een lange T1 (vocht) worden met de STIR-sequentie wit
afgebeeld, in tegenstelling tot T1-gewogen afbeeldingen met de SE-sequentie. Vet herstelt
zich het snelst. Korte echotijd bij T1 en lang bij T2. TR is altijd lang
schakelt vet uit door 90 graden puls te geven als Mz van vet 0 is
- de kenmerken van de opbouw van een SE sequentie benoemen.
Het is een stabiele pulssequentie met een goede beeldkwaliteit en een breed
toepassingsgebied, waarbij veldinhomogeniteiten opgeheven worden door de 180 graden
pulsen.
Kenmerk: exciterende 90-graden puls en vervolgens refaserende 180 graden puls.
180 graden is noodzakelijk om het uitdovende FID-signaal geschikt te maken voor de
beeldvorming; dit FID-signaal wordt als het ware teruggeroepen door de 180 graden puls,
waardoor er echo ontstaat. De tijdsduur tussen de 90 graden puls en de maximale amplitude
van het echosignaal wordt TE genoemd. Tijdsduur tussen de steeds weer herhalende
exciterende 90 graden pulsen wordt repetitietijd genoemd. Het is dus een herhalende
combinatie van 90 graden puls, 180 graden puls en echosignaal.
- de kenmerken van de opbouw van een TSE sequentie benoemen.
Het is een stabiele pulssequentie met een goede beeldkwaliteit en een breed
toepassingsgebied, waarbij veldinhomogeniteiten opgeheven worden door de 180 graden
pulsen. Kenmerk: exciterende 90-graden puls en vervolgens refaserende 180 graden puls.
180 graden is noodzakelijk om het uitdovende FID-signaal geschikt te maken voor de
beeldvorming; dit FID-signaal wordt als het ware teruggeroepen door de 180 graden puls,
waardoor er echo ontstaat. De tijdsduur tussen de 90 graden puls en de maximale amplitude
van het echosignaal wordt TE genoemd. Tijdsduur tussen de steeds weer herhalende
exciterende 90 graden pulsen wordt repetitietijd genoemd. Het is dus een herhalende
combinatie van 90 graden puls, 180 graden puls en echosignaal.
- de kenmerken van de opbouw van een IR sequentie benoemen.
IR = inversion-recoverysequentie, afgeleid van de spin-echosequentie - Het contrast kan
verbeterd of gemanipuleerd worden
De sequentie begint met 180 graden puls, die de nettomagnetisatie omklapt. Hierna is er
nog een longitudinale magneitsatie, deze is alleen gespiegeld van richting Het is een niet
stabiele situatie en de spins zullen na het uitzetten van 180 graden puls weer hun
oorspronkelijke positie innemen = relaxatie De longitudinale relaxtie duurt veel langer, er
moeten immers veel meer protonspins naar parallelle richtingterugkeren Na de 180 graden
puls volgen de pulsen die ook bij een SE-sequentie gegeven worden: een 90 graden –
excitatiepuls en een 180 graden – omkeerpuls. Tijd tussen 180 puls en 90 puls = inversietijd
(TI). Verschillen in t1 komen veel meer tot uiting. Verschillen worden bepaald door TI.
schakelt water uit door 90 graden puls te geven als Mz van water 0 is
- het doel van de FLAIR en STIR benoemen
FLAIR: IR-sequentie met lange inversietijd FLAIR: Fluid Attenuated Inversion Recovery
Doel: onderdrukken van signaal van vloeistof, gedaan door 90 graden puls op het moment
dat er geen longitudinale magnetisatie is van liquor.
Flair wordt toegepast voor T2-gewogen afbeeldingen van hersenen om pathologie in de
nabijheid van de ventrikels en in de witte stof beter zichtbaar te maken.
STIR: Short TI inversion-recovery - Korte inversietijd - Bij deze sequentie wordt het signaal
van vet onderdrukt
- 90 graden excitatiepuls wordt gegeven op het moment dat er geen longitudinale
magnetisatie is van vet. Vet heeft korte T1 relaxatietijd, is inverstetijd (TI)
STIR wordt toegepast om afwijkingen aan te tonen in vetachtige structuren, zoals het
beenmerg. Weefsels met een lange T1 (vocht) worden met de STIR-sequentie wit
afgebeeld, in tegenstelling tot T1-gewogen afbeeldingen met de SE-sequentie. Vet herstelt
zich het snelst. Korte echotijd bij T1 en lang bij T2. TR is altijd lang
schakelt vet uit door 90 graden puls te geven als Mz van vet 0 is