samenvatting inleiding privaatrecht h6

Hoofdstuk 6 privaatrecht week 5 hoorcollege



Verbintenis: rechtsverhouding waarbij de ene partij een prestatie verschuldigd is aan de andere partij

- Prestatie
o Betaalverplichting
o Schadevergoeding betalen
o Een goed te leveren
o Een dienst te verlenen
- Rechtsverhouding  pag. 17 boek, feiten en handelingen
o Ontstaan door overeenkomst aangaan
 Koopovereenkomst  een moet betalen en een moet leveren (allebei iets
verschuldigd)
o Ook ontstaan zonder overeenkomst

- Verbintenissenrecht
o Verbintenissen uit de wet
 Onrechtmatige daad (Art. 6:162 BW)
 Is sprake van een menselijke handeling met een niet-beoogd
rechtsgevolg en deze handeling die in strijd is met het recht.
 De menselijke handeling is ontstaan uit de wet en niet door een
afspraak.
 Vervolgens is door deze handeling schade ontstaan en deze dient
vergoedte worden.
o Verbintenis hieruit  het recht van de schuldeiser op een
vergoeding en de verplichting van de schuldenaar om deze te
voldoen.
 Rechtmatige daad
 Dze daad is een rechtshandeling met rechtsgevolgen die niet in strijd
is met het recht en wordt als rechtmatig aangemerkt. Drie
voorbeelden:
o Zaakwaarneming (Art. 6:198 BW)
 Het zonder overeenkomst behartigen van het belang
van een ander met een goede reden.
o Ongerechtvaardigde verrijking (Art. 6:212 BW)
 Wanneer iemand is verrijkt ten koste van een ander
en die verrijking onrechtvaardig was.
o Onverschuldigde betaling (Art. 6:203 BW)
 Wanneer iemand aan een ander een geldsom of een
goed heeft gegeven zonder dat er een rechtsgrond
voor was.
o Verbintenissen uit overeenkomst
 Eenzijdigde overeenkomst  een van de partijen moet iets presteren
 Schenking (Art. 7:175 BW)
 Meerzijdige overeenkomst  beide partijen moeten iets presteren
 Huur (Art. 7:201 BW)
 Koop (Art. 7:1 BW)

,  Ruil (Art. 7:49 BW)


Andere verbintenissen

Drie verbintenissen uit de wet of uit overeenkomst te onderscheiden:

- De natuulijke verbintenis
o Rechtsgevolgen bij nakoming hetzelfde als bij de ‘gewone’ verbintenis. Nakoming is
niet juridsich afdwingbaar. Je kunt dus niet naar de rechter stappen.
- De voorwaardelijke verbintenis
o Sprake van een voorwaardelijke verbintenis indien de werking van de verbintenis
afhankelijk is van een toekomstige onzekere omstandigheid.
- De toekomstige verbintenis
o De verbintenis kan pas in de toekomst ontstaan. De betaling van de koopsom heeft al
plaatsgevonden maar de levering van een zaak vindt op een later tijdstip plaats.

Verbintenissen uit overeenkomst
Totstandkoming overeenkomst

Regelend recht  andere regels gelden dan die in de wet zijn opgenomen

- Aanbod en aanvaarding (Art. 6:217 BW)
o Aanbod is een voorstel tot het sluiten van een overeenkomst. Is al concreet
- Eis van bepaalbaarheid (Art. 6:227)
o Alle essentiële elementen moeten in het aanbod zitten
- Jurisprudentie: Hofland/Hennis  verkoop huis, lees door
o Uitnodiging om in onderhandeling te treden

Aanbod

Hoelang kan een aanbod worden herroepen?  Art. 6:219 BW

Een aanbod kan herroepen worden. Je kunt het aanbod terugtrekken. Maar:

- Aanbod is soms niet herroepelijk (Art. 6:219 lid 1 BW)
o Bijv. bij termijn voor aanvaarding is verstreken
- Aanbod is soms wel herroepelijk
o Tot dat het aanbod is aanvaard
o Soms ook vlak na aanvaarding  vrijblijvend aanbod
- Vrijblijvend aanbod
o Herroeping kan plaatsvinden als het aanbod als in aanvaard. Voorwaarde is wel dat er
aangegeven is dat het een vrijblijvend aanbod is.
- Verval van aanbod (Art. 6:221 lid 2 BW)
o Een aanbod vervalt bij:
 Verwerping
 Vaak wordt een aanbod verworpen doordat de aanvaarding van het
oorspronkelijke aanbod afwijkt.  eigenlijk sprake van een nieuw
aanbod (Art. 6:225 lid 1 BW)