Samenvatting urinewegstelsel
Tractus urogenitalis
- urinewegstelsel
- voortplantingsstelsel
Functies urinewegstelsel :
- excretie : verwijderen van afvalstoffen uit lichaamsvloeistoffen
- eliminatie : verwijderen van afvalstoffen uit het lichaam
- homeostase : regulatie van de bloedvolume en bloeddruk, regulatie pH,
regulatie zouten
(homeostase = constant houden van het interne milieu, dus dat
lichaamstemperatuur constant blijft.)
ren/renes = nier/nieren
Enkele Latijnse termen urinewegstelsel :
- renes / ren nieren / nier
- ureter(s) urineleider(s)
- vesica urinaria urineblaas
- urethra urinebuis
- cortex nierschors
- medulla niermerg
- pyramis renalis nierpyramide
- pyelum nierbekken
- m. Sfincter internus interne kringspier urethra
- m. Sfincter externus externe kringspier urethra
Enkele belangrijke bloedvaten urinewegen :
- aorta slagader vanuit het hart
- v. Cava inferior onderste holle ader
- a. Renalis nierslagader
- v. Renalis nierader
retroperitoneaal = achter het buikvlies ( daar liggen de nieren )
de rechter nier zit lager dan de linker nier, dat komt omdat de lever de
rechternier naar beneden drukt.
Nefron = de basale functionele eenheid in de nier. Hier vind de urineproductie
plaats. Een nefron is het hoofdelement van de urineproductie.
In het nierschors bevinden zich afferente arteriolen. ( invloed van filtratiedruk,
zie blz 2 )
Een nefron bestaat uit :
- glomerulus waar een kapsel van Bouwman om heen zit
- lis van Henle
- proximale tubulus
- distale tubulus
, - verzamelbuisje
de lis van Henle bestaat uit :
- proximale tubulus
- distale tubulus
op de plaatjes zie je dat er veel bochten in een lis van Henle zitten, dit is zo zodat
het lichaam langer de tijd heeft om te filtreren.
Om de glomerulus zit het kapsel van Bowman.
De voorurine komt in de lis van Henle > hier wordt natrium en chloride en water
teruggeresorbeerd.
Nierlichaampje =lichaam van Malphigi
Medicijnen en gifstoffen worden in de distale tubulus opgenomen > actieve
afgifte.
Urineproductie
- doel handhaving homeostase door : regulatie volume bloed, regulatie
samenstelling van het bloed
- uitscheiding opgeloste stoffen : ureum, creatinine, urinezuur
- processen : filtratie, actieve afgifte
Filtratie :
- in het nierlichaampje
- filtreert water, opgeloste stoffen, NIET : bloedcellen en eiwitten
- resultaat is voorurine
filtratiedruk = de netto kracht die filtratie bevordert
Glomerulaire filtratiesnelheid (GFS) = hoeveelheid voorurine die per minuut
door de nieren wordt gevormd > gemiddeld GFS : 125 ml/minuut = 180 l/dag
( dit is enorm veel het is dan ook logisch dat er in de lis van Henle veel water
wordt teruggeresorbeerd ).
Ultrafiltratie van bloed > door de urinewegen
- 180 liter voorurine per dag
- dit gebeurd aselectief
99 % terugresorptie van nog bruikbare stoffen van urinewegen > terug naar het
bloed
- 1,5 – 2 liter urine per dag
- onder invloed van hormonen : selectief ( ADH bijvoorbeeld )
Terugresorptie vind plaats in :
- proximale tubulus
- distale tubulus
- lis van Henle
- verzamelbuis
molecule die terug worden geresorbeerd :
- aminozuren
- glucose
- Natrium en Kalium
Tractus urogenitalis
- urinewegstelsel
- voortplantingsstelsel
Functies urinewegstelsel :
- excretie : verwijderen van afvalstoffen uit lichaamsvloeistoffen
- eliminatie : verwijderen van afvalstoffen uit het lichaam
- homeostase : regulatie van de bloedvolume en bloeddruk, regulatie pH,
regulatie zouten
(homeostase = constant houden van het interne milieu, dus dat
lichaamstemperatuur constant blijft.)
ren/renes = nier/nieren
Enkele Latijnse termen urinewegstelsel :
- renes / ren nieren / nier
- ureter(s) urineleider(s)
- vesica urinaria urineblaas
- urethra urinebuis
- cortex nierschors
- medulla niermerg
- pyramis renalis nierpyramide
- pyelum nierbekken
- m. Sfincter internus interne kringspier urethra
- m. Sfincter externus externe kringspier urethra
Enkele belangrijke bloedvaten urinewegen :
- aorta slagader vanuit het hart
- v. Cava inferior onderste holle ader
- a. Renalis nierslagader
- v. Renalis nierader
retroperitoneaal = achter het buikvlies ( daar liggen de nieren )
de rechter nier zit lager dan de linker nier, dat komt omdat de lever de
rechternier naar beneden drukt.
Nefron = de basale functionele eenheid in de nier. Hier vind de urineproductie
plaats. Een nefron is het hoofdelement van de urineproductie.
In het nierschors bevinden zich afferente arteriolen. ( invloed van filtratiedruk,
zie blz 2 )
Een nefron bestaat uit :
- glomerulus waar een kapsel van Bouwman om heen zit
- lis van Henle
- proximale tubulus
- distale tubulus
, - verzamelbuisje
de lis van Henle bestaat uit :
- proximale tubulus
- distale tubulus
op de plaatjes zie je dat er veel bochten in een lis van Henle zitten, dit is zo zodat
het lichaam langer de tijd heeft om te filtreren.
Om de glomerulus zit het kapsel van Bowman.
De voorurine komt in de lis van Henle > hier wordt natrium en chloride en water
teruggeresorbeerd.
Nierlichaampje =lichaam van Malphigi
Medicijnen en gifstoffen worden in de distale tubulus opgenomen > actieve
afgifte.
Urineproductie
- doel handhaving homeostase door : regulatie volume bloed, regulatie
samenstelling van het bloed
- uitscheiding opgeloste stoffen : ureum, creatinine, urinezuur
- processen : filtratie, actieve afgifte
Filtratie :
- in het nierlichaampje
- filtreert water, opgeloste stoffen, NIET : bloedcellen en eiwitten
- resultaat is voorurine
filtratiedruk = de netto kracht die filtratie bevordert
Glomerulaire filtratiesnelheid (GFS) = hoeveelheid voorurine die per minuut
door de nieren wordt gevormd > gemiddeld GFS : 125 ml/minuut = 180 l/dag
( dit is enorm veel het is dan ook logisch dat er in de lis van Henle veel water
wordt teruggeresorbeerd ).
Ultrafiltratie van bloed > door de urinewegen
- 180 liter voorurine per dag
- dit gebeurd aselectief
99 % terugresorptie van nog bruikbare stoffen van urinewegen > terug naar het
bloed
- 1,5 – 2 liter urine per dag
- onder invloed van hormonen : selectief ( ADH bijvoorbeeld )
Terugresorptie vind plaats in :
- proximale tubulus
- distale tubulus
- lis van Henle
- verzamelbuis
molecule die terug worden geresorbeerd :
- aminozuren
- glucose
- Natrium en Kalium