Algemene aanwijzingen m.b.t. de beantwoording
• Beantwoord de vragen in volledige zinnen.
• Lees bij elke casus eerst alle deelvragen door voor je begint met de beantwoording.
• Motiveer bij elke vraag je antwoord aan de hand van de toepasselijke wetsartikelen +
artikelleden en/of jurisprudentie en de daarin genoemde criteria. Voor een antwoord
worden minder punten toegekend, als je de toepasselijke wetsartikelen/artikelleden en/of
jurisprudentie niet (juist) vermeldt. Indien het nodig is om je antwoord met behulp van een
verplicht voorgeschreven uitspraak te motiveren, dan wordt dit expliciet in de vraag vermeld.
• Vermeld wetsartikelen op correcte wijze en zo volledig mogelijk.
• Een enkel ‘ja’ of ‘nee’ is niet een gemotiveerd antwoord. Het enkel vermelden van een
wetsartikel is een onvoldoende gemotiveerd antwoord. Het is belangrijk dat je alle ‘stappen’
in je antwoord verwerkt. Tevens dien je het antwoord af te sluiten met een conclusie.
• Schrijf de inhoud van artikelen niet letterlijk over, maar maak duidelijk waarom het artikel
van toepassing is en wat het in dit geval betekent.
• Dit tentamen bestaat uit een combinatie van 4 casus/open vragen, in totaal 9 (deel)vragen.
Per casus en per deelvraag is aangegeven hoeveel punten maximaal worden toegekend.
, Casus 1: Feestwinkel De Vrolijke Feestneus (de prestatie en/of
rechtshandeling?)
Feestwinkel De Vrolijke Feestneus heeft op 1 september 2021 een advertentie geplaatst op haar
website met de volgende tekst:
"Profiteer van onze speciale aanbieding voor Halloween! Bestel vóór 15 september 2021 en ontvang
20% korting op alle Halloweenkostuums. Gebruik de kortingscode 'SPOOKY20' bij het afrekenen.
Wees er snel bij, want op = op!"
Anita de Vries, een klant van De Vrolijke Feestneus, bezoekt de website op 14 september 2021 en
plaatst een Halloweenkostuum in haar winkelwagentje. Bij het afrekenen voert ze de kortingscode
'SPOOKY20' in en merkt dat de korting niet wordt toegepast. Ze besluit de bestelling toch te plaatsen
zonder de korting.
Op 16 september 2021 stuurt Anita een e-mail naar De Vrolijke Feestneus en vraagt waarom de
korting niet is toegepast op haar bestelling. Ze ontvangt op 17 september 2021 een reactie van de
klantenservice van De Vrolijke Feestneus waarin staat dat de korting alleen geldig was tot 15
september 2021 en dat ze de bestelling niet kan aanpassen.
Vraag 1A (8 punten) Is er op 14 september 2021 tussen Anita de Vries en Feestwinkel De Vrolijke
Feestneus een koopovereenkomst tot stand gekomen voor het Halloweenkostuum? Motiveer je
antwoord en besteed hierbij aandacht aan de toepasselijkheid van de kortingscode en het moment
van aanvaarding.
Vraag 1B (8 punten) Kan Anita de Vries op 15 september 2021, nadat ze de kortingscode 'SPOOKY20'
heeft ingevoerd maar de korting niet wordt toegepast, haar bestelling nog intrekken? Onderbouw je
antwoord met juridische argumenten en overwegingen met betrekking tot het intrekken van een
aanbod.
Vraag 1c (10 punten) Is er in deze casus sprake van een geldige rechtshandeling? Kunnen we stellen
dat het sluiten wil en de verklaring op elkaar aansluiten? Motiveer je antwoord en betrek hierbij de
wettelijke bepalingen en principes die relevant zijn voor de totstandkoming van rechtshandelingen.
• Beantwoord de vragen in volledige zinnen.
• Lees bij elke casus eerst alle deelvragen door voor je begint met de beantwoording.
• Motiveer bij elke vraag je antwoord aan de hand van de toepasselijke wetsartikelen +
artikelleden en/of jurisprudentie en de daarin genoemde criteria. Voor een antwoord
worden minder punten toegekend, als je de toepasselijke wetsartikelen/artikelleden en/of
jurisprudentie niet (juist) vermeldt. Indien het nodig is om je antwoord met behulp van een
verplicht voorgeschreven uitspraak te motiveren, dan wordt dit expliciet in de vraag vermeld.
• Vermeld wetsartikelen op correcte wijze en zo volledig mogelijk.
• Een enkel ‘ja’ of ‘nee’ is niet een gemotiveerd antwoord. Het enkel vermelden van een
wetsartikel is een onvoldoende gemotiveerd antwoord. Het is belangrijk dat je alle ‘stappen’
in je antwoord verwerkt. Tevens dien je het antwoord af te sluiten met een conclusie.
• Schrijf de inhoud van artikelen niet letterlijk over, maar maak duidelijk waarom het artikel
van toepassing is en wat het in dit geval betekent.
• Dit tentamen bestaat uit een combinatie van 4 casus/open vragen, in totaal 9 (deel)vragen.
Per casus en per deelvraag is aangegeven hoeveel punten maximaal worden toegekend.
, Casus 1: Feestwinkel De Vrolijke Feestneus (de prestatie en/of
rechtshandeling?)
Feestwinkel De Vrolijke Feestneus heeft op 1 september 2021 een advertentie geplaatst op haar
website met de volgende tekst:
"Profiteer van onze speciale aanbieding voor Halloween! Bestel vóór 15 september 2021 en ontvang
20% korting op alle Halloweenkostuums. Gebruik de kortingscode 'SPOOKY20' bij het afrekenen.
Wees er snel bij, want op = op!"
Anita de Vries, een klant van De Vrolijke Feestneus, bezoekt de website op 14 september 2021 en
plaatst een Halloweenkostuum in haar winkelwagentje. Bij het afrekenen voert ze de kortingscode
'SPOOKY20' in en merkt dat de korting niet wordt toegepast. Ze besluit de bestelling toch te plaatsen
zonder de korting.
Op 16 september 2021 stuurt Anita een e-mail naar De Vrolijke Feestneus en vraagt waarom de
korting niet is toegepast op haar bestelling. Ze ontvangt op 17 september 2021 een reactie van de
klantenservice van De Vrolijke Feestneus waarin staat dat de korting alleen geldig was tot 15
september 2021 en dat ze de bestelling niet kan aanpassen.
Vraag 1A (8 punten) Is er op 14 september 2021 tussen Anita de Vries en Feestwinkel De Vrolijke
Feestneus een koopovereenkomst tot stand gekomen voor het Halloweenkostuum? Motiveer je
antwoord en besteed hierbij aandacht aan de toepasselijkheid van de kortingscode en het moment
van aanvaarding.
Vraag 1B (8 punten) Kan Anita de Vries op 15 september 2021, nadat ze de kortingscode 'SPOOKY20'
heeft ingevoerd maar de korting niet wordt toegepast, haar bestelling nog intrekken? Onderbouw je
antwoord met juridische argumenten en overwegingen met betrekking tot het intrekken van een
aanbod.
Vraag 1c (10 punten) Is er in deze casus sprake van een geldige rechtshandeling? Kunnen we stellen
dat het sluiten wil en de verklaring op elkaar aansluiten? Motiveer je antwoord en betrek hierbij de
wettelijke bepalingen en principes die relevant zijn voor de totstandkoming van rechtshandelingen.
