Bouwproces: Deontologie Koen Van de vreken, 2 MA AR
1. Historiek ___________________________________________________________________ 2
2. Verloop van het bouwproces __________________________________________________ 5
2.1. De actoren
2.1.1. De opdrachtgever
2.1.2. De architect
2.1.3. De aannemer
2.1.4. De project-manager
2.1.5. De technische adviseurs
2.1.6. De externe partijen
2.1.7. De controlerende partijen
2.2. De fasen
2.3. Positie van de architect
2.4. Aansprakelijkheid
3. Wetten ___________________________________________________________________ 11
3.1. Wet op de bescherming van de titel & van het beroep van architect
3.2. Wet tot instelling van een Orde van Architecten
3.2.1. H1: Benaming, opdracht & samenstelling van de Orde
3.2.2. H2: De organen van de orde
3.2.2.1. De raden van de Orde
3.2.2.1.1. Samenstelling
3.2.2.1.2. Bevoegdheden
3.2.2.1.3. Rechtspleging & beroep
3.2.2.2. De raden van beroep
3.2.2.2.1. Samenstelling
3.2.2.2.2. Bevoegdheden
3.2.2.2.3. Rechtspleging & beroep
3.2.2.3. De nationale raad van de Orde
3.2.2.3.1. Samenstelling
3.2.2.3.2. Bevoegdheden
3.2.2.3.3. Rechtspleging & beroep
3.2.3. H4: Stage
3.3. Wet betreffende de verplichte verzekering van de 10jarige burgerlijke aansprakelijkheid in
de bouwsector
3.3.1. Voorafgaand uit burgerlijk wetboek
3.3.2. H2: Toepassingsgebied
3.3.3. H3: Verplichting tot verzekering
3.3.4. H4: Tariferingsbureau
3.3.5. H5: Bewijs
3.3.6. H7: Inbreuken begaan door de aannemer en de andere dienstverlener i/d bouwsector
3.3.7. H8/1: Register
3.4. Wet betreffende de verplichte verzekering van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid in
de bouwsector
3.5. Reglement van beroepsplichten
,1. Historiek
Deontologie = de plichtenleer, dat waar je je aan moet houden
Architect = hij die het diploma heeft gehaald
= hij die het beroep uitoefent
Om het beroep v architect uit te oefenen inschrijven bij de Orde dan heb je
deontologische plicht!
o Zij die het beroep nt uitoefenen zijn hier niet aan onderhevig
o Deontologie is officieel & vastgelegd in juridisch kader
Het statuut v architect: altijd architect nodig om omgevingsvergunning aan te vragen
o 1 vd weinige landen waar architect verplicht is bij bouwen
3 basisprincipes van goede architectuur
o utilitas – venustas – firmitas
o utilitas – venustas: architect
o utilitas – firmitas: ir. architect
Middeleeuwen
o Gilden = vakverenigingen
Hielden kennis & kunde bij zich (er waren gn opleidingen)
Verplicht om met de gilde te werken
Gn onderhandeling mogelijk (prijs, einddatum, …) dr afwezigheid v
concurrentie
o Vb: gilde v metselaars: wisten oa hoe overspanning te maken
o Napoleon didn’t like schafte gildes af
Vrijheid in keuze v aannemers
Mr nog gn verschil tss uitvoerder & ontwerper
vb: Bourla was bouwmeester: aannemer & architect
e
Midden 19 eeuw
o 2 parallelle opleidingen ivm bouwen
A - Bouwkunde
Techn universiteiten wetensch ir. des Ponts & Chaussées
B - Bouwkunst
Académies des Beaux-Arts artistiek architecte
1900
o Start gebruik staal : trekspanning mogelijk kennis nodig!
Techn prob: besef dat uitvoeren & ontwerpen samen nt meer kan
Bouwmeesters nemen initiatief vr architectenwet
1939
o Dr WOI lag dit initiatief stil toch vlak vr WOII erdoor gekomen NOG DEZELFDE
o Wet van 20 feb 1939 op de bescherming van de titel en het beroep van architect
o 5 beweegredenen
Veiligheid der bewoners
je moet iets kunnen berekenen (constructie & duurzaamheid)
Hygiëne van de (be)woning
toen nog gn sanitair in woningen, nu hoort hier ook verwarming &
comfort bij bouwfysica
Bezorgdheid v/d esthetiek der woningen
Toen nog gn vergunningen nodig
o In steden: plannen voorleggen aan stadsarchitect
, o Vaak werden meerdere huizen tegelijk gebouwd
Behoud van het artistiek patrimonium
Mensen nodig die beseffen wat bouwkundig erfgoed waard is & het
kunnen herkennen
Verdediging kapitaal v/d OG
Woning = levenskapitaal dus ook iets duurzaam bouwen
o Om dat doel te bereiken heeft de wetgever:
Architectuuronderwijs aangepast
Programma v vakken w opgesteld waar men zich aan moest houden
o Iedereen dezelfde opleiding over hele land
Diploma v architect ingesteld
Bij volgen vd opleiding krijg je diploma
Titel van architect beschermd
Titel komt bij diploma: gn opleiding = gn diploma = gn titel
Verplichting ‘onder architectuur’ te bouwen
‘Reservatie/wettelijk monopolie v bouwen is voor zij die het diploma
v architect hebben’
Verbod om architect én aannemer te zijn
19e eeuw (pre WO II)
o 2 onderwijslijnen voor oprichten van gebouwen
A - Universiteit – wetensch & onderzoeksmatig (nog gn specialiteiten)
Faculteit Toegepaste Wetenschappen
Diploma: burgerlijk ingenieur
B - Academie – 1 op 1 onderwijs (meester met leerling)
Afdeling Bouwkunst, later Architectuur
Diploma: architect
deel bouwkunde ook bij architecten gekomen
Na WOII
o Bouwen w complexer & industriëler
Aandacht vr stedenbouw
Opkomst bouwfysica
Nieuwe materialen
Vroeger: baksteen, mortel, hout & glas
Dan ook: beton, aluminium, kunststoffen, …
o Behoefte aan archi’s die beter waren opgeleid dan zij van de academie
o A – faculteit Toegepaste wetenschappen: nieuwe richting: IR ARCH
Doel: ontwerpen v ‘grote’ gebouwen + onderzoek in vakgroepen
(bouwfysica, stedenbouw, monumentenzorg)
o B – Arch opleiding uit academie, ontstaan Hoger Instituut
Fysiek vaak wel op zelfde plek (vb Mutsaard)
Opl architect is nt meer uitsluitend kunstopleiding
1976
o Nieuw sys: arch & ir arch 1 programma (HOLT – Hoger Onderwijs Lange Type)
Artistieker dan ingenieur-bouwkunde
Wetenschappelijker dan architect-kunstenaar
Nieuw studieprogramma opgesteld dr Hoge raad
Vb: toevoegen van bouwfysica
+ inspecties kunnen gn vakken weglaten
Jaren ‘80
o Staatshervorming: onderwijs van federaal naar gewestelijk gn inspectie meer
o + terug splitsing arch & ir arch
1. Historiek ___________________________________________________________________ 2
2. Verloop van het bouwproces __________________________________________________ 5
2.1. De actoren
2.1.1. De opdrachtgever
2.1.2. De architect
2.1.3. De aannemer
2.1.4. De project-manager
2.1.5. De technische adviseurs
2.1.6. De externe partijen
2.1.7. De controlerende partijen
2.2. De fasen
2.3. Positie van de architect
2.4. Aansprakelijkheid
3. Wetten ___________________________________________________________________ 11
3.1. Wet op de bescherming van de titel & van het beroep van architect
3.2. Wet tot instelling van een Orde van Architecten
3.2.1. H1: Benaming, opdracht & samenstelling van de Orde
3.2.2. H2: De organen van de orde
3.2.2.1. De raden van de Orde
3.2.2.1.1. Samenstelling
3.2.2.1.2. Bevoegdheden
3.2.2.1.3. Rechtspleging & beroep
3.2.2.2. De raden van beroep
3.2.2.2.1. Samenstelling
3.2.2.2.2. Bevoegdheden
3.2.2.2.3. Rechtspleging & beroep
3.2.2.3. De nationale raad van de Orde
3.2.2.3.1. Samenstelling
3.2.2.3.2. Bevoegdheden
3.2.2.3.3. Rechtspleging & beroep
3.2.3. H4: Stage
3.3. Wet betreffende de verplichte verzekering van de 10jarige burgerlijke aansprakelijkheid in
de bouwsector
3.3.1. Voorafgaand uit burgerlijk wetboek
3.3.2. H2: Toepassingsgebied
3.3.3. H3: Verplichting tot verzekering
3.3.4. H4: Tariferingsbureau
3.3.5. H5: Bewijs
3.3.6. H7: Inbreuken begaan door de aannemer en de andere dienstverlener i/d bouwsector
3.3.7. H8/1: Register
3.4. Wet betreffende de verplichte verzekering van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid in
de bouwsector
3.5. Reglement van beroepsplichten
,1. Historiek
Deontologie = de plichtenleer, dat waar je je aan moet houden
Architect = hij die het diploma heeft gehaald
= hij die het beroep uitoefent
Om het beroep v architect uit te oefenen inschrijven bij de Orde dan heb je
deontologische plicht!
o Zij die het beroep nt uitoefenen zijn hier niet aan onderhevig
o Deontologie is officieel & vastgelegd in juridisch kader
Het statuut v architect: altijd architect nodig om omgevingsvergunning aan te vragen
o 1 vd weinige landen waar architect verplicht is bij bouwen
3 basisprincipes van goede architectuur
o utilitas – venustas – firmitas
o utilitas – venustas: architect
o utilitas – firmitas: ir. architect
Middeleeuwen
o Gilden = vakverenigingen
Hielden kennis & kunde bij zich (er waren gn opleidingen)
Verplicht om met de gilde te werken
Gn onderhandeling mogelijk (prijs, einddatum, …) dr afwezigheid v
concurrentie
o Vb: gilde v metselaars: wisten oa hoe overspanning te maken
o Napoleon didn’t like schafte gildes af
Vrijheid in keuze v aannemers
Mr nog gn verschil tss uitvoerder & ontwerper
vb: Bourla was bouwmeester: aannemer & architect
e
Midden 19 eeuw
o 2 parallelle opleidingen ivm bouwen
A - Bouwkunde
Techn universiteiten wetensch ir. des Ponts & Chaussées
B - Bouwkunst
Académies des Beaux-Arts artistiek architecte
1900
o Start gebruik staal : trekspanning mogelijk kennis nodig!
Techn prob: besef dat uitvoeren & ontwerpen samen nt meer kan
Bouwmeesters nemen initiatief vr architectenwet
1939
o Dr WOI lag dit initiatief stil toch vlak vr WOII erdoor gekomen NOG DEZELFDE
o Wet van 20 feb 1939 op de bescherming van de titel en het beroep van architect
o 5 beweegredenen
Veiligheid der bewoners
je moet iets kunnen berekenen (constructie & duurzaamheid)
Hygiëne van de (be)woning
toen nog gn sanitair in woningen, nu hoort hier ook verwarming &
comfort bij bouwfysica
Bezorgdheid v/d esthetiek der woningen
Toen nog gn vergunningen nodig
o In steden: plannen voorleggen aan stadsarchitect
, o Vaak werden meerdere huizen tegelijk gebouwd
Behoud van het artistiek patrimonium
Mensen nodig die beseffen wat bouwkundig erfgoed waard is & het
kunnen herkennen
Verdediging kapitaal v/d OG
Woning = levenskapitaal dus ook iets duurzaam bouwen
o Om dat doel te bereiken heeft de wetgever:
Architectuuronderwijs aangepast
Programma v vakken w opgesteld waar men zich aan moest houden
o Iedereen dezelfde opleiding over hele land
Diploma v architect ingesteld
Bij volgen vd opleiding krijg je diploma
Titel van architect beschermd
Titel komt bij diploma: gn opleiding = gn diploma = gn titel
Verplichting ‘onder architectuur’ te bouwen
‘Reservatie/wettelijk monopolie v bouwen is voor zij die het diploma
v architect hebben’
Verbod om architect én aannemer te zijn
19e eeuw (pre WO II)
o 2 onderwijslijnen voor oprichten van gebouwen
A - Universiteit – wetensch & onderzoeksmatig (nog gn specialiteiten)
Faculteit Toegepaste Wetenschappen
Diploma: burgerlijk ingenieur
B - Academie – 1 op 1 onderwijs (meester met leerling)
Afdeling Bouwkunst, later Architectuur
Diploma: architect
deel bouwkunde ook bij architecten gekomen
Na WOII
o Bouwen w complexer & industriëler
Aandacht vr stedenbouw
Opkomst bouwfysica
Nieuwe materialen
Vroeger: baksteen, mortel, hout & glas
Dan ook: beton, aluminium, kunststoffen, …
o Behoefte aan archi’s die beter waren opgeleid dan zij van de academie
o A – faculteit Toegepaste wetenschappen: nieuwe richting: IR ARCH
Doel: ontwerpen v ‘grote’ gebouwen + onderzoek in vakgroepen
(bouwfysica, stedenbouw, monumentenzorg)
o B – Arch opleiding uit academie, ontstaan Hoger Instituut
Fysiek vaak wel op zelfde plek (vb Mutsaard)
Opl architect is nt meer uitsluitend kunstopleiding
1976
o Nieuw sys: arch & ir arch 1 programma (HOLT – Hoger Onderwijs Lange Type)
Artistieker dan ingenieur-bouwkunde
Wetenschappelijker dan architect-kunstenaar
Nieuw studieprogramma opgesteld dr Hoge raad
Vb: toevoegen van bouwfysica
+ inspecties kunnen gn vakken weglaten
Jaren ‘80
o Staatshervorming: onderwijs van federaal naar gewestelijk gn inspectie meer
o + terug splitsing arch & ir arch