100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Ethologie Diergeneeskunde

Rating
-
Sold
1
Pages
77
Uploaded on
10-12-2022
Written in
2022/2023

Samenvatting Ethologie Diergeneeskunde

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 10, 2022
Number of pages
77
Written in
2022/2023
Type
Summary

Subjects

Content preview

lOMoARcPSD|11911780




Diergeneeskunde Evolutie en
onnatuurlijke selectie
On the origin of species
Charles Darwin: evolutie draait rond variatie, erfelijkheid en selectie
Ontstaan nieuwe soorten:
➢ Mutaties: onderliggende variaties in bestaande populatie
(genetische diversiteit)
➢ Mutaties bevoordeeld door bepaalde omgevingsfactoren (survival of
the fittest en sexual selection)
➢ Door scheiding in tijd, voedingspatroon en ruimte ontsaan aparte
diersoorten of species
Mutaties
Worden vaak beschouwd als monsters. Mutatie kan voordelig, nadelig of
niet nadelig zijn. Otters en marterachtige hebben korte poten, korte poten
bij honden en katten kunnen als onnatuurlijk aanschouwd worden maar
zijn toch natuurlijke mutaties. De meeste mutaties zijn functioneel.
Survival of the fittest
Succesvolste dier is het dier dat de meeste nakomelingen kan produceren
door:
➢ Niche in voedselvoorziening te bezetten
➢ Snel te lopen om een prooi te vangen
➢ Strepenpatroon dat vliegen en predatoren afschrikt
➢ Fluwelen vacht en graafpoten om ondergronds te leven
Seksuele selectie
Vrouwtjes selecteren mannetje op uiterlijke kenmerken (ornamenten)
Vrouwtjes paren met het dominante mannetje na competitie
Eilandeffect
➢ Kleine dieren worden groter (insular gigantism): meer voedsel en
schuilplaatsen
➢ Grote dieren worden kleiner (insular dwarfism): minder voedsel en
blootgesteld aan ruig klimaat
➢ Vb. dwergolifant (sommige zo groot als shetland), mythe van
cycloop
➢ Vogels worden groter en niet-vliegend: hoeven niet te vliegen indien
er geen predatoren zijn
➢ Door inteelt kunnen kenmerken zich rapper uitbreiden (vb. staartloze
manxkat)

Over soorten en rassen
Naamgeving en definitie
Binominale nomenclatuur: geslachtsnaam en soortnaam
Trinominale nomenclatuur: geslachtsnaam, soortnaam en ondersoort. Vaak
gebruikt voor onderscheid wild/tam
Wat is een soort?
= gebaseerd op voortplantingsvermogen
➢ Spontaan onderling voortplanten

, lOMoARcPSD|11911780




➢ Vruchtbare nakomelingen
➢ Morfologische en genetische overeenkomsten ( =
aantal chromosomen wil niet duiden op zelfde soort)
Wat is een ondersoort?
➢ Spontaan kunnen voortplanten maar leven vaak in andere niches
➢ Vruchtbare nakomelingen
➢ Morfologische/genetische verschillen
Wat is een ras?
= dieren van eenzelfde soort die door selectief fokken op elkaar zijn gaan
lijken en deze kenmerken op een uniforme manier doorgeven aan hun
nakomelingen
Barrières bij ontstaan van soorten
Prezygotische barrières: voorkomen de vorming van een zygote
➢ Habitatisolatie
➢ Temporele isolatie (ander paarseizoen)
➢ Gedragsisolatie (elkaar niet herkennen (vb. andere lokroep))
➢ Mechanische isolatie (geslachtsorganen passen niet)
➢ Gameetisolatie (gameten kunnen niet versmelten)
Postzygotische barrières: voorkomen de vorming van fertiele (vruchtbare)
nakomelingen
➢ Niet-leefbare hybriden
➢ Steriele hybriden
➢ Hybride breakdown: F 1-generatie is fertiel, F2-generatie is
infertiel Regel van Haldane
= bij vorming van F1-hybride is het heterogametische geslacht
onleefbaar of infertiel
Steriel omdat aantal chromosomen van beide ouders verschilt
Hybriden
= kruising of bastaard = het resultaat van seksuele voortplanting
van twee verschillende types planten of dieren
Natuurlijke hybriden (bestaan tussen verwante soorten)
➢ Coywolf (coyote en wolf)
➢ Grolar beer (grizzly en ijsbeer)
➢ Belwal (beluga en walvis)
Artificiële hybriden (worden gefokt door mensen)
➢ Muildier (paardenmerrie en ezelhengst)
➢ Lijger
➢ Wild-tamme combinatie (gedomesticeerde soorten en hun wilde
voorouders)
➢ Tam-tamme combinatie (verschillende rassen of bloedlijnen gekruist)

Onnatuurlijke selectie
Focust zich op het kenmerkt dat door de mens geselecteerd wordt

Recessieve en complexe kenmerken
Leverkleurige hond fokken uiteen populatie die zwart was (leverkleur was
recessief aanwezig)
Moeilijker om te selcteren op bv. het vermogen om te aporteren

, lOMoARcPSD|11911780




➢ Complex kenmerk
➢ Wordt beïnvloed door verschillende genen
Nieuwe gewenste kenmerken vaak aanwezig bij verwante dieren
Inteelt
= het paren van verwante
individuen Nadeel
➢ Geknikte staart
➢ Genetische diversiteit
Voordeel
➢ Ontstaan tamme goudhamster

, lOMoARcPSD|11911780




Domesticatie van de huisdieren
Wat is domesticatie
= het proces waarmee de mens wilde dieren tam maakt en zodanig
van eigenschappen verandert dat deze dieren steeds meer aangepast
raken aan het leven dicht bij en in dienst van de mens
5 fasen van wild naar gedomesticeerd
➢ Wilde dieren: natuurlijke selectie en overleven in het wild
(kunnen sterven in gevangenschap)
➢ Wilde dieren in gevangenschap (verzorgd door mensen en
worden geselecteerd op geschiktheid voor gevangenschap)
➢ Gedomesticeerde dieren: hebben artificiële selectie ondergaan
➢ Hybriden tussen wilde en gedomesticeerde dieren
➢ Verwilderde dieren: ontsnapte tamme dieren die terugkeren naar
wilde toestand
Temmen van wilde dieren
➢ = niet meer bang zijn van de mens
➢ Selectie op tam gedrag
> Verminderd optreden van stress en angst in gevangenschap
> Lagere stresshormoongehalten
Selectief fokken van in gevangenschap gehouden wilde dieren
Bij wilde diersoorten is de partnerkeuze gebaseerd op seksuele selectie, bij
gedomesticeerde diersoorten gebeurt de partnerkeuze door de mens die
selecteert op tamme dieren met gewenste kenmerken
Vereisten voor succesvolle domesticatie
➢ Planten zich makkelijk voort in gevangenschap (geen panda)
➢ Vertonen handelbaar gedrag binnen omheining (geen antilope)
➢ Sociale en vriendelijke dieren (geen neushoorn)
➢ Eten voedsel die de mens kan voorzien (geen miereneter)
➢ Groeien snel op (geen olifant)
➢ Vertonen korte intervallen tussen dracht (geen olifant)
Gezelschapsdieren hebben bijkomende vereisten
➢ Ze zijn aaibaar
➢ Vertonen gewenst gedrag (eventueel na training)
➢ Bepaalde afhankelijkheid tegenover mensen
➢ Kunnen menselijke emoties aanvoelen -> interactie tussen mens
en dier
DOMESTICEREN ≠ TEMMEN

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
noortjemiedema Universiteit Gent
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
13
Member since
3 year
Number of followers
9
Documents
9
Last sold
6 months ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions