IC week 4 ‘Ontsluitingsfase’
Wanneer moet je bellen als je denkt dat het is begonnen:
- Als er regelmatige sterke weeën zijn, die minstens een uur lang om de 5 minuten komen en ongeveer een minuut
aanhouden.
- Als je weeën hebt die elke 4 a 5 minuten komen en 1 minuut aanhouden en pijnlijk zijn
- Als je regelmatige weeën om de 3-4 minuten hebt gedurende een uur
- Bij een multipara kunnen er andere afspraken worden gemaakt
Hoe weet je of de bevalling begonnen is?
- Regelmatige weeën
- Vruchtwater verlies (10% begint hiermee)
- Portioverandering
- Slijmprop/tekenen/bloedverlies
Highlights uit de WHO recommendations:
- Latente fase tot 5 cm, actieve fase vanaf 5 cm
- Geen maximum aan aantal uren in latente fase
- Actieve fase 10-12 uur gemiddeld (primi en multi)
- Acceleratie in ontsluiting vaak na 5 cm
- 1 cm per uur in actieve fase NIET NOODZAKELIJK
Wanneer VT in eerste tijdperk geïndiceerd:
- Start baring vaststellen (uitgangstoucher)
- 4 uur na voorgaand VT om progressie te beoordelen
- Bij vermoeden persdrang om 2e tijdperk te bevestigen
- Voorafgaand aan interventie (bijv pijnstilling)
Risico gebroken vliezen:
- Infectiegevaar
1
Week 4: ‘Baring 1’
, - Ongelijkmatige druk cervix
- Kans op navelstrengcompressie/navelstrengprolaps
- Heftigere weeën (maar vaak ook snellere ontsluiting)
- Druk op caput
Niet vliezen breken: minder micro-organismen uit vaginale flora?
AROM:
- Voor 3cm: lijkt groter risico op medische interventies als sectio en bijstimulatie
- Na 3cm: iets sneller verloop, geen negatieve neonatale uitkomsten
- AROM interventie bij niet vorderende ontsluiting sneller verloop
Interventies in de eerste lijn ter bevordering van de ontsluiting:
- Andere houding
- Massage
- Voorlichting
- Support
- Douche
- Bad
- AROM
- Volle blaas? plassen of indien niet mogelijk katheteriseren
- Energie aanvullen
Hodge 1 = vlak van de bekkeningang
Hodge 2 = loopt door onderrand symfyse
Hodge 3 = spinae ischiadica
Hodge 4 = os coxcyggis
Ascynclitisme posterior:
- Pijlnaad voor bekkenas
- Achterste wandbeen dieper dan voorste
- Rond hodge 1
Synclitisme = rond hodge 2
Ascynclitisme anterior:
- Pijlnaad achter bekkenas
- Voorste wandbeen dieper dan achterste
- Rond hodge 3
Spildraaifactoren:
- Maternaal
Vorm en omvang benig baringskanaal
Weerstand weke baringskanaal
Weeënkracht
- Foetaal
Vorm en omvang van schedel
2
Week 4: ‘Baring 1’
Wanneer moet je bellen als je denkt dat het is begonnen:
- Als er regelmatige sterke weeën zijn, die minstens een uur lang om de 5 minuten komen en ongeveer een minuut
aanhouden.
- Als je weeën hebt die elke 4 a 5 minuten komen en 1 minuut aanhouden en pijnlijk zijn
- Als je regelmatige weeën om de 3-4 minuten hebt gedurende een uur
- Bij een multipara kunnen er andere afspraken worden gemaakt
Hoe weet je of de bevalling begonnen is?
- Regelmatige weeën
- Vruchtwater verlies (10% begint hiermee)
- Portioverandering
- Slijmprop/tekenen/bloedverlies
Highlights uit de WHO recommendations:
- Latente fase tot 5 cm, actieve fase vanaf 5 cm
- Geen maximum aan aantal uren in latente fase
- Actieve fase 10-12 uur gemiddeld (primi en multi)
- Acceleratie in ontsluiting vaak na 5 cm
- 1 cm per uur in actieve fase NIET NOODZAKELIJK
Wanneer VT in eerste tijdperk geïndiceerd:
- Start baring vaststellen (uitgangstoucher)
- 4 uur na voorgaand VT om progressie te beoordelen
- Bij vermoeden persdrang om 2e tijdperk te bevestigen
- Voorafgaand aan interventie (bijv pijnstilling)
Risico gebroken vliezen:
- Infectiegevaar
1
Week 4: ‘Baring 1’
, - Ongelijkmatige druk cervix
- Kans op navelstrengcompressie/navelstrengprolaps
- Heftigere weeën (maar vaak ook snellere ontsluiting)
- Druk op caput
Niet vliezen breken: minder micro-organismen uit vaginale flora?
AROM:
- Voor 3cm: lijkt groter risico op medische interventies als sectio en bijstimulatie
- Na 3cm: iets sneller verloop, geen negatieve neonatale uitkomsten
- AROM interventie bij niet vorderende ontsluiting sneller verloop
Interventies in de eerste lijn ter bevordering van de ontsluiting:
- Andere houding
- Massage
- Voorlichting
- Support
- Douche
- Bad
- AROM
- Volle blaas? plassen of indien niet mogelijk katheteriseren
- Energie aanvullen
Hodge 1 = vlak van de bekkeningang
Hodge 2 = loopt door onderrand symfyse
Hodge 3 = spinae ischiadica
Hodge 4 = os coxcyggis
Ascynclitisme posterior:
- Pijlnaad voor bekkenas
- Achterste wandbeen dieper dan voorste
- Rond hodge 1
Synclitisme = rond hodge 2
Ascynclitisme anterior:
- Pijlnaad achter bekkenas
- Voorste wandbeen dieper dan achterste
- Rond hodge 3
Spildraaifactoren:
- Maternaal
Vorm en omvang benig baringskanaal
Weerstand weke baringskanaal
Weeënkracht
- Foetaal
Vorm en omvang van schedel
2
Week 4: ‘Baring 1’