WC1 Hoofdcasus CBL: Microtropie & ARC..............................................................................................2
WC2 - Microtropie met identiteit & anisometropie amblyopie............................................................11
WC3 NRL & ARL....................................................................................................................................17
WC4 Vormen van amblyopiebehandeling............................................................................................21
WC5 DTOrthoptie & Bangerter foils & inverse occlusie........................................................................32
WC6 - Bril voorschrijven & NRC/ARC....................................................................................................40
WC7 - Casuistiek DTOrthoptie & microtropie.......................................................................................50
, WC1 Hoofdcasus CBL: Microtropie & ARC
1a. Teken de oogstand met een kleine scheelzienshoek zoals in bovenstaand filmpje maar
nu voor een kleine esotropie OD. Vergeet niet het centrale suppressiescotoom te tekenen
rond A.
FOS AOD FOD AOD FODS
Groen = suppressie gebied
b. Teken onderstaande testen hierin en geef aan wat de uitkomst zal zijn. Voor de
uitkomsten bij een ARC kun je ook de test opzoeken in Gutter et al. (2009) of Ansons &
Davis (2014). - 15^PT - 4^PT - FDT – Maddoxglaasje
FOS AOD FOD AOD FODS
^FDT veraf
2
, FDT nabij:
FOS AOD FOD AOD FODS
3
, FOS AOD FOD FOD FOSAOD
15pt: test is positief: Bij microtropie is er nog wel grove fusie dus aan beide ogen zal er een
instelbeweging plaats vinden
FOS AOD FOD AOD FODS
4pt: voor OS: geconjugeerde beweging niet gevolgd door fusiebeweging: er is een
centraal suppressiescotoom aanwezig. Voor OD: geen beweging: er is een centraal
suppressiescotoom aanwezig. Lichtreflexen zijn assymmetrisch
4
, FOS AOD FOD AOD FODS
Maddoxglaasje: Veel patiënten met ARC geven suppressie aan. Als er duidelijk verschil is
tussen de beide scheelzienshoeken dan kun je spreken van binoculair zien met abnormale
retinacorrespondentie.
5
, 2a. Wat wordt bedoeld met Normale Retina Correspondentie (NRC)?
- Bij normale retinacorrespondentie hebben beide foveae dezelfde lokalisatierichting.
Nasale retinaelementen in het ene oog corresponderen met temporale
retinaelementen in het andere oog binnen de grenzen van Panum’s gebied.
- De objectieve hoek is gelijk aan de subjectieve hoek.
b. Wat wordt bedoeld met Normale Reciproke Lokalisatie
- Reciproke lokalisatie is het vergelijken van de lokalisatierichting van de
netvlieselementen van beide ogen.
- Wanneer de fovea van het straberende oog binnen het suppressiegebied valt is er
sprake van normale reciproke lokalisatie.
- Dit is vaak het geval bij pas ontstaan scheelzien of bij grote scheelzienshoeken. Ook
is dit meestal aanwezig in geval van intermitterend strabismus.
- Het suppressiegebied is groter dan de objectieve hoek.
c. Hoe noemen we volledige sensorische aanpassing bij een kleine scheelzienshoek?
Leg uit.
- Abnormale retina correspondentie (ARC). ARC is een binoculaire sensorische
aanpassing aan scheelzien. De lokalisatierichting van de retina in het straberende
oog veranderd zodanig dat er correspondentie bestaat tussen “normaal” niet
corresponderende netvliespunten.
o De fovea van het ene oog werkt samen met een excentrisch netvliespint in het
andere oog
d. Hoe noemen we het kleine suppressiegebiedje dat over is gebleven?
- Foveale suppressie
e. Hoe noemen we de hoek tussen de objectieve en de subjectieve hoek?
- Anomaliteitshoek: Bij abnormale retinacorrespondentie is de objectieve hoek
beduidend groter dan de subjectieve hoek. Het verschil tussen deze twee hoeken
wordt de anomaliteitshoek genoemd
f. Indien deze hoek gelijk is aan de objectieve hoek, hoe groot is dan de subjectieve
hoek? Met wat voor correspondentie hebben we dan te maken?
- Harmonische abnormale retinacorrecpondentie (HARC): De objectieve hoek is gelijk
aan de anomaliteitshoek; de subjectieve hoek is dan 0. Er bestaat een totale
sensorische aanpassing aan de scheelzienshoek.
6