o
o Polariteit: Positieve- of negatieve gradiënt die zorgt voor een toename of
afname van het magnetisch veld
o Een gradiënt zorgt ervoor dat er een constante/lineaire toename of afname is
van het magnetisch veld, waardoor het magnetisch veld varieert. Door de
gradiënt worden de protonen gedwongen om met verschillende frequenties te
gaan precederen en zullen ze defaseren en refaseren. Het nadeel is wel dat
door de veldinhomogeniteiten er een onvolledige de- en refasering
plaatsvindt. Ook is het signaal (dus SNR) dat gemeten wordt in het xy-vlak
kleiner dan bij SE.
o Effect van gradiënt is dat de protonen in fase en uit fase kunnen gaan lopen,
waardoor er een echo gecreëerd wordt. Deze echo is nodig om het signaal uit
de patiënt uit te lezen, waardoor uiteindelijk de MRI afbeelding gemaakt kan
worden.
Uitleggen hoe een gradiënt een echo oproept.
o
Uitleggen wat het verschil tussen T2 en T2* is, en welke een rol speelt bij GRE.
o T2
Gebruikt bij SE
Maakt alleen gebruik van spin-spin-interactie: Watermolecuul
zuurstof kent magnetisch veld en beïnvloedt waterstofprotonen en
waterstofprotonen beïnvloeden elkaar etc. elk waterstofproton voelt
ander magnetisch veld en dus andere frequentie waterstofprotonen
lopen uit fase; elk waterstofproton loopt in andere fase
, Afhankelijk van weefsel (water kent langer T2 dan vet)
o T2*
Gebruikt bij GRE
Sneller proces van defasering door gebruik van zowel spin-spin-
interactie als veldinhomogeniteit: Grote magnetisch veld (en
gradiënten) heeft niet overal dezelfde veldsterkte
Grote veldinhomogeniteit protonen lopen sneller uit fase
o T2-waarde > T2*-waarde
o
Benoemen welke parameters voor T1- en T2*-weging bij GRE zorgen.
o Contrastparameters
Repetitietijd (TR): Tijd tussen RF-puls en volgende RF-puls
Speelt geen rol bij GRE, want volgende RF-puls wordt direct na
echo gegeven TR afhankelijk van TE
TR te kort voor beïnvloeding van T1-contrast
Kort: Bij korte TE Geen T2* contrast
Lang: Bij lange TE Wel T2* contrast
Echotijd (TE): Tijd tussen RF-puls en echo
Lang: Veel tijd voor T2* relaxatie Wel T2* contrast
Kort: Weinig tijd voor T2* relaxatie Geen T2* contrast
Fliphoek (FA): Hoek waarmee protonen naar xy-vlak geflipt worden
Groot: Veel ‘ruimte’ voor T1 relaxatie Wel T1 contrast
Klein: Weinig ’ruimte’ voor T1 relaxatie Geen T1 contrast
o Kleine FA weinig magnetisatie in xy-richting & echo
met weinig T1-weging; mindere T1-weging
Waarden die typerend zijn voor gradiënt-echopulssequenties
Lange TR 100 ms
Korte TR < 50 ms
Lange TE 15-25 ms
Korte TE 5-10 ms
Grote fliphoek 70-110°
Kleine fliphoek 5-20°
Uitleggen hoe een T1-gewogen GRE beeld wordt verkregen.
o