NTI SPH Projectmatig werken samenvatting (behaald met een 9,4)

Bouwstenen project
1. Hoofdstappen project
2. Organisatiestructuur met rollen
3. Beheersfactoren
4. Basisdocumenten

Hoofdstappen project
1. Project beslissing
2. Project voorbereiding
3. Project uitvoering
4. Project afronding
5. Project borging

Project beslissing
= hier wordt besloten of het zinvol is om aan een project te beginnen
1. Doel
2. Resultaat
3. Afbakening
4. Nut
5. Budget
6. Begin- en einddatum
7. Belangrijkste rollen
8. Belangrijkste risico’s
- Ook wel projectopdracht

Project voorbereiding
1. Project wordt gedetailleerd beschreven
2. Projectteam wordt samengesteld
3. Taken en verantwoordelijkheden worden verdeeld
4. Planning wordt gemaakt
5. Risico’s worden nogmaals in kaart gebracht
6. Afspraken gemaakt over de werkwijze
- Ook wel plan van aanpak

Project uitvoering
1. De werkzaamheden worden uitgevoerd door het projectteam om het eindresultaat te
behalen
2. Regelmatig wordt er overlegd over de belangrijkste projectzaken
3. Er wordt gecontroleerd of het project op schema ligt en of er voldoende budget is
4. Indien nodig wordt er bijgestuurd en opnieuw gepland
5. De werkzaamheden kunnen in fasen worden uitgevoerd om stap voor stap het eindresultaat
te bereiken
6. Als alle werkzaamheden succesvol zijn afgerond kan het eindresultaat worden opgeleverd

Project afronding
- Er wordt op het project gereflecteerd ten opzichte van de projectvoorbereiding
- Het eindresultaat wordt opgeleverd aan de opdrachtgever
- Het projectteam wordt ontbonden




1

, Project borging
- Nu is het aan de opdrachtgever om het doel te bereiken

Succesfactoren voor projectborging
1. Er is een SMART doel
2. Er is betrokkenheid en eigenaarschap bij het management
3. Er is een sence of urgency (gevoel voor noodzakelijkheid
4. Er heeft een goede overdracht plaatsgevonden
5. Er is betrokkenheid vanaf de start van het project

Beheersfactoren
1. Primaire beheersfactoren
2. Secundaire beheersfactoren

Primaire beheersfactoren
= factoren waaraan het project beoordeeld kan worden of de prestatie van het project gemeten kan
worden
1. Budget
2. Afbakening
3. Kwaliteit
4. Tijd

Budget
= de goedgekeurde te besteden hoeveelheid geld dat beschikbaar is voor het project

Afbakening
= de verzameling van producten die worden opgelegd en de activiteiten die worden uitgevoerd
- Het beschrijft wat een product wel of niet doet en oplevert

Kwaliteit
= een product waarvan het resultaat voldoet aan de verwachtingen van de opdrachtgever, zodat hij
zijn gestelde doel kan behalen
- Om discussies te voorkomen moet dit aan het begin van het project SMART beschreven
worden

Tijd
= de doorlooptijd
- De tijd tussen het begin en het eind van het project

Secundaire beheersfactoren
= factoren die de primaire beheersfactoren kunnen beïnvloeden
1. Doel
2. Organisatie
3. Omgeving
4. Risico’s

Doel
= wat de opdrachtgever wilt bereiken
- Dit valt onder de secundaire beheersfactoren, omdat de opdrachtgever uiteindelijk bepaald
wat er verder met het resultaat wordt gedaan



2