100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

samenvatting gedragswetenschappen 1.2 HBO-V

Rating
-
Sold
-
Pages
44
Uploaded on
16-03-2022
Written in
2021/2022

samenvatting van alle lesstof van gedragswetenschappen van periode 2 opleiding HBO-V , Hogelschool Windesheim. leerjaar 1 van de opleiding. tentamen gehaald door deze samenvatting te gebruiken

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
March 16, 2022
Number of pages
44
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

WEEK 1: INLEIDING ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE

De student kan beschrijven hoe de ontwikkelingspsychologie zich vanuit historisch perspectief

ontwikkeld heeft

Vroegere denkbeelden: geen aparte status/behandeling kind

— Middeleeuwen: kinderen zijn miniatuurvolwassenen

— Reformatie: kinderen zijn zondig en moeten geciviliseerd worden

— Verlichting: bijv. tabula rasa: kind komt leeg op de wereld, ouders vormen het met liefde en

kennis (veel nadruk op nurture)

— Charles Darwin: babybiografieën – een van de eerste geschriften waarin kinderen

methodisch werden bestudeerd

Vanaf 20e

eeuw: ontwikkelingspsychologie als discipline en opkomst kinder- en jeugdpsychiatrie

— Alfred Binet: verrichte pionierswerk op het gebied van de intelligentie van kinderen en deed

onderzoek naar het geheugen en naar hoofdrekenen

— G. Stanley Hall: de eerste persoon die het denken en het gedrag van kinderen onderzocht

met behulp van vragenlijsten en schreef het eerste boek waarin adolescentie als aparte

ontwikkelingsperiode werd gezien

— Een kind kan systematisch bestudeerd worden

— Kind is in ontwikkeling en daarbij afhankelijk van omgeving

— Ontwikkeling kan verstoord raken

— Veel verschillen tussen kinderen en volwassenen, zoals: psyche, communicatie

Actuele thema’s: ontwikkeling continu of niet? Verstoorde ontwikkeling stabiel of niet? Wat zijn

kritieke perioden?

De student kan beschrijven waar de ontwikkelingspsychologie zich mee bezig houdt, inclusief de

verschillende ontwikkelingsgebieden en ontwikkelingsfasen, en weet waarom kennis van dit

relevant is voor een verpleegkundige

Ontwikkelingspsychologie (of levenslooppsychologie) is de wetenschappelijke studie naar de

patronen van groei, verandering en stabiliteit die zich voordoen bij toenemende leeftijd, dus vanaf de

geboorte via de babyjaren, peuterjaren, kleuterjaren, schooljaren, adolescentie, volwassenheid tot

aan de ouderdom

— Levensfasen

,— Invloed van opvoeding of levenservaringen op individu

— Invloed van culturele of etnische verschillen

— Universele overeenkomsten

— Ontwikkelfasen en stabiele fasen?

Onderzoek naar kinderen is onder te verdelen in 5 centrale thema’s of benaderingen:

— Fysieke ontwikkeling: de invloed van het lichaam op ons gedrag

— Cognitieve ontwikkeling: de beïnvloeding van gedrag door groei en verandering in

intellectuele vermogens

— Sociale/sociaal-emotionele ontwikkeling: kijkt naar de manier waarop interacties van mensen

met elkaar en hun sociale relaties in de loop van hun leven blijven groeien, veranderen en

stabiel blijven

— Persoonlijkheidsontwikkeling: kijkt naar stabiliteit en veranderingen in de eigenschappen die

de ene persoon van de andere onderscheiden

— Morele ontwikkeling

Ontwikkelingspsychologen verdelen kindertijd en adolescentie meestal in:

— De prenatale periode (de periode van conceptie tot geboorte)

— De baby- en peutertijd (van geboorte tot drie jaar)

— De kleutertijd (van drie tot zes jaar)

— De basisschooltijd (van zes tot twaalf jaar)

— De adolescentie (van twaalf tot twintig jaar)

Belang kennis van ontwikkelingspsychologie voor de verpleegkundige, onder andere:

— Zorg en begeleiding voor verschillende doelgroepen, jong en oud

— Verschil zien tussen gezond en afwijkend

— Vergroting inlevingsvermogen

De student begrijpt de invloed van onderdeel uitmaken van een cohort op de ontwikkeling

 Ieder mens behoort tot een specifieke cohort: een groep mensen die rond dezelfde tijd en op

dezelfde plek is geboren

 Belangrijke sociale gebeurtenissen zoals oorlogen, economische oplevingen en depressies,

hongersnoden en epidemieën hebben een bepaalde invloed op een cohort

 Mensen die tot een bepaalde cohort behoren, zijn onderhevig aan bepaalde normatieve

gebeurtenissen: gebeurtenissen die zich voor de meeste individuen binnen een groep op

,dezelfde manier voltrekken (biologisch, sociaal of cultureel – bv. bereiken van de puberteit)

 Cohorteffecten treden bijvoorbeeld op als gevolg van normatieve historisch bepaalde

invloeden, biologische en omgevingsinvloeden die verbonden zij aan een specifiek historisch

moment (bv. kinderen in de wijk Roombeek in Enschede tijdens de vuurwerkramp werden

geconfronteerd met biologische en omgevingseffecten als gevolg hiervan)

 Leeftijdgebonden invloeden zijn biologische en omgevingsinvloeden die gelijk zijn voor

mensen in een bepaalde leeftijdsgroep, ongeacht waar of wanneer ze opgroeien (bv.

puberteit, menopauze)

 Ontwikkeling wordt ook bepaald door normatieve invloeden, zoals etnische afkomst, sociale

klasse, lidmaatschap van een subcultuur en andere factoren. Leiden tot conformiteit, omdat

men de gevolgen van afwijkend gedrag vreest (bv. hand opsteken als iedereen het doet)

 Niet-normatieve gebeurtenissen: specifieke gebeurtenissen die plaatsvinden in het leven van

een specifiek persoon op een tijdstip dat zulke gebeurtenissen de meeste andere mensen

niet overkomen (bv. eerste kind ter wereld via ivf, wedstrijd winnen)

De student begrijpt de visie óp en de belangrijkste uitgangspunten van het cognitieve

ontwikkelingsmodel van Piaget

De grondlegger van het cognitieve ontwikkelingsmodel is psycholoog Jean Piaget. Hij beschouwde

intelligentie als een levensfunctie van de mens die hem in staat stelt zich aan de eisen van de

omgeving aan te passen. Hij wilde onderzoeken hoe dit proces bij kinderen van verschillende

leeftijden verliep.

De student kan het belang van adaptatie uitleggen en kan de verwante begrippen accommodatie

en assimilatie omschrijven en met voorbeelden concretiseren

De bouwstenen van de intelligentie zijn de zogenoemde schema’s: een flexibel actie- of

gedachtepatroon dat bedoeld is om vat te krijgen op een ervaring

Functies intelligentie:

1. Het organiseren van de beschikbare schema’s in samenhangende, complexere systemen of

kennisgebieden

2. De adaptie of aanpassing aan de omgeving  doel: een staat van evenwicht handhaven of

herstellen

Deze aanpassing komt via 2 complementaire processen tot stand: assimilatie en accommodatie.

Assimilatie is het proces waarin nieuwe ervaringen worden geïnterpreteerd op basis van de

, bestaande schema’s. De nieuwe ervaring wordt binnen het beschikbare schema ingepast

Voorbeeld: als de karbonade (nieuwe ervaring) niet in de pan (ons schema) past, ‘assimileren’ we

door een stuk van de karbonade af te snijden.

Accommodatie is het proces waarin onder invloed van nieuwe ervaringen onze schema’s worden

veranderd. Het schema, onze denkwijze, wordt dusdanig aangepast dat de ervaring erin opgenomen

kan worden. Voorbeeld: karbonade heel laten en ‘accommoderen’ door een grotere pan te pakken.

De student kent de verschillende stadia van het cognitieve ontwikkelingsmodel van Piaget,

inclusief de verschillende begrippen per stadium en deze begrippen illustreren aan de hand van

voorbeelden

Vier stadia van cognitieve ontwikkeling:

1. Het sensomotorische stadium (0-2 jaar)

2. Het preoperationele stadium (2-6 jaar)

3. Het concreet operationele stadium (6-12 jaar)

4. Het formeel operationele stadium (vanaf 12 jaar)

Het sensomotorisch stadium (0-2 jaar)

 Denkontwikkeling: reflex  reflectie (denken ontstaat door doen)

 Taalontwikkeling: koppeling van woorden aan objecten (en mensen)

 2 jaar: eerste begin van symboolgebruik en probleemoplossend vermogen

 Sensomotorisch: het belang van zintuiglijke indrukken en motorische handelingen die de

zuigeling in staat stellen het effect van zijn eigen activiteit op de omgeving te ontdekken en

ermee te experimenteren

 Naarmate de baby ervaart dat verschil in handelen een verschil in effect oplevert, worden de

handelingen doelgericht

 Vorming schema’s:

o Reflexen worden handelingen  doelgericht organiseren (eerst zien, dan pakken,

dan in mond stoppen)

o Leert zichzelf onderscheiden van voorwerpen en mensen

o Voorwerpen en mensen blijven bestaan ook als ze uit beeld zijn 

objectpermanentie (rond 1,5 jaar)

 Intelligentieontwikkeling vindt basis in de sensomotorische fase

 Overgang preoperationele stadium wordt ingeluid door de komst van mentale
$4.82
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
marlldeboer Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
16
Member since
3 year
Number of followers
13
Documents
6
Last sold
8 months ago

1.5

2 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions