Persoonlijke gegevens:
Naam: Mw./Dhr. Van Vuren
Leeftijd: 01-01-1940
Lengte: 176 cm
Gewicht: 70 kg
Huidige situatie:
Patiënt van Vuren is vandaag opgenomen in het ziekenhuis op de afdeling Geriatrie vanwege de
aanhoudende problemen, die de patiënt heeft. Het is onduidelijk wat er aan de hand is, maar er is
duidelijk sprake van verwardheid, onrustig gedrag en incontinentie.
Vitale parameters direct bij opname:
RR 187/95 mm/Hg
HF 90 /min
AH 15 /min
SpO2 97 %
Temp 39,1°C
Voorgeschiedenis:
1966 Appendicitis Blindedarmontsteking
1989 Pneumonie Longontsteking
2003 Hypertensie Hoge bloeddruk
Medicatie:
- Nifedipine 10 mg 1 x daags Verwijdt de bloedvaten en verlaagt daarmee de bloeddruk
, Opdracht voor de student:
Jij bent alweer een paar weken aan het werk in dit ziekenhuis. Je collega heeft bij de patiënt en de
partner de anamnese afgenomen. De patiënt is nu erg suf zonder dat daar een directe aanleiding
voor lijkt te zijn. Wanneer je aankomt observeer je dat de mantelzorger er aangedaan en vermoeid
uitziet. Je besluit daarom een gesprek met de mantelzorger aan te gaan.
Versie A. Je begint deze versie je toets met VTV
De arts heeft je opdracht gegeven een venapunctie uit te voeren. De arts heeft hiervoor een order
geplaatst in het systeem voor het afnemen van de nier-, leverfunctie (groen), Hb/ Ht (paars) én je
neemt bloedkweken (bloedkweekfles) af.
Bloedkweekfles (10x zwenken), groen (8x zwenken), paars (8x zwenken)
Rapporteren: handeling en eventuele bevindingen
Versie B. Je begint deze versie je toets met VTV
De arts heeft je opdracht gegeven antibiotica Vancomycine 500 milligram toe te dienen. De patiënt
heeft een perifeer infuus op een waakstand.
Flacon van 1000 mg -> 20 ml water voor injecties toevoegen
10 ml opzuigen, toevoegen aan 100 ml NaCl (infuuszakje)
37 druppels per minuut
Vancomycine:
Werking:
- Antibiotica, gaat infectie tegen
Bijwerkingen:
- Bloedrukdaling
- Rode huid, hoofd en bovenlichaam
- Kramp in bovenlichaam
- Flebitis
Rapporteren: datum, tijdstip, soort medicijn, concentratie (4,5 mg/ml), hoeveelheid (500 mg), wijze
van toediening, toedieningsplaats en noteer bevindingen
Voordat je begint met je vaardigheden heb je je voorbereiding gedaan en bepaal je hoe je de patiënt
het beste kan helpen. Welk gespreksmodel, meetinstrument, verpleegkundige interventies zijn nodig
en welke gesprekstechnieken zet je in. Zorg dat je dit kan beargumenteren. Dit zodat je zo nodig
onderbouwd kan uitleggen aan de patiënt/mantelzorger/docent wat je komt doen en waarom je voor
deze aanpak kiest
Gespreksmodel: mantelzorggesprek, SOFA-model
Meetinstrument: EDIZ, mantelzorgoverbelasting
Verpleegkundige diagnose: risico op overbelasting van mantelzorger