samenvatting strafrecht en strafprocesrecht

STRAFPROCESRECHT
Inhoud
Inleiding.....................................................................................................................................................................2
Formeel strafrecht / strafprocesrecht / strafvordering........................................................................................2
Accusatoire rechtspleging (slaat op de vonnisfase)..............................................................................................2
Inquisitoire rechtspleging (onderzoeksfase).........................................................................................................2
Voornaamste bronnen van het strafprocesrecht.................................................................................................2
Vorderingen die ontstaan uit een misdrijf................................................................................................................3
De strafvordering..................................................................................................................................................3
De burgerlijke vordering........................................................................................................................................4
Opsporing en onderzoek van strafbare feiten..........................................................................................................6
De opsporingsambtenaren....................................................................................................................................6
Het opsporingsonderzoek.....................................................................................................................................7
Het gerechtelijk onderzoek...................................................................................................................................9
Tussenkomst van de partijen in het onderzoek..................................................................................................12
Afsluiting van het onderzoek..................................................................................................................................12
Afsluiting van het opsporingsonderzoek.............................................................................................................12
Toezicht op en afsluiting van het gerechtelijk onderzoek..................................................................................13
Rechtspleging voor de vonnisgerechten.................................................................................................................17




1

,STRAFPROCESRECHT
INLEIDING

FORMEEL STRAFRECHT / STRAFPROCESRECHT / STRAFVORDERING

 Geheel van rechtsregels m.b.t. de opsporing, vervolging en berechting van personen die ervan
verdacht worden een misdrijf te hebben gepleegd
 Geheel van rechtsregels m.b.t. organisatie, bevoegdheid en werking van de publiekrechtelijke
instellingen en organen die daarmee belast zijn (het gerechtelijk apparaat)
 Vier fasen
o Onderzoek
o Vorderingsfase (wat gaan we doen met die zaak?  vervolgen of niet vervolgen)
o Berechting
o strafuitvoering
 Dubbele doelstelling strafprocesrecht

Strafprocesrecht  procedure
In strafrecht 2 fases

1) onderzoek misdrijf moet onderzocht worden
2) vonnisfase zaak wordt effectief behandeld voor de strafrechtbank (kan ook niet gebeuren bv.
Daders worden nooit gevat en de zaak wordt geseponeerd )

Onderzoeksgerecht: raadkamer
Colusiegevaar  bv. bij drugzaken

SV strafvordering
VTSV voorafgaande titel strafvordering.


ACCUSATOIRE RECHTSPLEGING (SLAAT OP DE VONNISFASE)

 Mondeling
 Openbaar
 Tegensprekelijk
o Woord en wederwoord, de burgerlijke partij doet zijn pleidooi maar ook de beklaagde

INQUISITOIRE RECHTSPLEGING (ONDERZOEKSFASE)

 Schriftelijk
o huiszoeking alle neergeschreven, verhoor, telefoontaps  bewijsvoering
 Geheim
o Om het onderzoek zo efficiënt mogelijk te laten verlopen (wel een aantal uitzonderingen)
 Niet-tegensprekelijk
o Niet-Contradictoir

VOORNAAMSTE BRONNEN VAN HET STRAFPROCESRECHT

 Wetboek strafvordering
 Wet voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering
 Wet betreffende de voorlopige hechtenis


2

,  Wet betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie(=voorwaarden die worden opgelegd)
 Internationale verdragen
 Gerechtelijk wetboek
 Rechtspraak
 Rechtsleer

VORDERINGEN DIE ONTSTAAN UIT EEN MISDRIJF

 De strafvordering
o Straf die wordt geëist
 De burgerlijke vordering
o Wat de burgerlijke partij eist
o Doel daarvan herstel van schade
 Bv. schadevergoeding

Er is geen sprake van een burgerlijke vordering bv. Situatie waarin gaan schade geleden is. Overdreven snelheid
bijvoorbeeld indien er geen burgerlijke vordering is ingesteld.

DE STRAFVORDERING

 De uitoefening van de strafvordering
o Het Openbaar Ministerie
 Wie is het Openbaar Ministerie?
 Kenmerken van het Openbaar Ministerie
 De burgerlijke partij
o Strafvordering op gang trekken dmv klacht met burgerlijke partijstelling art 63 SV
o wordt ingesteld bij de onderzoeksrechter
o Rechtstreekse dagvaarding voor het vonnisgerecht
 Anderen

ParketProcureur des konings + substituten 1e aanleg
Parket generaal  Procureur generaal+ substituten generaal en advocaten generaal
Assisen procureur generaal + advocaten generaal
OM bij de arbeidsrechtbank  arbeitsauditoraat generaal men spreekt ook over arbeidsauditeur
Federaal parket grensoverschrijdende zaken bv terrorisme zaken
Minister van justitie heeft positief injunctie recht art 364 SW  verplichten aan OM, om een vervolging te
gaan instellen.
Openbaar ministerie is onafhankelijk

Kenmerken opzoeken in boek
 Tegen wie wordt de strafvordering uitgeoefend?
o Personen tegen wie het misdrijf worden gepleegd
o In de fase van het onderzoek spreken we van
 Verdachte
 Inverdenking gestelde (onderzoeksrechter Ger. Onderzoek
 Vonnisfase
o Beklaagde/ betichte
 Assisen
o Beschuldigde
 Wijze van uitoefening van de strafvordering Hoe
 wordt het OM in kennis gesteld van een misdrijf
o Van ambstwege


3