Organisatiekunde
Handboek organisatie &
management
Introductie
= interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van gedrag van organisaties,
alsmede de factoren die dit gedrag bepalen & de wijze waarop organisaties het meest doeltreffend
bestuurt kunnen worden.
= hoe een organisatie op basis van gedrag het beste bestuurt kan worden
Hoofdstuk 1 Omgevingsinvloeden
Organisaties zijn onderdeel van een samenleving en hebben te maken met allerlei
omgevingsinvloeden/factoren.
Het inrichten van de organisatie op de omgeving = afstemming
Organisaties moeten rekening houden met:
- Afnemers - Werknemers
- Leveranciers - Belangenorganisaties
- Concurrentie - Overheidsinstellingen
- Vermogensverschaffers - Media
Machtspositie op een bepaald moment heeft invloed op de organisatie en is afhankelijk van
verschillende factoren
Omgevingsfactoren
1. Milieu – klimaatverandering
2. Technologie
- Werkwijze zal fundamenteel veranderen
- Integratie van functies
- Verandering schaalvoordelen en besluitvorming
3. Demografisch
4. Economie – inkomensverdeling / globalisering
5. Politiek
6. Maatschappelijk – MVO (people, planet, profit)
Hoofdstuk 2.1 t/m 2.4 Strategisch Management
Strategisch management = zorgdragen voor een juiste afstemming op de omgeving, alsmede het
permanent op peil houden en ontwikkelen van bekwaamheden, die nodig zijn om een eventuele
strategiewijziging te verwezenlijken.
Klassieke benadering
d.m.v. strategie een evenwicht vinden tussen middelen, sterktes, zwaktes en kansen. Fases:
1. Situatieanalyse – audit of SWOT-analyse
- Definitie huidige visie, doelstellingen, strategie
Visie is op volgende wijze een invloed op de bedrijfsvoering – 7S model:
- Motiveren van medewerkers
- Focussen van medewerkers op relevante activiteiten
- Scheppen van een kader (op welke wijze moeten activiteiten uitgevoerd worden)
Organisatiedoelstellingen:
1. Belangenevenwicht
1
, Organisatiekunde
2. Winstgevendheid
3. Kwaliteit
4. Effectiviteit en efficiency
5. Imago
6. Gedragsregels
- Intern onderzoek
- Vanuit functionele gebieden – performance meting (score; sterk, neutraal, zwak)
- Vanuit resultaten -financiële aantrekkelijkheid van bedrijfsactiviteiten
- Extern onderzoek
- Interne omgeving
- Taakomgeving – uitoefenen van taken binnen een groter geheel
- Concurrentieomgeving – 5 concurrentiekrachten Porter
- Macro-omgeving - DESTEP
2. Strategievorming
1. Vaststellen toekomstbeeld
2. Ontwikkelen van verschillende strategieën
- Concurrentiestrategie Porter
- Ongedifferentieerd: ontwikkelen en het op de markt aanbieden van een product
tegen lage kosten.
- Differentiatie: accent op het behalen van concurrentievoordeel.
- Waardenstrategie Treacy en Wiersema
- Kostenleiderschap
- Productleiderschap
- Klantpartnerschap
- Blue Ocean Strategy
3. Evalueren en kiezen van een strategie
- Mogelijke scenario’s worden vastgesteld
3. Planning en implementatie
= cyclisch proces, er is sprake van terugkoppeling.
Hoofdstuk 7 Human resource management
HRM = het geheel van normen en waarden met betrekking tot werkende mensen en een vertaling
daarvan naar uitgangspunten, technieken en methoden gericht op benutting van menselijke
kwaliteiten in het kader van het realiseren van organisatiedoelen.
Instrumenten in een organisatie HR-functies:
1. Instroom
Vaak worden hiervoor professionals/recruiters gebruikt voor de werving en selectie. Een
onboarding (indiensttreding) van een medewerker bestaat uit 5 C’s:
- Compliance: wat zijn de basisregels – de wettelijke regels, maar ook de regels op gebied
van veiligheid etc.
- Clarification: rol nieuwe medewerker, verwachting, persoonlijke doelen
- Culture: organisatiecultuur; missie, visie en waarden
- Connection: groepen, subgroepen en netwerken van de organisatie.
- Check back: reactie op de onboarding en de inwerkperiode.
2
Handboek organisatie &
management
Introductie
= interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van gedrag van organisaties,
alsmede de factoren die dit gedrag bepalen & de wijze waarop organisaties het meest doeltreffend
bestuurt kunnen worden.
= hoe een organisatie op basis van gedrag het beste bestuurt kan worden
Hoofdstuk 1 Omgevingsinvloeden
Organisaties zijn onderdeel van een samenleving en hebben te maken met allerlei
omgevingsinvloeden/factoren.
Het inrichten van de organisatie op de omgeving = afstemming
Organisaties moeten rekening houden met:
- Afnemers - Werknemers
- Leveranciers - Belangenorganisaties
- Concurrentie - Overheidsinstellingen
- Vermogensverschaffers - Media
Machtspositie op een bepaald moment heeft invloed op de organisatie en is afhankelijk van
verschillende factoren
Omgevingsfactoren
1. Milieu – klimaatverandering
2. Technologie
- Werkwijze zal fundamenteel veranderen
- Integratie van functies
- Verandering schaalvoordelen en besluitvorming
3. Demografisch
4. Economie – inkomensverdeling / globalisering
5. Politiek
6. Maatschappelijk – MVO (people, planet, profit)
Hoofdstuk 2.1 t/m 2.4 Strategisch Management
Strategisch management = zorgdragen voor een juiste afstemming op de omgeving, alsmede het
permanent op peil houden en ontwikkelen van bekwaamheden, die nodig zijn om een eventuele
strategiewijziging te verwezenlijken.
Klassieke benadering
d.m.v. strategie een evenwicht vinden tussen middelen, sterktes, zwaktes en kansen. Fases:
1. Situatieanalyse – audit of SWOT-analyse
- Definitie huidige visie, doelstellingen, strategie
Visie is op volgende wijze een invloed op de bedrijfsvoering – 7S model:
- Motiveren van medewerkers
- Focussen van medewerkers op relevante activiteiten
- Scheppen van een kader (op welke wijze moeten activiteiten uitgevoerd worden)
Organisatiedoelstellingen:
1. Belangenevenwicht
1
, Organisatiekunde
2. Winstgevendheid
3. Kwaliteit
4. Effectiviteit en efficiency
5. Imago
6. Gedragsregels
- Intern onderzoek
- Vanuit functionele gebieden – performance meting (score; sterk, neutraal, zwak)
- Vanuit resultaten -financiële aantrekkelijkheid van bedrijfsactiviteiten
- Extern onderzoek
- Interne omgeving
- Taakomgeving – uitoefenen van taken binnen een groter geheel
- Concurrentieomgeving – 5 concurrentiekrachten Porter
- Macro-omgeving - DESTEP
2. Strategievorming
1. Vaststellen toekomstbeeld
2. Ontwikkelen van verschillende strategieën
- Concurrentiestrategie Porter
- Ongedifferentieerd: ontwikkelen en het op de markt aanbieden van een product
tegen lage kosten.
- Differentiatie: accent op het behalen van concurrentievoordeel.
- Waardenstrategie Treacy en Wiersema
- Kostenleiderschap
- Productleiderschap
- Klantpartnerschap
- Blue Ocean Strategy
3. Evalueren en kiezen van een strategie
- Mogelijke scenario’s worden vastgesteld
3. Planning en implementatie
= cyclisch proces, er is sprake van terugkoppeling.
Hoofdstuk 7 Human resource management
HRM = het geheel van normen en waarden met betrekking tot werkende mensen en een vertaling
daarvan naar uitgangspunten, technieken en methoden gericht op benutting van menselijke
kwaliteiten in het kader van het realiseren van organisatiedoelen.
Instrumenten in een organisatie HR-functies:
1. Instroom
Vaak worden hiervoor professionals/recruiters gebruikt voor de werving en selectie. Een
onboarding (indiensttreding) van een medewerker bestaat uit 5 C’s:
- Compliance: wat zijn de basisregels – de wettelijke regels, maar ook de regels op gebied
van veiligheid etc.
- Clarification: rol nieuwe medewerker, verwachting, persoonlijke doelen
- Culture: organisatiecultuur; missie, visie en waarden
- Connection: groepen, subgroepen en netwerken van de organisatie.
- Check back: reactie op de onboarding en de inwerkperiode.
2
