voor Psychologie huidig
toegepaste interventievorm voor
jongeren met suicidaal gedrag
toereikend en hoe kan dit
aangepast of veranderd worden
tot de meest efectieve
interventievorm voor deze
doelgroep?
EINDOPDRACHT FASE 2
27 NOVEMBER 2018 DOCENT:
MW. J. NOLLET
,Voorwoord
Voor u ligt de eindopdracht fase 2.
,Inhoudsopgave
SAMENVATTING 5
1. INLEIDING 6
1.1 Hypothese 6
2. PROBLEEMANALYSE 7
2.1 Probleemdefinie 7
2.2 Doelstellnig 8
2.3 Ceitrale oiderzoeksvraag & deelvragei 8
2.4 Leeswnjzer 10
3. THEORETISCH KADER 11
3.1 Definies & getallei 11
3.2 Suncndaal gedrag oider jeugd 12
3.4 Rnsncofactorei 13
3.4.1 Persooilnjkhendskeimerkei 14
3.4.2 Culturele achtergroidei 15
3.5 Dnagiosiek 16
3.5.1 Dnagiosisch proces 16
3.5.2 Schema voor dnagiosiek 19
3.6 Methodei vai hulpverleinig & Iiterveiies 19
3.6.1 Hulpverleinig buntei de GGZ 19
3.6.1 Keteizorg 20
3.6.2 Iiterveiies op korte termnji 20
3.6.3 Iiterveiies op laigere termnji 21
3.6.4 Medncameiteuze behaidelmogelnjkhedei 21
3.6.5 Systeemtherapne 22
3.6.6 Iiterveiie bnj muliculturele gezniiei 23
3.6.7 Opiame 24
3.6.8 Oilnie Hulpverleinig 25
3.6.9 Weteischappelnjke oiderbouwnig 26
3.6.10 Prnvacy ei gehenmhoudnig 26
3.6.11 Zorg voor iabestaaide 26
3.6.12 Oiderzoeksmodel 26
4. ONDERZOEKSONTWERP 27
4.1 Coitext 27
4.2 Procedure & Respoideitei 27
4.3 Meeiistrumeitei kwaiitaief oiderzoek 27
4.4 Valndntent 28
, 5. RESULTATEN & ANALYSE 28
5.1 Resultatei 28
5.2 Aialyses 31
6. CONCLUSIES 32
6.1 Suïcnde 32
6.2 Verschnl suïcnde jeugd ei volwasseie 32
6.3 Rnsncofactorei 32
6.4 Culturele achtergroidei 33
6.5 Dnagiosiek 33
6.6 Iiterveiiemogelnjkhedei 33
6.7 Hypothese 34
6.8 Beaitwoordnig Ceitrale Oiderzoeksvraag 34
7. AANBEVELINGEN 35
8. EVALUATIE 37
LITERATUURLIJST 38
BIJLAGEN 40
- Lnjst Suïcnde preveiie nistellnigei 40
- EPQ-quesioiianre 41