SAMENVATTING ONDERWIJSPSYCHOLOGIE
Emma Doclo 1
,DEEL 1: HISTORISCHE ACHTERGRONDEN EN WERKING VAN DE CLB’S
INLEIDING
• Centra voor Leerlingbegeleiding (CLB)
o Historische erfgenamen van PMS-centra en diensten voor SBO (vroeger in PMS veel testing;
klassikaal – psychometrisch), geen accuraat advies (stellige adviezen) → negatief imago
▪ PMS = psychomedisch sociaal centrum
o Decreet van 1998: werking is in volle uitbouw (steeds veranderende sector)
▪ Interpretatie en toepassing niet altijd evident
▪ Tweedelijnszorg tussen eerste lijn (scholen) en derde lijn (gespecialiseerde diensten)
▪ CLB = draaischijf; veel doorverwijzing, wordt gezien als tweede lijn (school is 1e lijn
en gespecialiseerde diensten zijn 3e lijn)
• Basis is uitbouw van externe beroepskeuzebegeleiding begin 20ste eeuw
o Externe beroepskeuzebegeleiding was hoofdtaak bij begin van de PMS (doet CLB nog steeds –
oriëntering), toen geen focus op psychosociale taken; nu gaan schoolverlaters vooral verder
studeren/ vroeger vooral arbeidsmarkt → klassikale testen in functie van beroepsoriëntering
(transitiemoment; van school naar arbeidsmarkt)
o Maatschappelijke bekommernis voor overstap van jonge schoolverlaters naar arbeidsmarkt
▪ KAJ (katholieke arbeidersjeugd): → Richten Diensten voor Voorlichting voor
Schoolverlaters op (Kardinaal Kardei)
▪ Nadruk op beroepsoriëntering, minder op psychosociale begeleiding
▪ Sterk psychometrisch accent, gericht op selectie
▪ Los van het onderwijs en vooral transitiemoment gebonden
• Oprichting van experimentele PMS-centra (1941) van de staat
o Geïntegreerd in het onderwijs (centra meer integreren in onderwijs – ter plaatse – en worden
geleid door schoolhoofd)
o Gemeenschapsonderwijs was vroeger rijksonderwijs
• Wet van 1962: net van PMS-centra en SBO-diensten
• Expertbenadering blijft dominant (Expertbenadering; expert geeft advies aan student (deskundige
model) – ik weet wat het beste is voor jou)
o SBO = studie- en beroepsoriëntering
• SBO in vrij onderwijs en PMS in rijksonderwijs (politiek compromis); deden zelfde taken
o Deze centra zijn buiten de school (voordeel: school kan zeggen – PMS heeft het advies
gegeven, niet schuld van school)
• Economische groei: nood aan goede arbeidskrachten (oriëntering is zeer belangrijk) → juiste persoon
op juiste plaats proberen te krijgen
• Economische groei: werkzekerheid – stabiliteit
• Nood aan gestandaardiseerde testen om goede oriëntering te doen (veel discussie over) ➔ dit soort
ideeën komen nu ook terug op (belangrijk mij M-decreet)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘70
• Onderwijsvernieuwingen in de jaren ’70
o Democratisering v/h onderwijs
o PMS-centra voor buitengewoon onderwijs (1970) (is nu niet meer het geval)
▪ Minder leerlingen begeleiden (want het is intensiever werk)
▪ Mensen van PMS Maken deel uit v/d klasseraden
▪ Opstellen handelingsplannen gebeurde door PMS-medewerker
Emma Doclo 2
, o Aanpassingsklassen (1973) kleine groepen lln. (worden apart genomen), moeilijkheden met
bepaalde leerstof, krijgen intensievere instructie → deze klassen vormden een buffer tegen
te snel doorverwijzen naar externe diensten of buitengewoon onderwijs
o VSO (1970) en VLO (1973) = vernieuwd secundair onderwijs (brede eerste graag, geen
onderscheid ASO BSO TSO)
▪ Formele structuur VSO hebben we nog steeds (nog steeds 3 keer twee jaar in
secundair)
▪ VSO is mislukt: geen eensgezindheid
▪ Eerste rector VUB: communist (hevig tegenstander VSO)
• Leidt tot grotere betrokkenheid van PMS-centra en SBO-diensten bij het onderwijs
o Hervormingen van examensysteem: formatieve (tijdens semester toetsen, proces evalueren)
en summatieve evaluatie (klassieke examen en toetsen, op het einde van een semester)
▪ Pleidooi om ook formatief te toetsen
o Multidisciplinaire begeleidingsteams in VLO (vernieuwd lager onderwijs)
o Onoverzichtelijk onderwijslandschap: advisering
▪ Onderwijslandschap is veranderd: complexer geworden
▪ Advisering wordt onoverzichtelijker (rol PMS wordt belangrijker)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘80
Nieuw wettelijk kader in 1981
• Onderscheid PMS en SBO wordt opgeheven (alles wordt PMS-centra; geen onderscheid meer PMS en
SBO)
• Adviseur wordt consulent die niet langer oriënteert (consulent = partner van student en zijn ouders),
maar begeleidt
o Ontwikkelingsgericht met bijzondere aandacht voor scharniermomenten (juiste man op juiste
plaats valt weg: meer focus op ontwikkeling)
o Beschikbaar voor alle leerlingen, met bijzondere aandacht voor bepaalde risicogroepen
o Respect voor identiteit en eigenheid v/d leerling
o Niet alleen remediëren, maar ook preventie en opvoeding tot zelfstandigheid
• In de praktijk verandert er voorlopig niet veel:
o Slechte economische toestand en budgettaire krapte
o Relatie met scholen is ongewijzigd
• Nieuwe problemen: drug- en alcoholverslaving, agressie, seksuele problemen, nieuwe kansarme
groepen (immigranten), schoolmoeheid (na leerplichtverlenging)
• → Failliet v/h deskundigenmodel: PMS-werking in vraag (klassiek deskundig model is er niet meer,
puur adviserende rol wordt in vraag gesteld)
✓ 83; minister van onderwijs introduceert de verlenging van leerplicht (14 naar 18 jaar) want er was nog
kinderarbeid en jongerenwerkloosheid
✓ nadien; opnieuw discussie over de verlenging van leerplicht
✓ 92; suggestie om verlenging leerplicht ongedaan maken (o.m.v. spijbelproblematiek? Vooral in
beroepsonderwijs)
✓ 93; Di Ruppo – idee verkorten van leerplicht tot 16j (schoolmoeheid en orde problemen)
✓ Leerplicht bestaat nog maar wel ook andere vormen (duaal leren)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘90
Jaren 90 hebben de basis gevormd voor wat we nu kennen
Emma Doclo 3
, VLOR-advies over nieuw profiel voor PMS-centra (1993, 1995)
VLOR: Vlaamse Onderwijs Raad (bestaat nu nog) = vertegenwoordigers van overkoepelende organisaties
(iemand voor gemeenschapsonderwijs, iemand voor beroepsonderwijs..) → denken na over grote lijnen van
het onderwijs (brengen rapporten uit over verschillende thema’s)
Zij formuleren volgend advies:
• Complementariteit van verschillende actoren wordt erkend (ouders, school, lln… Moeten in overleg
gaan)
o Scholen spelen grotere rol in begeleiding: graadcoördinatoren, projecten (leren leren, drugs,
leefsleutels) (scholen moeten zelf leerlingenbegeleiding meer doen)
o Leefsleutels = sociale vaardigheden aanleren
• Situering op de tweede lijn
• Bijdrage leveren aan opvoedingsproces van kansarmen (wordt expliciet geformuleerd)
• Deskundigheidsbevordering op vlak van begeleiding
• Uitbouw van begeleidingsnetwerken (derde lijn) = uitbouwen diensten in gezondheidssector
• Principe van interventie op vraag vraag-gestuurd werken → op vraag van ouders, leerlingen…
• Belang van teamwerk: begeleiding meer geïntegreerd in het onderwijs (maar nog steeds buiten de
school georganiseerd)
Meer gericht op welbevinden leerlingen
DE HUIDIGE CLB’S
• Kaderdecreet CLB’s (1998): 1-9-2000 operationeel
• Doelstellingen:
o Grotere transparantie in aanbod: meer coherent en klantvriendelijk (samenvoeging PMS en
MST) MST; medisch schooltoezicht → samenvoeging: arts zit nu in het CLB
• Grotere doelmatigheid: grotere centra die grotere geografische regio’s beslaan (Vroeger 200 PMS
centra, 104 MST ➔ nu nog 75 CLB’s ➔ groter centrum, meer personeel, meer specialisatie in
centrum)
▪ Specialisatie mogelijk en vermijden van overlappende activiteiten
▪ Zorgverbreding en gelijke kansen: counteren van duale samenleving (school moet
brede zorg bieden (er zijn ook meer zorglln.)
▪ Counteren duale samenleving; verandering in samenleving waardoor sommige
mensen minder participeren
▪ Onderwijs pakt bepaalde maatschappelijke problemen aan! Er wordt steeds meer
van scholen verwacht!
• Onderwijsveranderingen: aspecten van leerlingbegeleiding worden opgenomen in de eindtermen
(zoals persoonlijkheidsontwikkeling en welbevinden)
o Scholen krijgen grotere autonomie bij leerlingbegeleiding
• Scholen worden geresponsabiliseerd (CLB werkt ondersteunend) → Geresponsabiliseerd: CLB is extra
(subsidiair) en bevindt zich buiten school – heeft autonomie (functioneert onafhankelijk-niet altijd
makkelijk), school moet alles zelf doen
• Bureaucratisering: meer administratief werk (meer behoefte om expliciete verantwoording te geven
als professional)
Emma Doclo 4
Emma Doclo 1
,DEEL 1: HISTORISCHE ACHTERGRONDEN EN WERKING VAN DE CLB’S
INLEIDING
• Centra voor Leerlingbegeleiding (CLB)
o Historische erfgenamen van PMS-centra en diensten voor SBO (vroeger in PMS veel testing;
klassikaal – psychometrisch), geen accuraat advies (stellige adviezen) → negatief imago
▪ PMS = psychomedisch sociaal centrum
o Decreet van 1998: werking is in volle uitbouw (steeds veranderende sector)
▪ Interpretatie en toepassing niet altijd evident
▪ Tweedelijnszorg tussen eerste lijn (scholen) en derde lijn (gespecialiseerde diensten)
▪ CLB = draaischijf; veel doorverwijzing, wordt gezien als tweede lijn (school is 1e lijn
en gespecialiseerde diensten zijn 3e lijn)
• Basis is uitbouw van externe beroepskeuzebegeleiding begin 20ste eeuw
o Externe beroepskeuzebegeleiding was hoofdtaak bij begin van de PMS (doet CLB nog steeds –
oriëntering), toen geen focus op psychosociale taken; nu gaan schoolverlaters vooral verder
studeren/ vroeger vooral arbeidsmarkt → klassikale testen in functie van beroepsoriëntering
(transitiemoment; van school naar arbeidsmarkt)
o Maatschappelijke bekommernis voor overstap van jonge schoolverlaters naar arbeidsmarkt
▪ KAJ (katholieke arbeidersjeugd): → Richten Diensten voor Voorlichting voor
Schoolverlaters op (Kardinaal Kardei)
▪ Nadruk op beroepsoriëntering, minder op psychosociale begeleiding
▪ Sterk psychometrisch accent, gericht op selectie
▪ Los van het onderwijs en vooral transitiemoment gebonden
• Oprichting van experimentele PMS-centra (1941) van de staat
o Geïntegreerd in het onderwijs (centra meer integreren in onderwijs – ter plaatse – en worden
geleid door schoolhoofd)
o Gemeenschapsonderwijs was vroeger rijksonderwijs
• Wet van 1962: net van PMS-centra en SBO-diensten
• Expertbenadering blijft dominant (Expertbenadering; expert geeft advies aan student (deskundige
model) – ik weet wat het beste is voor jou)
o SBO = studie- en beroepsoriëntering
• SBO in vrij onderwijs en PMS in rijksonderwijs (politiek compromis); deden zelfde taken
o Deze centra zijn buiten de school (voordeel: school kan zeggen – PMS heeft het advies
gegeven, niet schuld van school)
• Economische groei: nood aan goede arbeidskrachten (oriëntering is zeer belangrijk) → juiste persoon
op juiste plaats proberen te krijgen
• Economische groei: werkzekerheid – stabiliteit
• Nood aan gestandaardiseerde testen om goede oriëntering te doen (veel discussie over) ➔ dit soort
ideeën komen nu ook terug op (belangrijk mij M-decreet)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘70
• Onderwijsvernieuwingen in de jaren ’70
o Democratisering v/h onderwijs
o PMS-centra voor buitengewoon onderwijs (1970) (is nu niet meer het geval)
▪ Minder leerlingen begeleiden (want het is intensiever werk)
▪ Mensen van PMS Maken deel uit v/d klasseraden
▪ Opstellen handelingsplannen gebeurde door PMS-medewerker
Emma Doclo 2
, o Aanpassingsklassen (1973) kleine groepen lln. (worden apart genomen), moeilijkheden met
bepaalde leerstof, krijgen intensievere instructie → deze klassen vormden een buffer tegen
te snel doorverwijzen naar externe diensten of buitengewoon onderwijs
o VSO (1970) en VLO (1973) = vernieuwd secundair onderwijs (brede eerste graag, geen
onderscheid ASO BSO TSO)
▪ Formele structuur VSO hebben we nog steeds (nog steeds 3 keer twee jaar in
secundair)
▪ VSO is mislukt: geen eensgezindheid
▪ Eerste rector VUB: communist (hevig tegenstander VSO)
• Leidt tot grotere betrokkenheid van PMS-centra en SBO-diensten bij het onderwijs
o Hervormingen van examensysteem: formatieve (tijdens semester toetsen, proces evalueren)
en summatieve evaluatie (klassieke examen en toetsen, op het einde van een semester)
▪ Pleidooi om ook formatief te toetsen
o Multidisciplinaire begeleidingsteams in VLO (vernieuwd lager onderwijs)
o Onoverzichtelijk onderwijslandschap: advisering
▪ Onderwijslandschap is veranderd: complexer geworden
▪ Advisering wordt onoverzichtelijker (rol PMS wordt belangrijker)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘80
Nieuw wettelijk kader in 1981
• Onderscheid PMS en SBO wordt opgeheven (alles wordt PMS-centra; geen onderscheid meer PMS en
SBO)
• Adviseur wordt consulent die niet langer oriënteert (consulent = partner van student en zijn ouders),
maar begeleidt
o Ontwikkelingsgericht met bijzondere aandacht voor scharniermomenten (juiste man op juiste
plaats valt weg: meer focus op ontwikkeling)
o Beschikbaar voor alle leerlingen, met bijzondere aandacht voor bepaalde risicogroepen
o Respect voor identiteit en eigenheid v/d leerling
o Niet alleen remediëren, maar ook preventie en opvoeding tot zelfstandigheid
• In de praktijk verandert er voorlopig niet veel:
o Slechte economische toestand en budgettaire krapte
o Relatie met scholen is ongewijzigd
• Nieuwe problemen: drug- en alcoholverslaving, agressie, seksuele problemen, nieuwe kansarme
groepen (immigranten), schoolmoeheid (na leerplichtverlenging)
• → Failliet v/h deskundigenmodel: PMS-werking in vraag (klassiek deskundig model is er niet meer,
puur adviserende rol wordt in vraag gesteld)
✓ 83; minister van onderwijs introduceert de verlenging van leerplicht (14 naar 18 jaar) want er was nog
kinderarbeid en jongerenwerkloosheid
✓ nadien; opnieuw discussie over de verlenging van leerplicht
✓ 92; suggestie om verlenging leerplicht ongedaan maken (o.m.v. spijbelproblematiek? Vooral in
beroepsonderwijs)
✓ 93; Di Ruppo – idee verkorten van leerplicht tot 16j (schoolmoeheid en orde problemen)
✓ Leerplicht bestaat nog maar wel ook andere vormen (duaal leren)
HISTORISCHE ACHTERGROND: JAREN ‘90
Jaren 90 hebben de basis gevormd voor wat we nu kennen
Emma Doclo 3
, VLOR-advies over nieuw profiel voor PMS-centra (1993, 1995)
VLOR: Vlaamse Onderwijs Raad (bestaat nu nog) = vertegenwoordigers van overkoepelende organisaties
(iemand voor gemeenschapsonderwijs, iemand voor beroepsonderwijs..) → denken na over grote lijnen van
het onderwijs (brengen rapporten uit over verschillende thema’s)
Zij formuleren volgend advies:
• Complementariteit van verschillende actoren wordt erkend (ouders, school, lln… Moeten in overleg
gaan)
o Scholen spelen grotere rol in begeleiding: graadcoördinatoren, projecten (leren leren, drugs,
leefsleutels) (scholen moeten zelf leerlingenbegeleiding meer doen)
o Leefsleutels = sociale vaardigheden aanleren
• Situering op de tweede lijn
• Bijdrage leveren aan opvoedingsproces van kansarmen (wordt expliciet geformuleerd)
• Deskundigheidsbevordering op vlak van begeleiding
• Uitbouw van begeleidingsnetwerken (derde lijn) = uitbouwen diensten in gezondheidssector
• Principe van interventie op vraag vraag-gestuurd werken → op vraag van ouders, leerlingen…
• Belang van teamwerk: begeleiding meer geïntegreerd in het onderwijs (maar nog steeds buiten de
school georganiseerd)
Meer gericht op welbevinden leerlingen
DE HUIDIGE CLB’S
• Kaderdecreet CLB’s (1998): 1-9-2000 operationeel
• Doelstellingen:
o Grotere transparantie in aanbod: meer coherent en klantvriendelijk (samenvoeging PMS en
MST) MST; medisch schooltoezicht → samenvoeging: arts zit nu in het CLB
• Grotere doelmatigheid: grotere centra die grotere geografische regio’s beslaan (Vroeger 200 PMS
centra, 104 MST ➔ nu nog 75 CLB’s ➔ groter centrum, meer personeel, meer specialisatie in
centrum)
▪ Specialisatie mogelijk en vermijden van overlappende activiteiten
▪ Zorgverbreding en gelijke kansen: counteren van duale samenleving (school moet
brede zorg bieden (er zijn ook meer zorglln.)
▪ Counteren duale samenleving; verandering in samenleving waardoor sommige
mensen minder participeren
▪ Onderwijs pakt bepaalde maatschappelijke problemen aan! Er wordt steeds meer
van scholen verwacht!
• Onderwijsveranderingen: aspecten van leerlingbegeleiding worden opgenomen in de eindtermen
(zoals persoonlijkheidsontwikkeling en welbevinden)
o Scholen krijgen grotere autonomie bij leerlingbegeleiding
• Scholen worden geresponsabiliseerd (CLB werkt ondersteunend) → Geresponsabiliseerd: CLB is extra
(subsidiair) en bevindt zich buiten school – heeft autonomie (functioneert onafhankelijk-niet altijd
makkelijk), school moet alles zelf doen
• Bureaucratisering: meer administratief werk (meer behoefte om expliciete verantwoording te geven
als professional)
Emma Doclo 4