Onderzoeken Persoonlijkheidspsychologie
Freud:
• Onbewuste mentale verwerking
- Cf. automatische, impliciete, onbewuste processen
• Inhibitie en het ego (plezier en id)
- Bv. limbisch systeem
• Verdedigingsmechanismen
- Neuropsychologische ondersteuning voor repressie
• Onderzoek over dromen
- Activatie-synthese theorie
Onderzoek over onbewuste mentale verwerking
- Thema van de cognitieve psychologie: automatisch, impliciete, onbewuste
processen → processen die niet onder het bewuste en buiten onze controle
plaatsvinden (komt dus overeen met Freud’s definitie van het onbewuste)
• Bargh & Chartrand (1999)
• Solms (2000, 2004)
• Solms & Turnbull (2002)
Onderzoek over plezier en het id/inhibitie en het Ego
- Verschillende neurowetenschappelijk onderzoeken hebben vastgesteld dat
plezier-zoekende drijfveren een neurologische oorsprong hebben, nl:
hersenstam & limbisch systeem + dopamine (neurotransmitter) & opioids zijn
betrokken bij plezier-zoekend en plezier-belevend gedrag.
- Studies tonen connecties aan tussen frontaal limbisch systeem en
impulscontrole (ego controleert impulsen van id)
• Solms (2004)
• Solms & Panksepp (2012)
• Solms & Turnbull (2002)
• Panksepp (2004) & Berridge (2009)
Onderzoek over verdedigingsmechanismen
• Repressie bestaat en kan neuropsychologisch aangetoond worden bij schade aan de
rechterhemisfeer (Solms, 2004)
Onderzoek over dromen
• Niet iedereen gelooft dat de inhoud van dromen belangrijk is
• Activatie-synthese theorie
- Theorie dat dromen begint met willekeurige elektrische activatie vanuit de
hersenstam; dromen zijn een poging van de hersenen om deze willekeurige
activiteit betekenis te geven (synthetiseren) → dromen hebben dus geen
betekenis/ wensvervulling, e.d.
• Ondersteuning voor Freud bv. Wegner, Wenzlaff & Kozak (2004), Riemann et al. (2012),
Kröner-Borowik et al. (2013), Hansen et al. (2013)
, ➔ Experiment toonde aan dat men juist droomt over hetgeen men probeert te
onderdrukken.
Adler:
• Geboorte volgorde (intelligentie, academisch succes, persoonlijkheid)
- Sulloway (1996)
o ‘Tussen-familie onderzoeken’ hebben niet de neiging om Adler’s
theorie te bevestigen → moeilijk te onderzoeken → veel variabelen
moeten onder controle worden gehouden (familiegrootte, geslacht,
scheiding…) Hoe meer variabelen hoe moeilijker het onderzoek
o ‘Binnen-familie onderzoeken’ hebben de neiging on de theorie van
Adler te bevestigen. Hier wordt aan de respondenten gevraagd om
zich te vergelijken met hun eigen broers en zussen. → Gebrek aan
deelnemers.
o Broers en zussen zijn in competitie voor ouderlijke affectie. 1)
eerstgeboorne: prestatiegericht, compermistisch 2) latergeboorne:
andere manier aandacht ouders vragen.
o Geboorteorde meer gerelateerd aan academisch succes dan aan
geboortetrekken (prestatiegericht).
- Barclay (2015)
o Familiedynamiek stimuleert prestatiegerichtheid. Sociale factoren
zijn belangrijk.
- Lehmann et al. (2018)
o Eerstgeboorne meer cognitief gestimuleerd door moeder.
- Roher et al. (2015)
o Eertsgeboorne paar punten meer op IQ testen.
• Vroege herinneringen en carrière keuze
Volgens Adler reflecteert de carrièrekeuze van een persoon zijn persoonlijkheid.
Onderzoekers die geïnspireerd zijn door Adler, voorspellen dat het soort carrière
volwassenen kiezen een reflectie is van vroege herinneringen.
- Kasler & Nevo (2005): carrière types van Holland
o Onderzoekers verzamelen vroege herinneringen van 130
participanten. Twee beoordelaars plaatsen dit bij beroeps interesse-
types, gebruikt makend van de types van Holland (realistisch,
onderzoekend, artistiek, sociaal, ondernemend en conventioneel).
De participanten vulden ook een onafhankelijke vragenlijst in om
type te bepalen.
o Resultaat onderzoek: herinneringen in de kindertijd matchen met de
carrière types (vooral realistisch, artistiek en sociaal matchen met de
vroege herinneringen) plus type dat de beoordelaar gaf stemde
ongeveer overeen met type resulterend uit vragenlijst.
• Narcisme of zelfvertrouwen? Streven naar superioriteit of succes?
- Brummelman, Thomaes & Sedikides (2016)
o Ontwikkelde een theoretische analyse dat het verschil tussen
narcisme en zelfwaarde weergeeft dat aanleunt bij de theorie van
Adler: Zelfvertrouwen is goed voor een gezonde persoonlijke
oriëntatie. Ouders die warmte geven bevorderen zelfvertrouwen,
Freud:
• Onbewuste mentale verwerking
- Cf. automatische, impliciete, onbewuste processen
• Inhibitie en het ego (plezier en id)
- Bv. limbisch systeem
• Verdedigingsmechanismen
- Neuropsychologische ondersteuning voor repressie
• Onderzoek over dromen
- Activatie-synthese theorie
Onderzoek over onbewuste mentale verwerking
- Thema van de cognitieve psychologie: automatisch, impliciete, onbewuste
processen → processen die niet onder het bewuste en buiten onze controle
plaatsvinden (komt dus overeen met Freud’s definitie van het onbewuste)
• Bargh & Chartrand (1999)
• Solms (2000, 2004)
• Solms & Turnbull (2002)
Onderzoek over plezier en het id/inhibitie en het Ego
- Verschillende neurowetenschappelijk onderzoeken hebben vastgesteld dat
plezier-zoekende drijfveren een neurologische oorsprong hebben, nl:
hersenstam & limbisch systeem + dopamine (neurotransmitter) & opioids zijn
betrokken bij plezier-zoekend en plezier-belevend gedrag.
- Studies tonen connecties aan tussen frontaal limbisch systeem en
impulscontrole (ego controleert impulsen van id)
• Solms (2004)
• Solms & Panksepp (2012)
• Solms & Turnbull (2002)
• Panksepp (2004) & Berridge (2009)
Onderzoek over verdedigingsmechanismen
• Repressie bestaat en kan neuropsychologisch aangetoond worden bij schade aan de
rechterhemisfeer (Solms, 2004)
Onderzoek over dromen
• Niet iedereen gelooft dat de inhoud van dromen belangrijk is
• Activatie-synthese theorie
- Theorie dat dromen begint met willekeurige elektrische activatie vanuit de
hersenstam; dromen zijn een poging van de hersenen om deze willekeurige
activiteit betekenis te geven (synthetiseren) → dromen hebben dus geen
betekenis/ wensvervulling, e.d.
• Ondersteuning voor Freud bv. Wegner, Wenzlaff & Kozak (2004), Riemann et al. (2012),
Kröner-Borowik et al. (2013), Hansen et al. (2013)
, ➔ Experiment toonde aan dat men juist droomt over hetgeen men probeert te
onderdrukken.
Adler:
• Geboorte volgorde (intelligentie, academisch succes, persoonlijkheid)
- Sulloway (1996)
o ‘Tussen-familie onderzoeken’ hebben niet de neiging om Adler’s
theorie te bevestigen → moeilijk te onderzoeken → veel variabelen
moeten onder controle worden gehouden (familiegrootte, geslacht,
scheiding…) Hoe meer variabelen hoe moeilijker het onderzoek
o ‘Binnen-familie onderzoeken’ hebben de neiging on de theorie van
Adler te bevestigen. Hier wordt aan de respondenten gevraagd om
zich te vergelijken met hun eigen broers en zussen. → Gebrek aan
deelnemers.
o Broers en zussen zijn in competitie voor ouderlijke affectie. 1)
eerstgeboorne: prestatiegericht, compermistisch 2) latergeboorne:
andere manier aandacht ouders vragen.
o Geboorteorde meer gerelateerd aan academisch succes dan aan
geboortetrekken (prestatiegericht).
- Barclay (2015)
o Familiedynamiek stimuleert prestatiegerichtheid. Sociale factoren
zijn belangrijk.
- Lehmann et al. (2018)
o Eerstgeboorne meer cognitief gestimuleerd door moeder.
- Roher et al. (2015)
o Eertsgeboorne paar punten meer op IQ testen.
• Vroege herinneringen en carrière keuze
Volgens Adler reflecteert de carrièrekeuze van een persoon zijn persoonlijkheid.
Onderzoekers die geïnspireerd zijn door Adler, voorspellen dat het soort carrière
volwassenen kiezen een reflectie is van vroege herinneringen.
- Kasler & Nevo (2005): carrière types van Holland
o Onderzoekers verzamelen vroege herinneringen van 130
participanten. Twee beoordelaars plaatsen dit bij beroeps interesse-
types, gebruikt makend van de types van Holland (realistisch,
onderzoekend, artistiek, sociaal, ondernemend en conventioneel).
De participanten vulden ook een onafhankelijke vragenlijst in om
type te bepalen.
o Resultaat onderzoek: herinneringen in de kindertijd matchen met de
carrière types (vooral realistisch, artistiek en sociaal matchen met de
vroege herinneringen) plus type dat de beoordelaar gaf stemde
ongeveer overeen met type resulterend uit vragenlijst.
• Narcisme of zelfvertrouwen? Streven naar superioriteit of succes?
- Brummelman, Thomaes & Sedikides (2016)
o Ontwikkelde een theoretische analyse dat het verschil tussen
narcisme en zelfwaarde weergeeft dat aanleunt bij de theorie van
Adler: Zelfvertrouwen is goed voor een gezonde persoonlijke
oriëntatie. Ouders die warmte geven bevorderen zelfvertrouwen,